Samenvatting VZC 2
Sofie Timmers
Hypertensie
Verpleegkundige: vaak bloeddruk meten bij patiënten
➔ indien te laag = hypotensie (patiënt kan in shock raken)
➔ indien te hoog = hypertensie (problemen zoals vaatlijden en hartproblemen
maar pas op langere termijn)
Dus voor verpleegkundigen belangrijk om fysiologie van bloeddruk te kennen en
de werking van de geneesmiddelen te kennen die de hoge bloeddruk zullen
verlagen (=antihypertensiva)
Arteriële bloeddruk = druk op vaatwand
Systolische BD (druk bij samentrekking hart (=hoog) + diastolische BD (druk bij
ontspanning hart (=laag)
Wat is bloeddruk?
Bij iedere hartslag trekt het hart samen en wordt er vanuit de linkerhartkamer
bloed in de slagaders van de grote bloedsomloop (systematische circulatie)
gepompt. Dit bloed oefent druk uit op de slagaderwand: dit is de arteriële druk of
de bloeddruk.
- De systolische bloeddruk of bovendruk: het eerste cijfer, het hoogste,
wanneer het hart samentrekt en het bloed er uitstroomt.
- De diastolische bloeddruk of onderdruk: het tweede cijfer, het laagste,
wanneer het hart zich ontspant en met bloed gevuld wordt.
De arteriële bloeddruk wordt uitgedrukt in mm kwik, bv. 120/80 mm Hg (of 12/8).
De arteriële bloeddruk kan verschillen naargelang van het moment van de dag,
van de ene dag op de andere en onder invloed van emoties, stress, lichamelijke
activiteit, …
De druk is bv. Hoger wanneer we overdag wakker zijn en lager wanneer we
slapen. Hij is ook hoger tijdens fysieke inspanning dan wanneer u rustig zit.
,Wanneer is uw bloeddruk te hoog (hypertensie)?
- Men spreekt van een hoge bloeddruk of arteriële hypertensie wanneer de
bloedrukwaarden gemiddeld hoger liggen dan 140 mmHg systolisch en/of
90 mmHg diastolisch (140/90 of 14/9)
- Voor personen van 60 jaar en ouder zonder diabetes, familiare
hypercholesterolemie of manifeste hart- en vaatziekte geldt een
systolische bloeddruk >/= 160 mmHg als verhoogd
- Bij een systolische bloeddruk van meer dan 180 mmHg en/of een
diastolische bloeddruk van meer dan 110 mmHg spreekt men van een
ernstige hypertensie.
- Bij sommige mensen, vooral 60+, komt een geïsoleerde systolische
hypertensie voor. Dit is het geval wanneer de systolische bloeddruk hoger
ligt dan 140 mmHg en de diastolische druk lager dan 90 mmHg. Ook dit is
een belangrijke risicofactor voor hart-en vaatziekten.
Primaire of idiopathische of essentiële hypertensie
- geen directe oorzaak, meestal een combinatie van risicofactoren
- 90% van de gevallen
Secundaire hypertensie
- 10% van de gevallen
- echte medische oorzaak nierarteriestenose (vernauwing van de
slagaderwand in de nierslagader) of feochromocytoom (een gezwel dat
ontstaat in het merg van een van de bijnieren)
, Mensen met hypertensie
➔ in het begin: asymptomatisch
➔ jarenlange hypertensie: mogelijke schade aan organen (hersenen, nieren) en
aan het cardiovasculair systeem; ook sneller aderverkalking (vnl bij diabetici); het
hart ziet ook af (moet meer werk verzetten)
Om de werking van de GM die de BD beïnvloeden te begrijpen, moet de fysiologie
van de bloeddruk gekend zijn.
PW -> hoe rekbaar zijn de bloedvaten (compliantie)?, elasticiteit en
atherosclerose (bij ouderen!)