H4: Transport door membraanstructuren
4.1 Inleiding
Voortdurende uitwisseling stoffen tussen cellen en omgeving is noodzakelijk voor
voorziening in grondstoffen en verwijdering afbraakproducten. Binnen cel moeten allerlei
stoffen elk deel kunnen bereiken.
Plasmamembraan is selectief permeabel/ doorlaatbaar. Lipidendubbellaag is permeabel
voor meeste apolaire, niet-geladen moleculen, zoals zuurstof, koolstofdioxide en steroïden;
maar impermeabel voor ionen en geladen, polaire moleculen, zoals glucose. Water kan door
membraan bewegen. Water kan doorheen tijdelijke ‘openingen’ in lipidenlaag bewegen.
Transmembraan-proteïnen die functioneren als kanalen en transporters vergroten
permeabiliteit plasmamembraan voor polaire en geladen moleculen. Ze zijn selectief. —>
(dragerstof-) gemedieerd transport:
- Uniporters: die één ion/ molecule transporteren in de richting
van de concentratie gradiënt (gefaciliteerde diffusie).
- Symporters: die twee of meer ionen/ moleculen transporteren
in dezelfde richting.
- Antiporters: die twee of meer ionen/ moleculen transporteren
in tegengestelde richting.
coup
Macromoleculen, zoals proteïnen, kunnen niet door plasmamembraan behalve door led
vesiculair transport (endo- of exocytose). trans
Twee soorten transport: port
- Passieve transport: stoffen kunnen doorheen celmembraan bewegen ten gevolge van
spontane fysische processen, waarvoor geen energie nodig is. Het vereist een gradiënt=
verschil in concentratie van een chemische stof (chemische gradiënt) over celmembraan
of in verdeling van elektrische ladingen (elektrische
gradiënt of membraanpotentiaal) of beide samen
(elektrochemische gradiënt). Gradiënt heeft steeds
een richting: van hoog naar laag.
- Actief transport: stoffen transporten, waarvoor
energie nodig is. Moleculen bewegen in een
richting tegengesteld aan hun gradiënt (elektrische
en/ of chemische). Transporteren molecule/
dragerstof (gemedieerd transport) is nodig.
Vesiculair transport is een actief proces.
4.2 Passief transport
4.2.1 Diffusie (handboek p. 76-78)
Diffusiesnelheid: maximaal bij begin diffusie, nadert 0 bij bereiken van evenwicht, vermits
concentratieverschil verdwijnt. Formule: :
- v= snelheid
- t= temperatuur
- C= concentratieverschil
- O= contactoppervlakte
- MG= moleculair gewicht
- p= viscositeit
- I= af te leggen afstand
1
, Diffusiesnelheid is recht evenredig met diffusieoppervlak en concentratieverschil en
omgekeerd evenredig met afstand of dikte membraan.
- Diffusie door de lipidendubbellaag
- Diffusie door membraankanalen
- Gefaciliteerde diffusie (uniport systeem= membraaneiwit/ dragerstof die één ion/
molecule transporteert in richting van concentratie gradiënt) (handboek p. 80-81).
!!! Een belangrijk verschil met gewone diffusie is dat de snelheid van de beweging bij gefaciliteerde
diffusie enkel evenredig is met het concentratieverschil tot wanneer de bindingsplaatsen op de
dragereiwitten verzadigd zijn.
Nadat glucose door gefaciliteerde diffusie in
cel is terechtgekomen zal enzyme, kinase,
fosfaatgroep vasthechten om zo glucose-6-
fosfaat te vormen. De reactie houdt
intracellulaire glucoseconcentratie laag zodat
glucose concentratiegradiënt gefaciliteerde
diffusie van glucose in, en niet uit, cellen
bevordert.
Selectieve permeabiliteit plasmamembraan wordt gereguleerd om homeostase te bereiken.
4.2.2 Osmose (handboek p. 77-80)
Verplaatsing van oplosmiddel over semi-permeabele
membraan door concentratieverschil van een stof die niet
door membraan kan.
Beweging van water door een membraan van een plaats
met een lagere naar een plaats met een hogere
concentratie aan deeltjes.
Osmotische waarde en osmotische effect van een
oplossing op cel:
- Isotone oplossing: cel behoudt normale grootte en
vorm
- Hypertone oplossing: cel verliest water via osmose, krimpt
- Hypotone oplossing: cel neemt via osmose water op, zwelt
4.2.3 Filtratie (handboek p. 80)
Hydrostatische druk duwt het water tegen de membraan —> het water gaat door de
membraan —> kleine moleculen opgeloste stof worden met het water meegevoerd
Filtratie gebeurt bij vorming van urine
4.3 Actief transport
Stoffen kunnen doorheen membranen bewogen worden tegen concentratiegradiënt in. Zij
worden gebonden aan dragermoleculen en hun transport vraagt veel energie —> cel
onevenwichten in verdeling stoffen permanent in stand houden
4.3.1 Enzymatische pompmechanismen/ door dragerstoffen gemedieerd transport
Gemedieerd transport helpt een membraaneiwit / dragerstof een ion / molecule de
membraan te passeren. Onderscheidt tussen:
4.3.1.1 Primair actief transport (handboek p. 81-82)
Belangrijk enzymatisch pompmechanisme= Na - K ATPase pomp. Actief drie natriumionen
uit en twee kaliumionen in de cel gepompt.
!!! Deze pomp houdt de intracellulaire natriumconcentratie laag en kaliumconcentratie hoog,
continue werking van deze pompen is van belang voor het behoud van het normale celvolume.
2
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
√ Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, Bancontact of creditcard voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper paulineverkaeren. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €2,99. Je zit daarna nergens aan vast.