Dit is een samenvatting van de notities, de slides en het boek van basisbegrippen van het recht van Gerd Verschelden en Piet Taelman.
Ik ben naar alle lessen geweest.
Deel I: Wat is recht.........................................................................................2
Hoofdstuk 1: Het recht als een geheel van gedragsregels...............................................2
Hoofdstuk 2: Relativiteit van deze benadering................................................................3
Deel III: professionele actoren in het recht....................................................49
Hoofdstuk 1: De magistraat........................................................................................... 49
Hoofdstuk 2: Het gerechtspersoneel..............................................................................49
Hoofdstuk 3: De advocaat............................................................................................. 50
Hoofdstuk 4: De gerechtsdeurwaarder..........................................................................50
Hoofdstuk 5: De notaris................................................................................................. 50
Hoofdstuk 6: De bedrijfsjurist........................................................................................51
Hoofdstuk 7: De overheidsjurist.....................................................................................51
Hoofdstuk 8: De jurist in academia................................................................................51
Deel IV: Kennismaking met het burgerlijk procesrecht...................................53
Hoofdstuk 1: Inleiding.................................................................................................... 53
Hoofdstuk 2: Bronnen van burgerlijk procesrecht..........................................................56
Hoofdstuk 3: Organisatie en bevoegdheid van de internrechtelijke rechtscolleges.......65
Hoofdstuk 4: Rechtspleging........................................................................................... 66
Hoofdstuk 5: gedwongen tenuitvoerlegging..................................................................73
Deel V: Rechtsterminologie...........................................................................78
Hoofdstuk 1: 300 juridische basisbegrippen in het Nederlands, Frans, Engels en Duits.78
Hoofdstuk 2: Rechtsterminologie Nederlands-Frans......................................................78
1
,2024-2025 Elisa Drubbel
Basisbegrippen
Deel I: Wat is recht
Hoofdstuk 1: Het recht als een geheel van gedragsregels
Afdeling 1: Enkele definities
Objectief recht: geheel van gedragsregels met specifieke kenmerken
Subjectieve rechten: aanspraken en bevoegdheden t.o.v. personen of voorwerpen
Publiek recht: recht tussen overheid en burger of overheden onderling
Privaatrecht: recht tussen burgers onderling
Vervaging van het onderscheid: internationalisering + private instrumenten van de
overheid + verhoudingen van burgers met dwingend karakter
Materieel recht: inhoud van gedragsregels die rechten en plichten meebrengen voor
rechtssubjecten
Formeel recht: handhaving van materieel recht, handhaving via procesrecht
Vervaging van het onderscheid: procesrecht publieke en burgerlijke aspecten + Ger.W.
beslechting door rechter EN alternatieve vormen van geschiloplossing
Bronnen van Belgisch privaatrecht: Burgerlijk Wetboek (BW) + bijzondere wetten +
gewoonte (door HvC: Een gewoonterechtelijke regel is een regel die voortvloeit uit een
bestendig gebruik waarvan het bindend karakter steun vindt in de algemene overtuiging.)
+ algemene rechtsbeginselen
Rechtsfeiten: feiten waaraan rechtsregels gevolgen verbinden
Rechtshandelingen: de wilsuiting waarbij men het doel heeft rechtsgevolgen te doen
ontstaan
Rechtsgevolgen: gevolgen die het recht koppelt aan feiten die beantwoorden aan de
hypothese die in de norm vervat ligt
Afdeling 2: Centrale elementen in het begrip recht
We zien recht in traditionele benadering als een geheel van regels die een bepaald
bedrag sturen in de juiste richting zodat we niet in een chaotische samenleving leven,
maar dat we ordeningen hebben.
Bevel (je moet je kinderen onderhouden als ouder) of verbod (je mag niet door het rood
licht rijden)
De regels gelden niet voor iedereen (getrouwd zijn met een vrouw schept rechten en
plichten)
De regels hebben verschillende intensiteit (gedragsregels zijn niet allemaal even
intens)
Aanvullend recht (verbintenissenrecht, aansprakelijkheidsrecht) > dwingend recht (regels
inzake woninghuur) > openbare orde (bekwaamheid van een persoon)
Institutionele en soms begripsmatig karakter (in die wet wordt met dit woord dat bedoeld)
De regels komen van ons zelf, de kwaliteit is onze eigen schuld. De regels komen
opgeborreld uit onze maatschappij. Wij verkiezen de mensen die de wetgeving maken.
De politici moeten vertolken wat het volk wil.
2
,2024-2025 Elisa Drubbel
Het doel is de ordening van de maatschappij, anders zouden we in chaos leven. De
kwaliteit is afhankelijk van 3 parameters
- Rechtszekerheid (geen 1 van de bolletjes is vervuld rechtsonzekere
maatschappij)
o Voorspelbaarheid (nemo censetur ignorare legem = iedereen wordt geacht
de wet te kennen is een absurd principe: 110k bladzijden BS dit jaar)
o Vastheid (beter structuren aanleren dan de precieze wetten, want tegen
dat we moeten gaan werken is het toch al veranderd)
o Algemeenheid
o Onderlinge consistentie (door de stroom van aanpassingen vergeet men
zaken aan te passen en dat is ook een probleem)
- Rechtvaardigheid (is voor iedereen anders, heeft te maken met ideeën over bv.
taksen en is evolutief: vroeger werden kinderen buiten het huwelijk benadeeld,
maar nu mag dat niet meer, maar er is wel een vaste kern)
- Doeltreffendheid (als men een wet of decreet maakt wil men iets bereiken, vaak
staat het in de memorie van toelichting. Er wordt niet getoetst of die
doelstellingen zijn bereikt, er is nochtans een comité voor wetgevingsevaluatie,
maar omdat men de senaat langzaamaan afbouwt is er geen systematische
evaluatie van de wet)
Wetten worden uitgevaardigd door KB (regering legt de wetten ten uitvoer)
Als een wet niet wordt gehandhaafd is er een verschil in privaatrecht en publiekrecht
Privaatrecht: je stapt zelf naar de rechter, het initiatief ligt bij de burger (uitz:
alimentatiedienst)
Publiekrecht: de sanctie komt vanuit de staat, bij strafrechtelijk inbreuk zal het OM een
strafvervolging instellen, slachtoffer kan zich wel burgerlijke partij stellen in de zaak
Hoofdstuk 2: Relativiteit van deze benadering
Niet overal wordt het recht zo gezien, dit gaat enken over Europees continentaal recht en
meer bepaald Belgisch recht.
In common law landen wordt er meer aandacht besteed aan oplossen van concrete
gevallen
In klassieke marxistische opvatting is er geen plaats voor recht
Bij traditioneel Afrikaans recht is overleg en sociale gedragspatronen belangrijk
In Japan (Verre oosten) is een gerechtelijke procedure starten een sociale mislukking
Legt de klassieke visie te veel nadruk op ordenende functie? Zou ze niet beter nadruk
leggen op humanitaire functie?
Taak van jurist ruimer: uitzoeken wat de opdrachtgever werkelijk nodig heeft +
alternatieve geschillenoplossing
Belgische recht is verre van volmaakt.
Algemene rechtsleer (Wat is recht? ontologische vraag
Rechtsvinding (Hoe kunnen we recht kennen?) epistemologische vraag
Algemene rechtsleer + rechtsvinding = rechtstheorie
3
, 2024-2025 Elisa Drubbel
Deel II: Basisbegrippen
Hoofdstuk 1: Rechtssubjecten
Afdeling 1: Begrippen
Rechtssubject: persoon voor wie de rechtsnorm rechten en plichten meebrengt (NP of
RP)
Rechtsfeit: een feit dat rechtsgevolgen meebrengt (vb. de geboorte, door rood licht
rijden)
Rechtshandeling: menselijke wilsverklaring waarbij het rechtssubject de rechtsgevolgen
wil (vb. een kind erkennen, trouwen)
Juridische persoonlijkheid: geheel van rechten en plichten van een rechtssubject (alle
rechtssubjecten)
- Staat van de persoon
- Bekwaamheid van de persoon
Staat van de persoon: hoedanigheden van een persoon
- Staat in de maatschappij: Belgische nationaliteit
- Staat in de familie: afstamming + huwelijk/samenwoning (kan wijzigen)
- Staat als enkeling
o Fysiek: leeftijd
o Psychisch: geestesstoornis, dementie
o Civielrechtelijk: naam en woonplaats
Afhankelijk van
- Rechtsfeiten
- Materiële rechtshandelingen
- Rechterlijke uitspraken
- Wet (in formele zin) (een naturalisatiewet is de enige wet die het kan aanpassen)
Burgerlijke staat burgerlijke stand
Staat van de persoon vs. documentatie die burgerlijke staat bijhoudt
Bezit van staat: sociaal gedrag dat gesteld wordt
Vb. ‘Ik heb bezit van staat van vader ten aanzien van mijn kind’ ‘ook al ben ik juridisch de
vader niet’
Juridisch vaderschap wordt bevestigd door biologische band. Als er geen biologische band
is, is een vonnis van de rechter nodig die een man als juridische vader aanwijst.
Functies:
- Bewijsmiddel
- Grond van niet-ontvankelijkheid krachtens de wet (geen beoordeling van
gegrondheid)
o Absolute onmogelijkheid van betwisting (is ongrondwettig privéleven)
o Dus er moet een belangenafweging plaatsvinden bij bepaalde gevallen
Enkelvoudig en tweezijdig karakter:
- Enkelvoudig: een kind kan maar bezit van staat hebben t.a.v. 1 man (vader)
- Tweezijdig: je kan wel bezit van staat hebben t.a.v. 1 man en 1 vrouw (vader en
moeder)
Bekwaamheid:
- Feitelijke bekwaamheid: mogelijkheid om een daad te stellen
- Rechtsbekwaamheid: bevoegdheid om titularis van rechten en plichten te zijn
- Handelingsbekwaamheid: bevoegdheid om rechten en plichten zelfstandig
uitoefenen
Afdeling 2: Natuurlijke personen
Wie is een natuurlijke persoon?
Elke levend en levensvatbare geboren mens
- Levend: niet doodgeboren
- Levensvatbaar: dokters erover eens zijn dat je niet gaat sterven binnen afzienbare
tijd
Niet iedereen die rechtsbescherming geniet is een juridische persoon/rechtssubject
(dieren, lijk, embryo)
4
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
√ Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, Bancontact of creditcard voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper elisadrubbel. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €5,49. Je zit daarna nergens aan vast.