Neuropsychologie
college 1, ppt 1
Studie van hersenen in relatie van gedrag. Toegespitst op ontwikkelingspsychologie. (developmental
perspective)
• Developmental disorders:
– detected early in childhood, require early intervention to minimize associated deficits and protect development of unaffected functions
• Acquired disorders:
– different causes
– different consequences for recovery: children’s brains are developing rapidly →
• greater plasticity – Kennard prinicple
• greater vulnerability
WAAROM NEUROPSYCHOLOGIE VANUIT ONTWIKKELINGSPERSPECTIEF BEKIJKEN?
Waarom 2 invalshoeken:
- neuropsychologie gericht op ontwikkeling van kinderen
- neuropsychologie voor volwassenen en ouderen
Er zijn belangrijke verschillen tussen ontwikkelingsstoornissen en verworven letsel wat betreft:
- oorzaken
- herstelmogelijkheden
- diagnoses
- prognoses
verschillende oorzaken
Developmental disorders = ontwikkelingsstoornissen. (bijv. ASS en ADHD)
- Wordt veelal vroeg in de ontwikkeling waargenomen, vroeg in de kindertijd. Vraagt om snelle inzet
van interventies. Interventies gericht om de tekortkomingen van het getroffen gebied te beperken
(=erger te voorkomen) en ontwikkeling te beschermen van de gebieden die niet getroffen zijn.
(bijv. kind wat in rolstoel zit, niet kan lopen, interventie gericht op blijven bewegen v.d. benen en op
andere domeinen: beweging van andere ledematen om meer kracht te krijgen in armen en om dik
worden te voorkomen)
- Oorzaak weet men vaak niet. Er zijn wel hypotheses, maar er is geen duidelijke oorzaak.
Acquired disorders = verworven stoornis
- De oorzaak is of de oorzaken zijn duidelijk:
= voor het ongeval was alles intact, er is sprake van letsel na een ongeval. Het kind loopt vanwege het
ongeval hersenletsel op. De oorzaak van het hersenletsel is gekomen door het ongeval = duidelijk.
Wanneer inzicht groeit. Voorheen wist men de oorzaak niet, maar later in de tijd wel. Dan kan een
developmental disorder een acquired disorder worden.
Bijv. bij ADHD wordt onderzoek gedaan naar stress bij zwangere moeders, wanneer blijkt dat dit de
oorzaak is van ADHD, dan kan ADHD een acquired disorder worden.
Verschillende herstelmogelijkheden:
=> Kennard principe: wanneer je letsel oplevert, kan dit het beste zo jong mogelijk. Uit veel vb. waaruit
blijkt dat Kennard principe niet op gaat. Vroeg hersenletsel geeft juist meer en grotere gevolgen op
latere leeftijd.
Neuropsychologie aantekening alle colleges 2021
, => Vulnerability, kwetsbaarheid is vaak juist groter bij jonge kinderen. Kk zijn nog in ontwikkeling en
daardoor juist extra kwetsbaar. Alles wat nog in de groei is, is meer kwetsbaar dan alles wat al uitgerijpt
is (op volwassen leeftijd).
• Diagnosis is different
• A child’s behavioural repertoire changes continuously making it difficult to determine when a process is dysfuntional
– Behaviour considered “normal” at one age is considered deviant at a different age e.g. language, self regulation
– The same observable behaviour can be mediated by different underlying mechanisms at different ages → disorders are not immediately apparent
– Not all behaviours are sufficiently well-developed to be directly measurable at all ages e.g. cognition in infants
Diagnose is bij kinderen anders dan bij volwassenen
- Kinderen kunnen moeilijker uitleg geven aan hun problematiek dan volwassenen.
- Het gedragsrepertoire bij kinderen is in beginsel anders dan bij volwassenen en verandert
voortdurend. Bepaald gedrag hoort bij een bepaalde leeftijd. Op een andere leeftijd kan dit
zelfde gedrag als vreemd worden gezien. Bijv. wrijven op wang van baby, gaat mond er naar
toe om te eten.
- Bepaalde eigenschappen worden eerst door andere (lagere) hersengebieden geregeld. Dit
verandert naar mate de ontwikkeling vordert. Vuistregel: ontwikkeling verloopt van achteren
naar voren. Bepaalde eigenschappen worden in beginsel door andere hersengebieden
geregeld. Bijv. impulsiviteit, het reguleren van impulsen, het vermogen om een voorgenomen
actie te onderdrukken. Bij volwassenen wordt dit geregeld door de frontale cortex (de frontaal
kwab). Bij kinderen is dit nog onvoldoende ontwikkeld en zijn er lagere hersengebieden
hiervoor verantwoordelijk.
- Gedrag is bij kinderen niet altijd observeerbaar en meetbaar. Instructies voor het onderzoek
zijn moeilijker uit te leggen aan jonge kinderen. Volwassenen kan een uitleg beter begrijpen.
• prognosis for long-term development are less clear for neurological or anatomical reasons
– positive consequences of plasticity
– negative consequences of plasticity: “crowding”
– greater vulnerability
• for functional or behavioural reasons
– positive: behavioural compensation
– negative:“growing into deficit”
Prognoses zijn verschillend bij kinderen dan bij volwassenen
Bij kinderen is de prognose moeilijker te voorspellen dan bij volwassenen
O.g.v. neurologische en anatomische redenen:
- Positieve gevolgen van plasticiteit
- Negatieve gevolgen van plasticiteit: crowding
Het wordt drukker binnen een hersenhelft. Bijv. als een kind letsel heeft opgelopen in de linker hemisfeer,
worden bijv. de taalfuncties van de linker hersenhelft overgenomen worden door de rechter hemisfeer. Naar
mate meer taal wordt overgenomen door de rechter hemisfeer gaat dit ten koste van een andere
eigenschap in dit deel van de hersenen (bijv. ruimtelijk inzicht).
Een voorbeeld van crowding: 7 jaar letsel in linker hemisfeer. Rechter hemisfeer neemt taken over: crowding.
Verbaal IQ: o.a. taalvermogen
Performaal IQ: o.a. ruimtelijke orientatie, planning, inhibitie van gedrag
Letsel links, wordt direct na ongeval op gebied van V.IQ iets lager leeftijdsgenoten. Is in verwachting met letsel aan linkerkant. PIQ is dan nog op niveau
Rechts wordt pas na 7 jaar duidelijk, vanwege crowding. P.IQ wordt 7 jaar later veel lager gescoord, dan bij meting direct na ongeval.
Crowding komt niet voor bij volwassenen
Crowding fenomeen, maakt het lastig wat betreft de prognose. Kan nog niet voorspellen wat
de effecten van het letsel over langere tijd zijn. Onderzoek kort na hersenletsel bij
volwassenen geeft beter zicht op prognose dan bij kinderen.
- Groter kwetsbaarheid, vulnerability
Kennard principe is achterhaald.
Neuropsychologie aantekening alle colleges 2021
, O.g.v. functionele en gedragsmatige redenen:
- Positieve gedragsmatige compensatie
- Negatief: growing into deficit = het kind groeit naar mate hij zich ontwikkeld steeds meer in zijn
eigen problematiek, er zijn later in de ontwikkeling steeds meer beperkingen zichtbaar. De
ernst wordt pas later duidelijk en/of verslechterd. De ontstaansgeschiedenis is veel eerder dan
dat je de consequenties daarvan waarneemt.
Bijv. hersenletsel bij baby, blijkt later dat het lopen zich niet goed ontwikkeld, dit was eerder
niet te zien, omdat lopen nog niet paste bij de ontwikkelingsleeftijd op het moment van letsel.
Als een bepaalde vaardigheid uitgevallen is, wat later ook belangrijk is voor het ontwikkelen
van toekomstige vaardigheden, dan zal dit later de ontwikkeling van deze toekomstige
vaardigheden in de weg staan.
• Dose-response relation the same (more cerebral pathology leads to greater impairment)
•
• however
• Consequences in adults specific,
• Consequences in children global
TBI Traumatic Brain Injury
Kinderen t.o.v. volwassenen
Dose-respons relatie is hetzelfde bij kinderen als bij volwassenen. Dosering t.o.v. de respons/consequentie.
Wanneer het letsel groter is, leidt dit tot ernstigere gevolgen:
20 km tegen boom aan botsen leidt tot mildere effecten dan met 40 km tegen boom aan botsen.
Het hersenletsel bij volwassenen is in de regel specifiek. Er is enkel uitval op 1 gebied (alleen geheugen,
alleen motoriek). Bij volwassenen zijn de hersenen uitgerijpt. Alle functies hebben al een plek gekregen. Op
de plek van het letsel zijn die gevolgen zichtbaar. Bij kinderen is dit nog niet het geval. Meer gebieden zijn
betrokken bij een vaardigheid. Letsel in één specifiek gebied heeft hierdoor consequenties op meerdere
vaardigheden.
Bij kinderen is er sprake van een voortdurende herschikking in de interactie tussen verschillende
hersengebieden. Daarbij sprake van growing into deficit. Er is bij kinderen meer sprake van globale uitval,
omdat meer hersengebieden betrokken zijn.
= deze kennis staat tegenover het Kennard principe.
Hersenletsel bij oudere kinderen zijn de herstelfuncties groter dan bij hersenletsel bij jongere kinderen.
• More variable outcome compared to adults
• In adults immediate concequences
• In children there is an ongoing interaction
cumulative and often global dysfunction
and deficits often emerge later in life (growing into the deficit)
Samengevat hersenletsel kinderen vs volwassenen
- Meer variabele uitkomsten bij kinderen dan bij volwassenen (globaler)
- Bij volwassenen zijn de gevolgen vrijwel direct zichtbaar. Bij kinderen duurt dit jaren voordat
duidelijk wordt welke problemen het hersenletsel teweeg heeft gebracht. (growing into deficits)
- Bij kinderen is er een continue interactie gaande tussen problemen die tijdens het ongeval zijn
opgelopen en stapeling van latere problemen. (als de basis i.d. ontwikkeling onvoldoende is
komen latere ontwikkelingen in gevaar en vormen ook problemen, bijv. kind kan niet leren
kruipen vanwege letsel, dan zal lopen ook moeilijk worden)
In sum: Longitudinal research on TBI
• Recovery in children is dependent on
• Nature and severity of injury
• Premorbid abilities
• Developmental level at time of the injury
• Time since injury
• Stability of family and SES
Neuropsychologie aantekening alle colleges 2021
, Samengevat resultaten uit onderzoeken over meerdere langere tijd, waarin respondenten langer gevolgd
worden (longitudinal research)
Herstel is afhankelijk van:
- Severity: Ernst/omvang en Nature: plek(ken) die aangedaan zijn
- Capaciteiten voor het ongeval, de ontwikkelingsmogelijkheden/beperkingen die er al waren
voor het hersenletsel
- Ontwikkelingsleeftijd op het moment van letsel
- Moment van onderzoek. Wanneer het kind getest wordt.
- De stabiliteit van het gezin. Sociaal Economische Status
Vb vraag tentamen (Key 1):
Waarom is het belangrijk dat er een onderscheid gemaakt wordt tussen ontwikkelingsneuropsychologie en
neuropsychologie voor volwassenen/ wat maakt het belangrijk om ook ontwikkelingsneuropsychologie te
hebben:
- Verschil in diagnose
- Prognose
- Kwetsuren hebben vaak een heel ander karakter: specifiek-globaal
- Hoe jonger het kind is, hoe ernstiger het kwetsuur kan zijn. Het Kennard principe is hierin
achterhaald.
Key 2
Klinische neuropsychologie vs experimentele neuropsychologie
• Clinical vs experimental neuropsychology
• Clinical neuropsychology measures skills in the individual child to sharpen intervention
• Theoretical neuropsychology is model driven to investigate brain-behavior relationships
Clinical assessment methods
– questionnaires and observations
– Standardized paper and pencil tests (WCST,WISC, NEPSY) to measure abilities of the individual child (necessary for choice of school – therapy, etc.)
– For research purposes, tests are unspecific
• they compare child’s scores with the norm (high sensitivity)
• they are not good at differentiating between patient populations (low specificity)
• Tests measure the end product of cognition, not the mechanisms behind it
Klinische neuropsychologie: klinische setting, werkzaam in de praktijk. Interesse in de individuele
vaardigheden van kinderen. Meetbaar maken van het individuele niveau van het kind ivm de norm: IQ-test,
geheugentest. Het meet wat dit betreffende kind kan, zijn individuele vaardigheden. Het meet het product
van bijv. het cognitief functioneren. Al deze testen zijn genormeerd.
Een kind met ADHD en een kind met ASS, kinderen met een geheel verschillende diagnostiek
sypmtomatologie, zouden neuropsychologisch gezien eenzelfde testscore kunnen hebben.
Meet de individuele vaardigheden van kinderen om de interventie beter af te stemmen op dit specifieke
kind. Het meet niet de mechaniek achter de ADHD of ASS, de onderlinge structuur van de problematiek.
Voor research-doeleinden/ onderzoek zijn deze testen onvoldoende.
Methoden klinische neuropsychologie:
- Vragenlijsten, observaties
- Gestandaardiseerde papier en potloodtesten, om vaardigheden vh ind. Kind te meten.
(schoolkeuze, therapiekeuze)
meten waar het kind staat t.o.v. de norm = hoge sensitiviteit,
zijn niet geschikt om patientgroepen onderling te vergelijken = lage specifiteit, onvoldoende
specifiek (2 kk met vers. Problematiek kunnen nl. Tot vers. Uitkomst leiden)
tests meten het eindproduct van de cognitie, niet het mechanisme erachter.
Experimentele neuropsychologie, onderzoek veelal in laberatoria
Pioniers die a.d.h.v. modellen de relatie tussen hersenen en gedrag beter te begrijpen. Bijv. a.d.h.v. een
model over concentratie gericht kijken waar kinderen bij ADHD op laden. Dit is niet genormeerd. Er wordt
een contolegroep gebruikt, waarmee de resultaten vergeleken worden. Wanneer lichten de hersengebieden
op en wanneer niet.
Neuropsychologie aantekening alle colleges 2021