100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting Geschiedenis Forum: Energietransities £2.57   Add to cart

Summary

Samenvatting Geschiedenis Forum: Energietransities

 80 views  7 purchases
  • Module
  • Level

In deze samenvatting worden de energietransities behandelt van het hoofdstuk Thema. gebaseerd op de geschiedenismethode Forum. De stof wordt uitgelegd aan de hand van tekst en verduidelijkt via afbeeldingen.

Preview 2 out of 5  pages

  • January 19, 2022
  • 5
  • 2021/2022
  • Summary
  • Secondary school
  • 4
avatar-seller
Samenvatting Energietransities.
§2.1 De energiebronnen van de mensenheid.

Energietransitie = overgang in het gebruik van energievormen. Mensen -> voedsel, planten ->
fotosynthese & vleeseters -> energie uit vet- en spiermassa. Energiebronnen als kolen, aardolie &
aardgas zijn plantaardig en dierlijk leven afkomstig en daardoor indirect van zonne-energie. Ook wind-
en waterkracht zijn vormen van zonne-energie. Waterkracht: zonnewarmte laat zeewater verdampen.
Windkracht: onstaat door drukverschillen in de atmosfeer o.i.v zonnewarmte. Conclusie: alle energie
komt van de ☀. Energietransities:

1. Uitvinding vuur: mensen ging meer energie gebruiken dan hun eigen spierkracht; warmte,
koken.
2. Dieren als trekkrachten: dieren die een ploeg trokken zorgde voor een betere verbouwing van
de landbouwgrond -> hogere opbrengsten. Daarnaast: rijtuigen, molens in beweging zetten.
3. Inzet water– en windmolens: ingezet voor processen waarbij draaiende bewegingen nodig
zijn; malen graan of andere ambachtelijke productieprocessen. Toepassing windkracht:
zeilschepen. 19de eeuw was het zeilschip de belangrijkste middel van vervoer over zeeen.
4. Industriële revolutie (ingrijpenste): uitvinding van stoommachines en verbrandingsmotoren. Op
grote schaal werden fossile brandstoffen verbrand (kolen, olie & gas). Mens- en dierkracht
was niet langer de voornaamste energiebron, waardoor er in principe geen grens was aan
energie. Het grootschalige gebruik van energie betekende dat er veel co2 ineens in grote
getalen vrijkwamen. Nu: z’on gewenning, zonder enegie zou het onmogelijk zijn om met
miljarden mensen op aarde te leven.
5. ? zonne-enegie zonder negatieve gevolgen: genoeg kennis maar ook uitvoering?



§2.2 Uitvindingen in Oudheid & Middeleeuwen.

Oudheid: er was veel kennis maar werd weinig toegepast. Watermolens waren bekend, maar werden
op kleinere schaal gebruikt dan mogelijk zou zijn geweest. Andere uitvindingen werd niet gebruikt (zie
afbeelding). Waarom waren er zo weinig toepassingen: mogelijkheden; Filosofen zagen ‘werk’ &
‘productie’ als onbelangrijk omdat er veel slaven waren. Werk was een minderwaardig ow, waar je niet
over na moest denken.

Middeleeuwen: in het Christendom werd niet neeergekeken op werken, daarnaast was er geen
slavenhandel meer. Gevolg: meer water en later windmolens. Steeds meer gebruik van paarden als
trekkrachtdieren. Stekere trekkracht dan de oss, waardoor er grotere trekploegen gebruik konden
gemaakt worden -> grotere landbouwopbrengsten. Daarnaast sneller en zwaarder
transportmogelijkheden d.m.v paarden. Ten 3de speelde ze een rol bij aandruiving (van
productieprocessen voornamelijk in molens).




De oudheid wordt vaak geschetst als meer ontwikkeld, daarom is het vreemd dat er toen juist minder
technische toepassingen waren. Conclusie: niet alleen wetenschap, maar ook om de vraag of mensen
daarvan gebruik willen maken. Hangt af van de cultuur waarin de wetenschap wordt ontwikkeld.

, §2.3 Nederland & Engeland in de Vroegmoderne Tijd.

Het energiegebruik in deze relatieve rijke landen was opvallend hoog.

Nederland: metname windmolens, vroeger veel meer dan nu. Ze zorgden voor papier, olie uit zaden,
gezaagd hout, touw, verstoffen etc. Aan brandstof was in Nederland geen gebrek, doordat er in veel
veengebieden turf kon worden gewonnen. Belangrijk voor verwamring & bedrijfstakken die werkten op
warmte. Door deze grote hoeveelheid enegie maakte het mogelijk dat er al sprake was van moderne
economische groei vóó’r de Industriele Revolutie. Er was dus steeds een voortdurende groei die
telkens weer nieuwe groei oproepte.

Engeland was de andere grootverbruiker van energie waardoor er vroetijdig een gebrek was aan hout
als brandstof. Men schakelde daarom over tot steenkool. Steenkool was op sommige plaaten in
engeland en schotland aan de oppervlakte te vinden waardoor er geen mijnbouw hoefde plaats te
vinden. Later: voor al die steenkool moest steeds dieper gegraven worden, waardoor er weer meer
energie nodig was om de mijngangen droog te pompen, steenkool naar de oppervlakte te hijsen.

Wet van energietransities: inzet van nieuwe energiebronnen vereist eerst een hoge inspanning met
het oude, bestaande energiebronnen.

Voor t heden en de toekomst betekend dit dat ons enegie verbuik hoog zal blijven asl we de
economische ontwikkeling niet in gevaar willen brengen.



§2.4 Ontwikkelingen in de Engelse textielindustrie.

Het begin van de Industriele Evolutie in Engeland wordt meestal geplaatst in de textielindustrie.
Hiervoor was het al een belangrijke vorm van nijverheid (middeleeuwen) geweest. Textiel werd in
grote hoeveelheden gemaakt en verhandeld over grote afstanden. Omdat bij textiel handel &
nijverheid nauw samengaan, gingen kooplieden zich ook met de productie van textiel bemoeien. Er
werden veel koopman-ondernemers actief, zij kochten onbewerkte wol in en verdeelde deze over
spinners & wevers. Omdat ieder dit thuis bewerkte, noemen we dit huisindustrie. De voltooide
producten gingen vervolgens naar de ondernemer die de producten verkocht. -> vroege vorm van
kapitalistische productie. De ondernemer investeerde eerst een relatief grote hoeveelheid kapitaal. Via
een grootschalig process van productie en handel ontving hij pas later de behaalde winst. -> risico’s.
Voor zo veel mogelijke slaagkans zocht hij naar technische verbeteringen voor het productieprocess,
om deze efficeneter en goedkoper te maken.

2de reden = katoen. Kon eerst alleen geweven worden inporteerd, maar nu zelf weven en vervolgens
exporteren. Voor de concurentie waren veel investeringen nodig in efficentie. Schietspoel: er kon
sneller en effiecenter geweven worden. Door t snellere weven was er ook meer behoefte naar
gesponnen garen; spinning Jenny, die het mogelijk maakte om meerdere draden te gelijk te spinnen.
Beleef overegens met de hand aangedreven. Snellere en goedkopere productie nodig ->
productieprijs omlaag. Wat zorgt voor een beter concurentie-positie.

Water frame = spinmachine die gekoppeld kon worden aan aandrijfkracht van een ros- of water
molen, ontworpen door Richard Arkwright. Power loom = weefgetouw wat gekoppeld was aan
aandrijvingskracht. Dez toestellen zijn van groot belang geweest voor de latere ontwikkelingen. Door
toetsellen te koppelen aan extene krachtbronnen, kwamen fabriken op gang. Stoomkracht is niet
gebonden aan een vaste plaat, i.t.m. water. Alle uitvindingen zijn gedaan voor vakmannen die
praktische problemen oplosden.

Als er al een verband was tussen de verlichting en de ontwikkeling van de textielindustrie was deze
indirect. Wss is de aanwezigheid van koopman-ondernemers op zoek naar effficentiere
productieprocessen een belangrijkere motivatie geweest dan de verlichting. Iemand wiens werk
overbodig of bedreigd wordt, zal daar nooit blij mee zijn.

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller rafkehagenaars. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for £2.57. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

67096 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy revision notes and other study material for 14 years now

Start selling

Recently viewed by you


£2.57  7x  sold
  • (0)
  Add to cart