Latijn toetsweek 4
4.3.8 t/m 4.6.4 + KCV (apart leren)
4.3.8. De inwoners van Ameria sturen een gezantschap naar Sulla; Chrysogonus komt
tussenbeide
Itaque decurionum decretum statim fit, ut decem primi proficiscantur (deponens) ad L. Sullam
doceantque eum, qui vir Sex. Roscius fuerit (con. Afh. Vraag), conquerantur de istorum scelere et
iniuriis, orent, ut et illius (A) mortui (B) famam (A in ACI) et fili (A) innocentis (B) fortunas (A in ACI)
conservatas (+esse I in ACI) velit (con bij ut). Atque ipsum decretum, quaeso, cognoscite.
DECRETUM DECURIONUM
Legati in castra veniunt. Intellegitur, iudices, id quod iam ante dixi, imprudente L. Sulla (ablabs)
scelera (A in ACI) haec (A in ACI) et flagitia (A in ACI) fieri (I in ACI). Nam statim Chrysogonus et ipse
ad eos accedit et homines nobiles allegat, qui peterent (con in finale bijzin) ne ad Sullam adirent (con
bij ne), et omnia (acc. Obj) Chrysogonum (acc subj), quae vellent, esse facturum (pfa) pollicerentur.
Dus er komt onmiddellijk een besluit van de raadsleden, dat tien leiders naar Lucius Sulla
vertrekken en hem inlichten, wat voor een man Sextus Roscius Senior is geweest, zij klagen over de
misdaad en de onrechtvaardigheden van dezen (Magnus+Capito), zij smeken, dat hij besluit dat
zowel de reputatie van deze dode man als de bezittingen van deze onschuldige zoon gered zijn. En
jullie moeten het besluit (Sulla vragen om lief te doen tegen SRJ) zelf leren kennen, vraag ik.
HET BESLUIT VAN DE RAADSLEDEN
De gezanten kwamen naar het legerkamp. Er wordt begrepen, heren rechters, dit wat ik al eerder
heb gezegd, dat deze misdaden en schanddaden gebeurden terwijl Sulla onwetend was. Want ook
Chrysogonus zelf ging meteen naar hen (raadsleden van Ameria) toe, en hij stuurde edele mannen
(kleine groepje uitgekozen door Chryosogonus), die moesten vragen dat zij (grote groep) niet naar
Sulla gingen, en zij (kleine groepje) beloofden dat Chrysogonus alles zou doen, wat zij wilden.
4.3.9. Chrysogonus c.s. geven de landgoederen niet terug
Usque adeo autem ille pertimuerat, ut mori (I in ACI) mallet (con bij ut) quam de his rebus Sullam (A
in ACI) doceri (I in ACI). Homines antiqui, qui ex sua natura ceteros fingerent, cum ille confirmaret
(con bij cum) sese (A) nomen Sex. Rosci de tabulis exempturum (+ esse (I) pfa), praedia (A in ACI)
vacua (A in ACI) filio traditurum (+ esse (I) pfa), cumque id ita futurum (+ esse (I) pfa) T. Roscius
Capito, qui in decem legatis erat, appromitteret (con bij cum), crediderunt; Ameriam (acc. Richting)
re inorata reverterunt. Ac primo rem differre cotidie ac procrastinare isti coeperunt, deinde aliquanto
lentius (comp) nihil agere atque deludere, postremo (opsomming), id quod facile intellectum est,
insidias (A in ACI) vitae huiusce Sex. Rosci parare (I in ACI) neque sese (A in ACI) arbitrari (I in ACI)
posse (I in ACI) diutius alienam pecuniam domino incolumi (ablabs) obtinere (I).
Maar hij (Chrysogonus) was zo erg bang geworden, dat hij liever wilde sterven dan dat Sulla
onderwezen werd over deze zaken (de gruwelijke omstandigheden van SRJ want schuld van
Chrysogonus). Mensen van de oude stempel, die meenden dat andere net zo zijn als zijzelf,
, hebben het geloofd, toen hij bevestigde dat hij zelf de naam van Sextus Roscius van de
proscriptielijsten zou schrappen, dat de landgoederen leeg overhandigt zouden worden aan
de zoon, en toen Titus Roscius Capito, die in de tien gezanten was, beloofde dat dit zo zou
zijn; zij zijn teruggekeerd naar Ameria zonder de zaak bij Sulla bepleit te hebben. En die
klootzakken (Magnus+Capito+Chrysogonus) zijn begonnen ten eerste de zaak dagelijks uit te
stellen en te verdagen, vervolgens heel wat trager niets te doen en te bedriegen, tenslotte,
dit wat makkelijk te begrijpen is, hinderlagen voor te bereiden op het leven van deze Sextus
Roscius Junior en te menen dat zij zelf niet langer andermans geld (geld van SRJ) konden
houden terwijl de meester (SRJ) ongedeerd was.
4.3.10. Sextus Roscius Junior wordt opgevangen door Caecilia
Quod hic simul atque sensit, de amicorum cognatorumque sententia (abl bij de) Romam (acc richting)
confugit et sese ad Caeciliam, Nepotis (A) sororem (B), Baliarici (A) filiam (B), quam honoris causa
nomino, contulit, qua pater usus erat plurimum (bw). In qua muliere, iudices, etiamnunc, id quod
omnes semper existimaverunt, quasi exempli causa vestigia antique offici remanent. Ea Sex. Roscium
inopem, eiectum domo (abl sep) atque expulsum ex suis bonis, fugientem (ppa) latronum tela et
minas (tricolon) recepit domum hospitique oppresso (ppp) iam desperato (ppp) que ab omnibus
opitulata est. Eius virtute, fide, diligentia (tricolon+asyndeton) factum est, ut hic potius (comp) vivus
(ppp) in reos quam occisus (ppp) in proscriptos referretur (con bij ut).
En zodra als hij (SRJ) dit (de aanslag) heeft gemerkt, is hij naar Rome gevlucht op advies van
zijn vrienden en familieleden en heeft hij zich naar Caecilia begeven, de zus van Nepos, de
dochten van Baliaricus, die ik noem vanwege de eer, met wie zijn vader (SRS) zeer veel
vriendschappelijk was omgegaan. In welke vrouw, heren rechters, ook nu nog, dit was allen
altijd hebben gedacht, als het ware bij wijze van voorbeeld de sporen van ouderwets
plichtsbesef zijn achtergebleven. Zij (Caecilia) heeft Sextus Roscius Junior ontvangen,
berooid, uit huis gegooid en weggedreven van zijn bezittingen, vluchtend voor de wapens en
bedreigingen van de sluipmoordenaars, en zij heeft haar gastvriend (SRJ), nu onderdrukt en
opgegeven door iedereen, geholpen. Het is gedaan door haar deugd, trouw, nauwgezetheid,
dat hij (SRJ) liever levend op de lijst van aangeklaagden gezet werd dan gedood op de lijst
van proscripties.
4.3.11. De beslissing om Sextus Roscius Junior voor vadermoord aan te klagen
Nam postquam isti intellexerunt summa diligentia vitam (A in ACI) Sex. Rosci custodiri (I in ACI) neque
sibi ullam (A) caedis (B) faciendae (B + gerundivum) potestatem (A+ hyperbaton) dari, consilium
ceperunt plenum sceleris et audaciae, ut nomen huius de parricidio deferrent (con bij ut), ut ad eam
rem aliquem accusatorem veterem compararent (con bij ut), qui de ea re posset dicere aliquid, in
qua re nulla subesset suspicio, denique ut (anafoor), quoniam crimine non poterant, tempore ipso
pugnarent (con bij ut). Ita loqui (I) homines (A): quod iudicia tam diu facta non essent, condemnari (I)
eum (A) oportere (I), qui primus in iudicium adductus esset; huic autem patronos propter Chrysogoni
gratiam defuturos (pfa); de bonorum venditione et de ista societate verbum esse facturum (I)
neminem (A); ipso nominee (A) parricidi (B) et atrocitate (A) criminis (B) fore (I), ut hic nullo negotio
tolleretur (con bij ut), cum ab nullo defensus esset (con bij cum). Hoc consilio atque adeo hac
amentia impulsi (ppp), quem ipsi, cum cuperent, non potuerunt occidere, eum iugulandum
(gerundivum) vobis (dat auct.) tradiderunt.