100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting Doelgroepen 3 £6.88   Add to cart

Summary

Samenvatting Doelgroepen 3

 6 views  0 purchase
  • Module
  • Institution

Samenvatting van het vak Doelgroepen 3.

Preview 4 out of 36  pages

  • November 9, 2022
  • 36
  • 2021/2022
  • Summary
avatar-seller
Doelgroepen 3



GEDRAGS- EN EMOTIONELE PROBLEMEN

Omschrijving
= overkoepelende term voor alle kinderen die zich zichtbaar ongewoon of abnormaal gedragen:
 Storend gedrag (externaliserend/dominant)
 Emotionele problemen (internaliserend/submissief)
 Somatoforme stoornissen (internaliserend/submissief): lichamelijke klachten die
onvoldoende verklaard kunnen worden door lichamelijke ziekte

MAAR: verschillende benamingen, continuüm van gedrag (van druk, opstandig, agressief, prikkelbaar,
uitdagend, driftig, vijandig, antisociaal tot delinquent)









IJSBERGTHEORIE:
Gedragsprobleem is geen diagnose, het is een symptoom dat
weergeeft dat er onderliggend een probleem is dat zeer
divers van aard kan zijn Gedrag ‘hier en nu’ moet altijd
geplaatst worden tegen de achtergrond van vroeger gedrag;
en omgekeerd, het functioneren voordien krijgt vaak een
andere betekenis in het licht van de huidige kennis: slechts
het topje! DUS ALS PO: wat zit erachter?




Externaliserend probleemgedrag of agressie = meest voorkomende klacht bij consultatie, maar waar
komen deze gedragsproblemen vandaan?

1

,  Hypotheses:
o Ernstige psychiatrische stoornis
o ADHD
o Oncontroleerbare impuls bij tic syndroom
o Uiting van onmacht bij ASS
o Uiting van onderliggende depressie
o Auto agressie (verstoord gevoelsleven)
o Middelenmisbruik
o Lichamelijke ziekte,…

Onderscheid tussen:
Lichte tijdelijke gedragsproblemen
= gedragingen van een bepaald kind, die op een bepaald moment in de tijd, door bepaalde personen
uit de omgeving van het kind in een welbepaalde socio-economische en culturele context opgemerkt
en storend, ongewenst of ongewoon genoemd.

Aandachtspunten:

 Ontwikkelingsperspectief
o Leeftijdsadequaat:
 Nachtelijk huilgedrag baby 6 maanden
 Koppig gedrag 2-jarige
 Woedebuien kleuter 5 jaar
 Protestgedrag puber 13 jaar

DUS: kennis van ontwikkeling van kind is noodzakelijk om gedrag in te schatten!
 Continuümgedachte
o Alle kinderen stellen wel eens gedragsproblemen
o Verschil in ernst, duur en frequentie!
 Context
o Soms één situatie
 Thuis
 Op school
 Bij 1 persoon
 Bij leeftijdsgenoten
o Soms meerdere situaties (pervasief)
 Informant
o Wie meldt de gedragsproblemen?
o Verschil in perceptie
 Persoonlijkheidsfactoren
 Andere band met kind
 G van kind verschilt echt

Ernstige, langdurige problemen: gedragsstoornissen (DSM5)
Oppositioneel opstandige gedragsstoornis ODD

= diagnose wordt gesteld als bij een kind min. 4 van de 8 kenmerkende symptomen zijn
voorgekomen in het afgelopen half jaar, opgedeeld in 3 groepen.

1. Boze en prikkelbare stemming

2

, . is vaak boos en ontevreden
. is vaak lichtgeraakt en snel geërgerd
. is vaak driftig
2. Ruziezoekend/openlijk ongehoorzaam gedrag
. verzet zich vaak actief tegen volwassenen of weigert te voldoen aan regels of
verzoeken
. maakt vaak ruzie met volwassenen
. ergert vaak met opzet anderen
. geeft anderen de schuld van eigen fouten of van het eigen verkeerde gedrag
3. Wraakzuchtig gedrag
. is hatelijk en wraakzuchtig

 VOORWAARDEN: <5j: op meeste dagen van de week, >5j: min. 1x per week, ‘hatelijk en
wraakzuchtig’ moet maar 2x zijn voorgekomen (uitzondering), moet lijden teweeg brengen in de
omgeving of nadelige invloed op sociale en schoolse functioneren.

Mild = slechts in 1 situatie
Matig = in 2 situaties
Ernstig = in 3 of meerdere situaties


Norm overschrijdende/antisociale gedragsstoornis CD

= diagnose wordt gesteld als bij een kind min. 3 van de 15 kenmerkende symptomen zijn
voorgekomen in het afgelopen jaar, met min. één in de afgelopen 6 maanden. opgedeeld in 4
groepen.

1. Agressie tegen mensen en dieren
. pest, bedreigt of intimideert vaak anderen
. begint vaak vechtpartijen
. heeft een wapen gebruikt
. heeft mensen mishandeld
. heeft dieren mishandeld
. heeft in direct contact met slachtoffer gestolen
. heeft iemand tot seksueel contact gedwongen
2. Vernieling van eigendom
. heeft opzettelijk brand gesticht
. heeft opzettelijk eigendommen vernield
3. Onbetrouwbaarheid of diefstal
. heeft ingebroken in iemands huis, gebouw of auto
. liegt vaak
. heeft zonder direct contact met het slachtoffer gestolen
4. Ernstige overtredingen van regels
. komt ’s avonds en ’s nachts vaak laat huis, beginnend vóór het dertiende jaar
. is minstens tweemaal wegglopen van huis
. spijbelt vaak, beginnend vóór het dertiende jaar

 VOORWAARDEN: beperkingen in sociale en schoolse functioneren van het kind

Mild = 3 of niet iets meer symptomen, nadelige gevolgen zijn beperkt

3

, Matig = tussenin
Ernstig = veel meer dan 3 symptomen, nadelige gevolgen zijn groot


Beginnen in kinderleeftijd = min. 1 symptoom voor 10j
Beginnend in adolescentie = geen symptomen voor 10j
Ongespecificeerde aanvang = onvoldoende info om te bepalen
Delinquent gedrag = continuüm van gedragingen waarbij een inbreuk gepleegd wordt op regels,
normen en wetten en/of schade berokkend wordt aan individuen of maatschappij.

 Gewelds- en zedendelicten: agressie, moord, aanranding,...
 Eigendoms- of vermogensdelicten: oplichting, fraude, diefstal,...
 Vernieling en openbare orde delicten: vandalisme, huisvredebreuk, discriminatie
 Verkeersdelicten: rijden onder invloed, joyriding,...
 Drugsdelicten: gebruik van harddrugs,…
 Statusdelicten (op zich geen delicten, maar wel reden tot gerechtelijke interventie omdat ze
verbonden zijn aan de status van de persoon, in dit geval minderjarigheid): spijbelen, drinken
of kopen van alcohol onder toegestane leeftijd

ONDERSCHEID TUSSEN: ernstig (veel materiële schade/schade aan personen) en geïsoleerde of
groepsdelicten

!!! LET OP: Onderscheid met ontwikkelingsstoornissen (kan wel samengaan), kinderpsychiatrische
stoornissen (hoort wel onder domein van kinderpsychiatrie) en opvoedingsproblemen (kan wel de
oorzaak zijn).

Epidemiologie
Terminologie
 Epidemiologie = de studie naar de prevalentie en de verspreiding van een ziekte of toestand
in een populatie.
 Populatie = bevolkingsgroep.
 Prevalentie = het voorkomen op een bepaald moment in de tijd van een ziekte of toestand in
een populatie.
 Incidentie = het aantal nieuwe ‘gevallen’ binnen een bepaald tijdsbestek, per aantal
personen.
 Demografische variabelen = statistische grootheden om kenmerken van volkeren of sociale
en politieke verschijnselen te beschrijven
o Geslacht
o Leeftijd
o Socio-economische status van gezin

In dit geval…
= de studie van het voorkomen en de verspreiding van gedragsproblemen in de populatie van 0-18.

 80% van de 3-jarigen toont wel eens fysiek agressief gedrag: normaal ontwikkelen kinderen
vanaf deze leeftijd andere skills om bv. met frustratie om te gaan. Wanneer kinderen dit niet
ontwikkelen is er een probleem.
 Onderscheid tussen ‘life course persistent’ of vroege starters (begint vroeg en blijft
aanhouden) en ‘adolescence-limited’ of laatbloeiers (als puber pas lastig gedrag, minder

4

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller sienproosten. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for £6.88. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

67096 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy revision notes and other study material for 14 years now

Start selling
£6.88
  • (0)
  Add to cart