Samenvatting Keuzecursus Strafrecht en Strafvordering. Bevat een samenvatting van de voorschreven literatuur per week en de aantekeningen van de werkcolleges zijn erin verwerkt.
, Week A1 Het strafbare feit
Voorbereiding
Hoofdstuk 1: Het strafbare feit
Inleiding
Wetboek van Strafrecht (Sr) draait om strafbare feiten en bevat voornamelijk allerlei
bepalingen waarin staat welke straf op welke overtreding van die bepaling staat.
1.1 Voorwaarden van het strafbare feit
➢ Strafbaar Feit = een menselijke gedraging die valt binnen een delictsomschrijving en
die wederrechtelijk en aan schuld te wijten is.
Volgens Artikel 27 Wetboek van Strafvordering (Sv) kan iemand alleen als verdachte worden
aangemerkt als er een redelijk vermoeden van schuld is dat deze persoon een strafbaar feit
heeft gepleegd. Voorwaarden strafbaar feit:
Voorwaarde 1: Het gaat om een menselijke gedraging. Dit betekent dat een persoon
een gewilde spierbeweging heeft uitgeoefend. Een menselijke gedraging kan ook
bestaan uit het nalaten van een spierbeweging. En ook rechtspersonen kunnen een
strafbaar feit plegen (functioneel daderschap).
Voorwaarde 2: De gedraging valt binnen een delictsomschrijving. In een
delictsomschrijving staat welke gedragingen er strafbaar zijn. Een delictsomschrijving
moet altijd voorafgaande aan de gedraging wettelijk zijn vastgelegd, dit volgt uit
artikel 1 Sr. Om te beoordelen of een menselijke gedraging valt onder een
delictsomschrijving, moet de wet geïnterpreteerd worden.
Voorwaarde 3: Een wederrechtelijke gedraging. Met wederrechtelijk wordt bedoeld
“in strijd met het recht”. In het algemeen kun je zeggen dat wanneer de verdachte
met zijn menselijke gedraging een delictsomschrijving vervult, hij daardoor
automatisch in strijd met het recht handelt. Maar deze regel geldt niet altijd. Als de
verdachte een succesvol beroep doet op een rechtvaardigingsgrond, zoals
noodweer, betekent dat dat een verdachte niet wederrechtelijk heeft gehandeld.
Voorwaarde 4: Aan schuld te wijten. De gedraging moet aan de verdachte kunnen
worden toegerekend. Er is sprake van verwijtbaarheid als de verdachte anders had
kunnen handelen, maar dit niet heeft gedaan. Wanneer een verdachte beroep kan
doen op een omstandigheid die ertoe moet leiden dat de verdachte geen verwijt kan
worden gemaakt, dan doet de verdachte een beroep op een schulduitsluitingsgrond
(psychische overmacht bijvoorbeeld). Een succesvol beroep op een
schulduitsluitingsgrond betekent dat de verdachte geen schuld heeft en hij dus geen
strafbaar feit heeft gepleegd.
1.2 Bestanddelen en elementen
De laatste twee voorwaarden van een strafbaar feit, wederrechtelijkheid en schuld, worden
elementen genoemd. De onderdelen waaruit een delictsomschrijving bestaat noem je
bestanddelen. Elementen zijn ongeschreven voorwaarden om iemand te kunnen straffen.
2
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper hannasmits. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €8,86. Je zit daarna nergens aan vast.