M&O Eenmanszaak deel 2
1 DE FUNCTIONELE KOSTENINDELING
1.1 DE INLEIDING
Kosten kun je indelen naar categorie, dit noem je de categoriale kostenverdeling.
1.2 VAN CATEGORIAAL NAAR FUNCTIONAAL
In een niet-productieonderneming valt het aantal functies wel mee. Er worden er maar 5
onderscheiden: de inkoop, de verkoop, de financiering, algemene zaken en de inkoopwaarde van de
omzet. Alle kosten die gemaakt worden ten behoeve van de inkop noem je de inkoopkosten en deze
kunnen dus bestaan uit meerdere kostensoorten. De kosten die maakt worden voor de verkoop
noem je natuurlijk de verkoopkosten. De financieringskosten bestaan voornamelijk uit
interestkosten. Alle kosten die je niet kunt onderbrengen bij inkoop, verkoop, financiering of
inkoopwaarde van de omzet worden op een hoop geveegd en noem je de algemene kosten. De som
van de verkoopkosten, de algemene kosten en de interestkosten noem je de overheadkosten. De
overhead kosten noem je de bedrijfskosten. De bedrijfskosten betreffen alle kosten, behalve de
inkoopwaarde van de omzet, die je moet maken om de ingekochte producten te verkopen.
1.3 DE OPBRENGST
De belangrijkste opbrengst van een onderneming bestaat uit de omzet, deze bestaat uit de verkochte
hoeveelheid maal de verkoopprijs. Als men over de omzet spreekt dan bedoelt men daarmee de
omzet exclusief btw.
1.4 DE NETTOWINST
Bij een onderneming draait alles uiteindelijk om de nettowinst. In het geval van een eenmanszaak
moet de ondernemer van deze winst leven. Een ondernemer zal daarom altijd voordat hij aan een
jaar begint een begroting maken van zijn opbrengsten en kosten. Zo’n schatting van de kosten en
opbrengsten wordt een voorcalculatie genoemd. Bij het maken van zo’n plan komt heel wat kijken, al
helemaal als je een nieuw bedrijf hebt.
,1.5 DE VERKOOPPRIJS PER PRODUCT
Op basis van de begroting van de nettowinst is het mogelijk ver verkoopprijs per product te
berekenen.
Als de brutowinst van 37.2% van de verkoopprijs Als de brutowinst van 37.2% van de inkoopprijs is,
is, ziet het er als volgt uit ziet het er zo uit
Inkoopprijs Inkoopprijs
68.2% 100%
Opslag brutowinst Opslag brutowinst
37.2% _ 37.2% _
Verkoopprijs excl. BTW Verkoopprijs excl. BTW
100% 137.2%
1.6 DE NACALCULATIE
Als je de periode hebt gehad, kijk je naar wat er echt is gebeurt aan de hand van onderstaand
schema, hierdoor kun je ook het verschil zien tussen de gerealiseerde winst en de begrote winst
1.7 HET EXTERN VERSLAG
Bij het externe verslag worden de cijfers op een andere wijze gepresenteerd maar met dezelfde
nettowinst. Het ziet er als volgt uit:
Netto omzet
Inkoopwaarde van de omzet incl. inkoopkosten -
Bruto omzetresultaat
Algemene kosten
Verkoopkosten +
Overhead kosten Overhead kosten -
Netto omzetresultaat
Interest opbrengsten
Interestkosten -
Financieringsresultaat Financieringsresultaat -/
+
Nettowinst uit gewone bedrijfsvoering (voor
belasting)
Belasting over winst -
Nettowinst uit gewone bedrijfsvoering (na
belasting)
, 2 DE VOORRAADWAARDERING
2.1 INLEIDING
De voorraden spelen een zeer belangrijke rol in het bedrijfsleven. Zo maken ondernemers dan de
inventaris op en controleren zo of de boekhouding klopt met de werkelijkheid. Veel niet-
productieondermingen kunnen slechts bestaan omdat ze voorraden hebben van bepaalde artikelen.
De voorraden horen tot de zogenaamde tijdstip- of voorraadgrootheden. De omvang wordt
vastgesteld op een bepaald tijdstip. Daarnaast heb je de zogenaamde periode- of stroomgrootheden
waarvan de omvang wordt vastgesteld door te kijken naar een bepaalde periode.
De waarde van de voorraad is natuurlijk niet alleen afhankelijk van het aantal artikelen maar ook van
de prijs van de artikelen. Voorraden brengen daarnaast ook nog kosten en risico’s met zich mee die
soms zo hoog zijn dat ondernemingen besluiten om de voorraden terug te brengen tot een
minimum.
2.2 VOORRAADKOSTEN EN VOORRAADRISICO’S
De voorraadkosten bestaan uit de opslagkosten en de bestelkosten. De opslagkosten bestaan onder
andere uit de huur van het magazijn en de kosten van de verzekering van de voorraad. De
bestelkosten bestaan uit telefoon- en portokosten, kosten van de inkoopafdeling, de kosten van het
vervoer en de verzekering van het vervoer.
Bij de opslagkosten is het zo verstandig om een zo’n klein mogelijke voorraad te hebben, dit scheelt
namelijk kosten. Maar vanuit de bestelkosten in het handig om een zo’n groot mogelijke voorraad te
hebben, dit kan namelijk korting opleveren.
Tot de opslagkosten worden ook de kosten van de verzekering van de voorraad gerekend. Het
aanhouden van een voorraad brengt nogal wat risico’s met zich mee:
Kwantiteitsrisico: vermindering van de hoeveelheid, bijvoorbeeld door brand
Kwaliteitsrisico: de kwaliteit valt weg door bijvoorbeeld bederf
Het risico van incourant worden van de voorraad, het wordt onverkoopbaar en je spreekt
dan ook wel van het commerciële risico
Prijsrisico: de inkoopprijs kan gaan dalen waardoor je beter had kunnen wachten met de
inkoop. Het prijsrisico loopt ook over de voorinkopen.
De technische voorraad is de echte voorraad die in het magazijn ligt. De economische voorraad = de
technische voorraad + de voorinkopen – voorverkopen
2.3 DE VOORRAADWAARDERING
De voorraden, goederen, werden tot nu toe steeds gewaardeerd tegen de historische
inkoopkooprijs. Dit is de werkelijke prijs die in het verleden betaald is voor de goederen en bestaat ui
de factuurprijs van de ingekochte goederen excl. btw.
Afzet X verkoop = Omzet
Afzet X historische inkoopprijs = Inkoopwaarde van de omzet -
Brutowinst
Bij het FIFO-systeem worden de goederen gewaardeerd tegen de prijs die de ondernemer in het
verleden heeft betaald bij de inkoop. Het gaat ervan uit dat de goederen die het eerst ingekocht zijn,
ook het eerst verkocht worden. Overigens is dit zuiver administratief. Bij ondernemingen die echter
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller FleurBokkens. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for £2.56. You're not tied to anything after your purchase.