100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting interventie bij onderwijsleerproblemen H1-4 £2.56   Add to cart

Summary

Samenvatting interventie bij onderwijsleerproblemen H1-4

 31 views  2 purchases
  • Module
  • Institution
  • Book

Hoofdstuk 1 -4. 1=Technisch lezen 2=Begrijpend lezen 3=Spellen 4=Rekenen Auteurs: Peter de Jong, Helma Koomen Dit boek wordt gebruikt bij de opleiding: Premaster orthopedagogiek aan de VU. Deze samenvatting hoort bij het minor vak Passend Onderwijs.

Preview 3 out of 16  pages

  • No
  • Hoofdstuk 1 t/m 4
  • December 28, 2020
  • 16
  • 2020/2021
  • Summary
avatar-seller
Interventie bij onderwijsleerproblemen
H1, 2, 3 & 4 van Peter de Jong & Helma Koomen

Hoofdstuk 1 Technisch lezen

Technisch lezen de vaardigheid om geschreven woorden te verbinden met hun gesproken vorm.
Als de ontwikkeling van technische leesvaardigheid bij kinderen stagneert, hebben deze kinderen in
latere leerjaren slechtere prognoses dan leerling die boven het niveau van groep 4 zijn gekomen.

Een grote achterstand en niet/nauwelijks profiteren van remediërende leesinstructie is een indicatie
voor ernstige leesproblemen of dyslexie.

Er zijn 2 meningen over de oorzaak van leesproblemen en dyslexie:

- Kindgebonden factoren

Dyslexie als neurobiologisch bepaalde stoornis is dan oorzaak en zwakke leesvaardigheid is
het gevolg.

- Oorzaak door omgeving (onderwijs)

Op zoek naar kenmerken van (in)effectieve instructie en van een (in)effectieve organisatie
van het onderwijs. Slecht onderwijs is de oorzaak en zwakke leesvaardigheid is gevolg.

De standpunten komen bij elkaar als we stoornissen zien als de uitkomst van ongunstige
omstandigheden (de omgeving) die maken dat ongunstige aanlegfactoren (de neurobiologische of
cognitieve basis) tot expressie komen. De primaire focus ligt op de interactie tussen aanleg- en
omgevingsfactoren.

Het protocol van Dyslexie gaat uit van een kenmerkend cognitief profiel, dat een noodzakelijke
voorwaarde is om dyslexie vast te stellen. Er is bij deze opvatting sprake van kindfactoren die
onder alle omstandigheden zullen leiden tot ernstige leesproblemen, hoe goed het onderwijs ook is.



Kenmerken van leesproblemen

Leesproblemen kunnen een neurobiologische basis hebben. Interventies richten zich op de manier
van lezen en de (cognitieve) factoren die ten grondslag liggen aan het lezen.

 Lezen met leesproblemen

Geoefende lezers kunnen woorden snel en accuraat ontcijferen. Dat komt doordat bij veel woorden
een hechte verbinding is ontstaan tussen de geschreven en de gesproken vorm. Ook beschikken
goede lezers over sublexicale kennis, associaties tussen letters en letterclusters enerzijds en de
bijbehorende klanken en klankclusters anderzijds. Lexicale en sublexicale orthografische kennis
zorgen ervoor dat men woorden goed en snel kan lezen.

Traag lezen is het primaire kenmerk van leesproblemen. De orthografische kennis is onvoldoende,
waardoor zij woorden fonologisch moeten decoderen of verklanken. De letters uit de geschreven
vorm worden verbonden met de bijbehorende klanken en in deze klanken wordt het woord herkend
(synthese). Dit gaat traag.

Het verklankproces duurt langer als het woord uit meer letters bestaat. Kinderen met
leesproblemen zijn gevoeliger voor specifieke kenmerken van het woord, zoals: aantal letters, de
bekendheid, aanwezigheid van digrafen (au-eu-ie). Oftewel: weinig stabiel.

 Onderliggende kenmerken

Fonologisch bewustzijn de vaardigheid om klankeenheden in woorden te herkennen en
manipuleren. Eerst afzonderlijke lettergrepen herkennen bo/men, daarna de kleinste
klankeenheden (fonemen) herkennen en manipuleren b/o/s (fonemisch bewustzijn).

Fonemisch bewustzijn er wordt onderscheid gemaakt tussen segmentatie of (auditieve) analyse
en (auditieve) synthese.

,Analyse = een gesproken woord wordt opgedeeld in fonemen.
Synthese = het samenvoegen van een reeks fonemen tot een gesproken woord.
De analysevaardigheid en de synthesevaardigheid hangen sterk samen.

Om een woord te identificeren moeten de letters in de geschreven vorm gekoppeld worden aan de
fonemen in de gesproken vorm. Fonemen zijn niet direct hoorbaar, want de fonemen zijn
versmolten met elkaar. We zeggen niet b/o/s, als we /bos/ bedoelen.

Het verklanken wordt gehinderd bij een gebrekkige vaardigheid in synthese. Een moeizaam
verlopend verklankproces kan een oorzaak zijn van een gebrekkige orthografische kennis en
daarmee van een leesprobleem. Fonologisch bewustzijn is een basisvoorwaarde van het lezen.

Letterkennis  verwerven van kennis over de klanken die bij de letters horen. Zonder deze klank-
letterkennis is lezen in een alfabetische orthografie onmogelijk. Letterkennis is één van de beste
voorspellers van de latere leesvaardigheid. Een gebrekkige letterkennis bemoeilijkt het ontcijferen
van woorden, vooral als dit nog gebeurt via verklanken. Vaak eind groep 3 kunnen kinderen dit.

Benoemsnelheid  de snelheid waarmee de namen van symbolen genoemd kunnen worden. Het
gaat om letters, cijfers, kleuren en objecten. Bij een test moet het kind de symbolen zo snel
mogelijk benoemen. De benoemsnelheid van letters hangt samen met de leesvaardigheid.
Kinderen met leesproblemen vallen hierop uit.



Gevolgen van problemen met lezen

Als de leestechniek voldoende is, dan is de te leveren inspanning voor het lezen van een tekst
gering en komt de inhoud gemakkelijk en snel beschikbaar. Als de tekst interessant is, houdt
leesgedrag zichzelf in stand. Het leesgedrag van een leerling is intrinsiek gemotiveerd. Als lezen
moeizaam gaat, ligt de ontwikkeling van taak vermijdend gedrag voor de hand. Lezen is voor deze
leerling niet intrinsiek motiverend.

Als de inspanning groot is en de intrinsieke berkrachtiging klein, zal de leerling niet uit zichzelf
gaan lezen. Het lezen moeten extern worden opgereoepen door instructie en bemoediging. Het
moet in stand gehouden worden door externe bekrachtiging, door aandacht en complimenten van
de leerkracht. De leerkracht moet zorgen voor succes bij de leerling i.p.v. faalervaringen.
Sleutelwoord voor succes = oefenen.

Dyslexie is de uitkomst van een ongunstige ontwikkeling, maar dyslexie interfereert ook met
andere ontwikkelingen. Als accuraat en snel lezen zeer zwak is, belemmert dit het begrijpend en
studerend lezen en het functioneren in zijn algemeenheid.

Matteuseffect  zwak functioneren op één of meer deelvaardigheden leidt gemakkelijk tot zwakke
leesvaardigheid en een zwakke leesvaardigheid leidt tot een zwak functioneren op weer andere
schoolse vaardigheden.



Interventies in het onderwijs

In NL is onderscheid tussen aanvankelijke ne voortgezet technisch lezen. Op alle basisscholen is
een effectieve methode. De methoden voor aanvankelijk lezen zijn gericht op het decoderen en
schrijven expliciete oefening voor in de deelvaardigheden: auditieve synthese, auditieve analyse en
klank-tekenkoppeling. Er worden woorden gebruikt waarbij de relatie tussen teken en klank
volledig consistent is (wel k/a/m maar niet j/a/m). Hierdoor kunnen kinderen snel het alfabetisch
principe doorkrijgen.

 Onderwijs continuüm

Leerproblemen ontstaan altijd in het onderwijs als resultaat van de interactie tussen kind-
kenmerken (onderwijsbelemmeringen of instruciebehoeften) en de mate waarin het onderwijs erin
slaagt hierop het juiste antwoord te geven (recht doen aan verschillen tussen leerlingen).

Het organisatiemodel hiervoor vinden we in het Onderwijscontinuüm CED-Groep.

In het onderwijs continuüm zijn voor differentiatie 3 uitganspunten van belang:

, - Differentiatie wordt ingevuld als verbijzondering van het algemene

- Differentiatie krijgt inhoud door intensivering van het basisaanbod

- Differentiatie kan slechts voor een beperkt aantal leerlingen worden gerealiseerd



Verbijzondering van het algemene

We zien indiviudalisering binnen het onderwijs als een verbijzondering van het algemene.

Individuele handelingsplannen is een gebruikelijke werkwijze om zich sterk te richten op de
individuele behoeften van individuele leerlingen, om vervolgens het ideale plan met passen en
meten zo goed mogelijk in te voegen in het reguliere onderwijsaanbod.

Het beschrijven van deze zaken voor iedere zwakke leerling individueel, kent bezwaren. Men maakt
voor iedere leerling een uniek plan. Leerkrachten worden geconfronteerd met een veelheid aan
verschillende plannen en uitvoering in de klas is onmogelijk. Het blijkt dat ‘uniek’ en ‘indiviudeel’
weinig zeggen omdat vaak hetzelfde bij leerlingen wordt opgeschreven.



Intensivering van het basisaanbod

Het schoolplan is geldig voor elke leerling. Er wordt vastgesteld voor welke leerlingen het
onderwijsaanbod niet voldoende is, dan vindt intensivering van het onderwijs plaats. Vaak worden
individuele plannen uitgevoerd in plaats van de groepsaanpak, met als gevolg een dramatische
daling van de effectieve leer- en instructietijd, terwijl zwakke kinderen juist meer leer- en
instructietijd nodig hebben. Het 2e uitganspunt is dat een gedifferentieerd aanbod voor zwakke
leerlingen een intensivering van het basisaanbod moet zijn en niet iets totaal nieuws moet zijn.

In het onderwijscontinuüm gaan we uit van een reeks op elkaar aansluitende en elkaar aanvullende
onderwijsarrangementen. Er is een basisarrangement voor alle leerlingen, wat voor de meeste
leerlingen voldoende moet zijn om gewenste resultaten te halen. Voor zwakke leerlingen wordt dit
op onderdelen geïntensiveerd.

Als intensivering nog niet voldoende is, is een individueel handelingsplan noodzakelijk. Het zeer
intensieve arrangement is opgebouwd uit effectief gebleken ‘evidence’ gebaseerde elementen. Het
handelingsplan wordt ingevuld door per leerling per leergebied uit leerlijnen keuzes te maken voor
realistische doelen voor deze leerling voor dit leergebied.



Een beperkt aantal leerlingen

Het is goed mogelijk om aan specifieke behoeften van individuele leerlingen tegemoet te komen als
het aantal leerlingen dat een beroep doet op de fifferentiatiecapaciteit van de leerkracht binnen de
perken blijft. Een juiste verdeling van leerlingen over de verschillende onderwijsarrangementen is
essentieel om gedifferentieerd werken uitvoerbaar te houden.

Binnen de 25% zwakste leerlingen, komen de laagste 10% in aanmerking voor een zeer intensief
arrangement. Iedereen doet mee met de basisinstructie en een kwart krijgt (zeer) intensief
arrangement.

Stapelen  intensivering wordt bereikt door extra instructie te stapelen op de basisinstructie. Daar
tegenover staat dispenseren.

Dispenseren  er worden weloverwogen keuzes gemaakt van leerstof die de leerling niet hoeft te
doen.




 Specifieke interventies

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller 614148. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for £2.56. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

67474 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy revision notes and other study material for 14 years now

Start selling
£2.56  2x  sold
  • (0)
  Add to cart