Om privaatrecht uit te leggen wordt zowel het begrip publiekrecht als privaatrecht gebruikt.
Het publiekrecht is het recht dat geldt tussen de overheid en de burger. Het privaatrecht
beschrijft hoe natuurlijke personen en rechtspersonen met elkaar om moeten gaan.
Natuurlijke personen en rechtspersonen kunnen alleen handelingen verrichten die onder het
privaatrecht vallen. De overheid daarentegen kan zowel privaatrechtelijke als
publiekrechtelijke handelingen verrichten. Om te achterhalen of een handeling valt onder het
publiekrecht of het privaatrecht is de relatie tussen de overheid en de burger van belang. De
vraag is dan: treedt de overheid op als burger/bedrijf of als overheidsinstelling?
Het privaatrecht kan op meerdere manieren worden ingedeeld. Een van die manieren is de
onderverdeling in personen- en vermogensrecht:
Het personenrecht is gericht op de persoon: de natuurlijke persoon en de
rechtspersoon.
Het vermogensrecht is gericht op het vermogen van de natuurlijke persoon en de
rechtspersoon.
In het privaatrecht is een aantal beginselen en uitgangspunten te onderscheiden:
Contractsvrijheid: een ieder is vrij om een overeenkomst al an niet aan te gaan, te
kiezen met welke wederpartij hij of zij handelt en wat de inhoud is van deze
overeenkomst.
Vormvrijheid: het uitgangspunt is dat de overeenkomst geen speciale vorm heeft
waarin de handelingen moeten worden verricht.
Pacta sun servande: wat je bent overeengekomen moet je ook nakomen.
De rechtsbronnen die wij in het privaatrecht gebruiken zijn:
De wet (voornamelijk het BW)
Jurisprudentie
Gewoonterecht
Internationale verdragen
Het burgerlijk wetboek (BW) is ingedeeld in verschillende boeken, titels en afdelingen. Dit
wordt de gelaagde structuur genoemd, van algemeen naar bijzonder. Binnen de afdelingen
volgen de wetsartikelen met wetteksten.
Vermogensrecht
Het vermogensrecht is gericht op het vermogen van de natuurlijke persoon en de
rechtspersoon. Een nadere onderverdeling is te maken in goederenrecht en
verbintenissenrecht. De definitie van vermogen is een geheel van op geld waardeerbare
rechten en plichten die iemand op een bepaald moment tot zijn beschikking heeft.
Het goederenrecht geeft regels voor de relatie tussen een persoon (natuurlijke persoon of
rechtspersoon) en een goed. Voorbeelden zijn eigendomsrecht en de daarvan afgeleide
rechten zoal vruchtgebruik, erfdienstbaarheid, erfpacht, opstal, appartement, pand en
hypotheek.
Het verbintenissenrecht gaat over de rechtsverhouding tussen personen (natuurlijke
personen of rechtspersonen). De regels van het verbintenissenrecht komen met name terug
bij overeenkomsten. Verbintenissen zijn vaak onderdeel van een overeenkomst. Een
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper Kiejera. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €3,99. Je zit daarna nergens aan vast.