100% tevredenheidsgarantie Direct beschikbaar na betaling Zowel online als in PDF Je zit nergens aan vast
logo-home
Samenvatting KTF4 AFP €7,49
In winkelwagen

Samenvatting

Samenvatting KTF4 AFP

 11 keer bekeken  0 keer verkocht

Uitgewerkte leerdoelen van de lesstof van AFP4. Hiervoor is gebruik gemaakt van het boek Anatomie & Fysiologie (Martini) aangevuld met aantekeningen uit de les.

Voorbeeld 4 van de 36  pagina's

  • Nee
  • Onbekend
  • 6 april 2021
  • 36
  • 2020/2021
  • Samenvatting
book image

Titel boek:

Auteur(s):

  • Uitgave:
  • ISBN:
  • Druk:
Alle documenten voor dit vak (3)
avatar-seller
imkelavrijsen955
Samenvatting KTF4 AFP kort

Les 1- Opbouw zenuwstelsel

Leerdoelen

1. Vat de basale opbouw van het zenuwstelsel samen;
2. Legt uit wat een neuron is en deelt deze in naar functie;
3. Legt uit wat het verschil is tussen grijze stof en witte stof;
4. Benoemt de verschillende gliacellen en hun functies.

Gliacellen = neuroglia
- Hebben een eigen netwerk
- Zijn talrijk en kunnen werken als fagocyten (opruimen)
- Zijn kleiner dan neuronen en kunnen wel delen
- Is de helft van het volume in het zenuwstelsel

4 typen gliacellen in het centraal zenuwstelsel (CSZ):
- Astrocyten
• Geven chemische stoffen af die noodzakelijk
zijn voor het handhaven van de bloed-
hersenbarrière
• Verrichten reparaties in beschadigd
zenuwweefsel
- Oligodendrocyt
• Omgeven axonen van meerdere neuronen met
myeline in het CZS
• Oligo = weinig, hebben weinig uitlopers
- Microgliacel
• Kleinst en minst talrijk
• Fagocyterende cellen die kleine cel fragmenten
en ziekteverwekkers insluiten
- Ependymcel
• Geeft bescherming aan de zenuwbaan/ centraal
kanaal en ventrikels door binnenkant te bekleden
• Zijn met hersenvocht gevuld


2 typen gliacellen in het perifeer zenuwstelsel (PZS):
- Cellen van Schwann
• Omgeven elk axon buiten CZS en vormen
myelineschede
• Elke cel vormt 1 segment van myelineschede,
tussen elk segment ligt knoop van Ranvier
- Satelliet cellen
• Omgeven en ondersteunen cellichamen in perifere
zenuwcellen
• Zorgen voor groei en ontwikkeling

,Neuronen = zenuwcellen
- Multipolair neuron
• 1 axon, 2 of meer dendrieten → in CZS meest voorkomend
• Alle motorische zenuwcellen die skeletspieren
aansturen
- Unipolair neuron
• Cellichaam aan één zijde, dendrieten en axon lopen
in elkaar over
• Actiepotentiaal begint bij uiteinde dendriet, de rest
van de uitloper is axon
• Meeste sensibele neuronen van PZS zijn unipolair
- Bipolair neuron
• 1 dendriet en 1 axon met cellichaam ertussen
• Zeldzaam, alleen in speciale zintuigen
• Informatie omtrent zien, ruiken en horen.
Zintuigcellen → andere neuronen

- Schakelneuron
• Geven informatie door tussen sensorische en motorische neuronen




Dendriet: neemt impulsen op en geeft deze door aan cellichamen (naar cellichaam toe), dit gebeurt
pas na overschrijding drempelwaarde → soms dus pas na meerdere impulsen

Cellichaam: bepaalt of prikkel wordt doorgegeven (optel som van remmende en stimulerende info)

Axon (neuriet): geeft signaal door aan volgende cel of einddoel (van cellichaam af).

Door myelineschede kunnen impulsen sneller overgaan (stapsgewijs). Deze snelle, sprongsgewijze
impulsvoortplanting via de knopen van Ranvier wordt saltatorische impulsgeleiding genoemd.

- Myeline zit niet altijd om axon → hoe verder in het PZS hoe minder myelineschede
- In CZS vormen oligodendrocyten de myelineschede, in PZS zijn dit de cellen van Schwann

Bij de ziekte MS wordt de myelineschede aangetast waardoor de impuls geleiding wordt vertraagd
en hiermee ook de reacties.

,Cellichamen van neuronen liggen in de grijze stof. In de cellichamen zitten de lichaampjes van Nissl
(organellen) die zorgen voor deze grijze kleur.

Of het grijze gedeelte aan de binnenkant (ruggenmerg) of aan de buitenkant (hersenen) ligt, heeft te
maken met waar het signaal naartoe gestuurd moet worden. In het ruggenmerg moeten de impulsen
naar de rest van het lichaam (buiten) en dus moeten de axonen (witte stof) ook aan de buitenkant
liggen.

Afferente banen: van het lichaam naar het centraal zenuwstelsel (stijgend) → sensorische informatie

Efferente banen: van het centraal zenuwstelsel naar orgaan/ spier (dalend) → motorische informatie

, Les 2- Het actiepotentiaal

Leerdoelen

1. Legt uit hoe een actiepotentiaal ontstaat en verloopt;
2. Legt uit op welke wijze impulsoverdracht plaatsvindt;
3. Benoemt de belangrijkste neurotransmitters en wat hun effect is.

Binnen in de cel (intracellulair) relatief veel kalium+ en negatief geladen eiwitten
Buiten de cel (extracellulair) relatief veel Na+ en CL-
- K+ intracellulair 28x hoger dan extracellulair
- Na+ extracellulair 14x hoger dan intracellulair
➔ Er is een potentiaalverschil

Om homeostase te handhaven is er de natriumkalium pomp. 3 Na+ gaan naar buiten en 2K+ naar
binnen → balans tussen in en uit (diffusie)
Door deze verschillen heb je een rustpotentiaal. Door deze concentratieverschillen is er een verschil
in elektrisch potentiaal over de binnen- en buitenkant van de cel. Rustpotentiaal is -70mV

Actiepotentiaal is een alles of niets principe → geen verschil in sterkte, actiepotentiaal is er of is er
niet.




1. Rustpotentiaal -70mV. natrium probeert de cel binnen te komen, dit lukt en dan wordt de
drempelwaarde van -60mV gehaald.
2. De natriumpoorten gaan open en natrium gaat massaal de cel in, steeds positiever tot
+30mV.
3. De natriumpoorten sluiten en de kaliumpoorten openen zich. Kalium stroomt de cel uit tot
iets onder -70mV totdat alle kaliumpoorten gesloten zijn→ hyperpolarisatie.
4. Wanneer de kaliumpoorten gesloten zijn keert de membraanpotentiaal terug naar het
rustpotentiaal → elektrisch herstel/ chemisch herstel.

Alleen in de rustpotentiaal is de cel gevoelig voor nieuwe prikkels.

Het actiepotentiaal is over het axon. Het actiepotentiaal zet neurotransmitters in de synaps aan tot
overgave van de prikkel naar dendriet, spier- of kliercel etc.

Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!

Snel en makkelijk kopen

Snel en makkelijk kopen

Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.

Focus op de essentie

Focus op de essentie

Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!

Veelgestelde vragen

Wat krijg ik als ik dit document koop?

Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.

Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?

Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.

Van wie koop ik deze samenvatting?

Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper imkelavrijsen955. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.

Zit ik meteen vast aan een abonnement?

Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €7,49. Je zit daarna nergens aan vast.

Is Stuvia te vertrouwen?

4,6 sterren op Google & Trustpilot (+1000 reviews)

Afgelopen 30 dagen zijn er 56326 samenvattingen verkocht

Opgericht in 2010, al 14 jaar dé plek om samenvattingen te kopen

Start met verkopen
€7,49
  • (0)
In winkelwagen
Toegevoegd