HOOFDSTUK 1 : MARKETING, EEN VAKGEBIED IN
BEWEGING
1.1 Marketing, altijd onder ons
Naarmate het aanbod groter is dan de vraag, moeten aanbieders extra inspanningen doen om hun aanbod aan
de man te brengen. We spreken in dit geval van een kopersmarkt. (A > V)
In een verkopersmarkt is er geen marketeer nodig, aangezien A < V.
Marketing past zich steeds weer aan aan de veranderingen in de economische, sociale, technologische,
juridische of politieke omgeving.
Een marketeer is iemand die het consumptiegedrag wil beÏnvloeden.
Een product is alles wat waarde heeft voor de consument.
vb. goed, dienst, idee, ervaring...
Je krijgt al van heel vroeg/jong impulsen. Ook gewoonten duwen ons automatisch in een bepaalde richting.
Peers zijn personen die een vergelijkbare leeftijd, status, belang of belangstelling hebben en een
gemeenschappelijke gedragscode.
3 productiefactoren van marketing :
1. Mate dat er werkgelegenheid is
2. Mate dat er kapitaal en technologie is
3. Mate dat er milieu is
,De manier van vroegere consumptie die korte termijn voordelen had, toont nu lange termijn nadelen.
vb. iedereen een auto → mobiliteitsproblemen, plastic → milieuproblemen, vet eten → gezondheidsproblemen…
De veelheid aan effecten worden niet door iedereen op dezelfde manier en in dezelfde mate in rekening
gebracht.
Het aannemen van een helikopterview is eigen aan goede marketing.
1.2 De wortels van marketing
Door de nieuwe productiemethoden veranderde de aard van het aanbod en steeg de omvang ervan
spectaculair. Het aanbod nam dus toe.
Er was voor het eerst sprake van een kopersmarkt.
10 kenmerken van marketing :
1. Kloof tussen vraag en aanbod
→ ruilproces wordt steeds moeilijker omdat de kloof tussen vraag en aanbod steeds groter werd
2. Grotere koopkracht
3. Het aantal aanbieders stijgt (meer dan het aantal vragers)
4. Productdifferentiatie
→ een betekenisvolle verandering aan je product toekennen
5. Kopersmarkt
6. Prijsvrijheid
→ ontstaat door productdifferentiatie, prijs is niet meer overal hetzelfde
7. Transport
8. Communicatie
9. Verkooptechnieken
10. Marktonderzoek
→ er zijn heel veel mensen met allemaal verschillende behoeftes
1.3 Het populaire paradigma van de marketingmix (McCarthey)
,1.4 De conceptuele evolutie van marketing sinds haar ontstaan tot vandaag
Hierarchische opsplitsing :
1. Marketing in de eerste helft van de twintigste eeuw
→ inspelen op materiële behoeften
a. Productiegerichte marketing
- Massaproductie van eenzelfde product → schaalvoordelen
- Zoveel mogelijk klanten bereiken met hetzelfde product
- Gestandaardiseerde product
- Weinig nood aan communicatie want het is goedkoop
vb. Ford
b. Productgerichte marketing
- Het beste product maken (zonder zich af te vragen of de markt er behoefte aan heeft en/ of ervoor
kan betalen
- Slechts zinvol als een voldoende grote markt het superieure product kan en wil kopen
vb. Ford
c. Verkoopgerichte marketing
- Zoveel mogelijk verkopen
- Kortetermijndoelen
- Sterk gefocust op het maximaliseren van de persoonlijke commissie en helemaal niet op de
tevredenheid van de klant
- Wél lonend wanneer er geen herhaalaankopen of negatieve commentaar verwacht worden
2. Marketing in de tweede helft van de twintigste eeuw
→ inspelen op materiële én immateriële behoeften
Producten zijn steeds meer statusbevestigend, uitdrukken van persoonlijkheid.
Conspicuous consumption (Veblen)
Steeds meer onderscheiden via steeds meer gedifferentieerde producten.
, d. Klantgerichte marketing
- Idee dat klanten producten kopen om oplossingen te vinden voor hun problemen of om bepaalde
behoeften te vervullen
- Klant optimaal helpen?
- Marktonderzoek om tegemoet te komen aan de wensen van de klant
- Mass customization
e. Relatiegerichte marketing
- Behoud en versterking van bestaande klantenrelaties
- Herhaalaankopen uitlokken
- Stabiele, langdurige relatie
Een relatiegerichte organisatie investeert in bestaande klanten omdat ze inziet dat het goedkoper is
om een bestaande klant te overtuigen om weer, en bij hoge tevredenheid zelfs meer, bij hem te
kopen, dan een nieuwe klant te overhalen bij hem te kopen.
3. Marketing begin 21e eeuw
→ installatie netwerkeconomie en opkomst en waardegedreven consumptie
Netwerkeconomie, waardegedreven economie : Steunt op de digitale samenwerking van de economische
actoren, zowel op micro-,meso- als macroniveau.
● Microniveau
- delen via sociale media gemakkelijk en snel informatie en meningen
- vormen wereldwijd netwerk waarin consumenten elkaar beïnvloeden mbt tot producten en
bedrijven
- verkopen heel wat tweedehands goederen
● Mesoniveau
- traditionele bedrijven steunen steeds meer op digitale netwerken om te communiceren en
verkopen
- nieuwe types organisaties : Airbnb, Tripadvisor, Uber, Cambio…
● Macroniveau
- alle geledingen van de maatschappij:
- virtuele netwerken
- beter en sneller geïnformeerd
- begaan met nieuwe waarden
- erkennen/ervaren verband tussen consumptiegedrag & milieu, volksgezondheid, algemene
welzijn
- druk van consumenten op bedrijven in het algemeen, en marketeers in het bijzonder
- meer actoren vragende partij afwegingsproces ts economische, sociale en ecologische
belangen