HET BREDE LANDSCHAP VAN
OPVOEDEN
1. HET BREDE LANDSCHAP VAN OPVOEDEN
1.1. HET BREDE LANDSCHAP VAN OPVOEDEN
Pedagogisch professional
- Werkt nooit alleen
- Samen met ouders en opvoedingsfiguren
1.2. OPLEIDINGSLIJN WERKEN IN DE SAMENLEVING
Komt uit de lijn ‘werken in de samenleving’, ook de paarse lijn genoemd
2. ONDERWIJS
2.1. INLEIDING
2.1.1. LEERPLICHTONDERWIJS
Verdag van de Rechten van het Kind (= VRK)
- Leerplicht ingevoerd
Vanaf 1 september vh jaar waarin het kind 6 wordt & eindigt op zijn/haar
18de verjaardag of op 30 juni vh jaar waarin het kind 18 wordt.
Geldt voor alle kinderen die in België verblijven, ook met andere
nationaliteit en voor kinderen die illegaal in ons land verblijven
- Leerplicht = schoolplicht
Elk kind moet vanaf 6 jaar LEREN, maar moet daarom niet nr school gaan
bv: thuis les geven
Geen leerplicht tss 2,5 en de 6jaar, wel kleuteronderwijs aanbieden
2.1.2. AANSTURING VAN DE SECTOR
Minister van onderwijs
- Ben Weyts (N-VA)
- Vorige: Hilde Crevits (CD&V)
2.2. HET VLAAMSE ONDERWIJSSYSTEEM
3 delen in onderwijssysteem:
- Het basisonderwijs (kleuter en lager onderwijs)
- Het secundair onderwijs
- Het hoger onderwijs
1
,2.2.1. KLEUTERONDERWIJS
Kleuteronderwijs
- Start van schoolbaan vd meeste kinderen
- Onderwijs vanaf 2,5 tot 6 jaar
- 2,5 tot 3 jaar zijn er instapdata vastgelegd
Eerste schooldag na de zomervakantie, herfstvakantie, kerstvakantie,
eerste schooldag na februari, na krokusvakantie, na paasvakantie of na
Hemelvaartweekend
Vanaf 3j kan je ze elke dag inschrijven
Kleuterschoolprogramma/activiteitenplan
- Nadruk op de ontplooiing vd hele persoonlijkheid
- Gewoontevorming
- Exploratie- en expressiemogelijkheden bevorderen
- Vaardigheden ontwikkelen op intellectueel, talig, motorisch, creatief en sociaal
vlak. Gebeuren in stimulerend milieu, met act/materialen die belangstelling
wekken en exploreren/handelen uitlokken.
- School is vrij om voor leeftijdsgemengde groepen te kiezen maar meeste doen dit
niet
2.2.2. LAGER ONDERWIJS
Lager onderwijs
- 6-12j
- 6 aaneensluitende leerjaren
- Traditioneel: jaarklassensysteem. Soms: graadklassen (kinderen van 2
leerjaren samen)
- Min 4 jaar en max 8 jaar (pas mogelijk na positief advies van klassenraad en CLB)
- Succesvol doorlopen= getuigschrift
2
, - 2014-2015: toelatingsvoorwaarden verandert: klassenraad beslist over toelating
tot gewoon lager onderwijs van 5 jarigen & ook 6 jarigen die het vorige jaar
onvoldoende aanwezig waren (geen 220 dagen). Bij voldoende aanwezigheden
beslissen de ouders.
- Taalproef vervalt Taalscreening om taaltraject op te stellen & juiste
ondersteuning te bieden aan kinderen die voor het 1st Nederlandstalig onderwijs
volgen. Het wordt na inschrijving afgenomen & is dus geen toelatingsvoorwaarde
2.2.3. SECUNDAIR ONDERWIJS
Secundair onderwijs
- 12-18j
- 6 leerjaren over 3 graden van 2 jaar
- Er wordt gewerkt met decretale eindtermen
2.2.3.1. 1 E GRAAD
1e graad
- Starten met een getuigschrift basisonderwijs
- Minderheid start in 1e leerjaar B= leerlingen die leerachterstand hebben of minder
geschikt zijn voor overwegend theoretisch onderwijs= brugklas tussen lager &
secundair, daarna kunnen ze naar het 2e BVL (=Beroepsvoorbereidend leerjaar) of
overschakelen naar 1e leerjaar A
- Gekenmerkt door brede basisvorming die voor iedereen gemeenschappelijk is. Er
zijn basisopties die ll’n voorbereiden op keuze in 2e graad.
2.2.3.2. 2 E EN 3 E GRAAD
Vanaf dan: onderscheid tussen 4 onderwijsvormen
- ASO: ruime algemene vorming die stevige basis biedt voor volgen van hoger
onderwijs
- KSO: ruime algemene vorming gekoppeld aan actieve kunstbeoefening. Erna:
beroep uitoefenen of verder studeren
- TSO: Vooral algemene & technische- theoretische vakken (+praktijklessen). Erna:
beroep uitoefenen of verder studeren
- BSO: Praktische onderwijsvorm waarin de jongere een specifiek beroep aanleert
terwijl hij ook algemene vorming krijgt. Enkele richtingen gaan pas in 3 e graad
van start. Binnen 3e graad kan er een 3e jaar gevolgd worden om zich voor te
bereiden op hoger onderwijs of zich te specialiseren.
Vanaf 15/16j
- Overschakelen naar deeltijds beroeps secundair onderwijs (deeltijdse leerplicht
start vanaf dan) Bestaat uit combinatie van leren en werken
Modernisering secundair onderwijs
- Toekomstige studieaanbod voor 3e en 2e graad ligt vast= 8 studiedomeinen i.p.v.
29 studiegebieden (taal en cultuur, STEM, kunst en creatie, land en tuinbouw,
economie en organisatie, maatschappij en welzijn, sport, en voeding en horeca).
- Doel= gerichte(re) studiekeuze maken met duidelijk doel.
3
,2.2.4. BUITENGEWOON ONDERWIJS
Buitengewoon onderwijs
- Aanbod realiseren dat aangepast is ad opvoeding- en onderwijsbehoeften v ll’n
met specifieke nodigen
Ze hebben tijdelijk/permanent speciale hulp nodig
BuO: volledig team.
- Bedoeling om leerling te integreren in het onderwijsmilieu en ook de MIJ
- Inschrijven in BuO: attest CLB nodig
4% van de schoolbevolking volgt BuO
Men onderscheid
- Buitengewoon kleuteronderwijs (2,5-6j)
- Buitengewoon lager onderwijs (BLO: 6-13j)
- Buitengewoon secundair onderwijs (BUSO: 13-21j)
Structuur: 8 types aangepast aan behoeften van de leerlingen
- Type basisaanbod: kinderen met specifieke onderwijsbehoeften voor wie het
gemeenschappelijk curriculum met redelijke aanpassingen niet haalbaar is in een
school voor gewoon onderwijs. Vervangt geleidelijk types 1 en 8
type 1: Kinderen met licht mentale handicap
type 2: Kinderen met verstandelijke beperking
type 3: Kinderen met emotionele/gedragsstoornis, zonder verstandelijke
beperking
type 4: Kinderen met motorische beperking
type 5: kinderen in een ziekenhuis, preventorium of residentiële setting
type 6: kinderen met visuele beperking
type 7: kinderen met auditieve beperking, spraak- of taalstoornis
Type 8: Kinderen met ernstige leerstoornissen
Type 9: Jongeren met autismespectrum stoornis, zonder verstandelijke
beperking (sinds 2015)
Type 1 en 8 GEEN kleuteronderwijs
Niveau buitengewoon secundair onderwijs
- 4 opleidingsvormen
Opleidingsvorm 1: Sociale vorming met oog op integratie in beschermd
leefmilieu
Opleidingsvorm 2: Algemene en sociale vorming met oog op integratie in
beschermd leef- en werkmilieu
Opleidingsvorm 3: Sociale en beroepsvorming geven met oog op integratie
in gewoon leef- en werkmilieu
Opleidingsvorm 4: Voorbereiding geven op studie in het hoger onderwijs en
integratie in actieve leven
2.2.5. OKAN-ONDERWIJS
= Onthaalklas voor Anderstalige Nieuwkomers
- Geen Belgische of Nederlandse nationaliteit
- Scholen kiezen hoe ze dit onderwijs inrichten: aparte klas, regelmatig apart les..
4
, - Ontwikkelingsdoelen opgesteld, GEEN eindtermen-> geen resultaatverplichting,
wel inspanningsverplichting
- Basisonderwijs: 1 of 2 jaar OKAN volgen
- Secundair: 1 jaar -> nadien vervolgschoolcoach
2.2.6. M- DECREET
M =Maatregelen voor leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften
Redelijke aanpassingen in gewone scholen voor leerlingen met beperkingen
- Teveel kinderen komen in het BuO terecht & ook te snel
- VN verdrag inzake de rechten van personen met een handicap: iedereen heeft
recht om op een volwaardige manier deel te nemen aan de maatschappij, dus ook
aan het onderwijs.
2.2.7. CENTRA VOOR LEERLINGENBEGELEIDING (CLB)
CLB
=Dienst gefinancierd door de Vlaamse overheid. Kinderen, ouders, leraren en
directie kunnen er beroep op doen voor info, hulp en begeleiding. Jongeren & hun
ouders kunnen er terecht tot de leerlingen het leerplichtonderwijs verlaat.
- Gratis en gericht op 4 belangrijke pijlers
Leren en studeren
Schoolloopbaan
Preventieve gezondheidszorg
Sociaal- emotionele ontwikkeling.
- Gesplitst in 2 soorten begeleiding: medische interventies & vraaggestuurde
begeleiding (zorgvraag)
- CLB bestaat uit multidisciplinair team & helpt ook bij psychosociale problemen.
2.2.8. ONDERWIJSNETTEN
= Verschillen op basis van enkele juridische fundamentele pijlers=
(Soort) inrichtende macht Officieel vrij
Financiering Gemeenschapsonderwijs
gesubsidieerd onderwijs
Karakter Confessioneel (neutraal) niet-
confessioneel
- Gemeenschapsonderwijs (GO!)= georganiseerd dr de Vlaamse gemeenschap:
officieel onderwijs dat volledig gefinancierd wordt dr de overheid. Alle GO- scholen
zijn niet- confessioneel: neutraal.
- Officieel gesubsidieerd onderwijs (OGO)= georganiseerd dr steden,
gemeenten en provincies: officieel onderwijs mr enkel gesubsidieerd dr de
Vlaamse overheid. Andere deel v geld wordt bijgepast dr steden, gemeenten of
provincies. OGO is niet- confessioneel
- Vrij gesubsidieerd onderwijs (VGO)= georganiseerd dr privé- organisaties:
katholieke onderwijs is de grootste groep. Vrij onderwijs (niet officieel) en
5