Samenvatting
welvaartsziektes
Week 1, intake gesprek
Litratuur aantekeningen
Preparticipatie screening = dat je gezondheid gerelateerde info van een client verzamelt en
analyseert. Het is een risicoanalyse om te beoordelen of het voor de client veilig is om meer te gaan
bewegen.
2 methodes die gebruikt kunnen worden bij preparticipatie screening = PAR-Q+ en ACSM
preparticipatie screening algoritme.
PAR-Q+ = vragenlijst over medische geschiedenis en relevante symptomen in kaart brengen. Vooral
om te bepalen of het veilig is om meer fysiek actief te worden.
ACSM perparticipatie screening algoritme = het is een beslisboom waarmee je het risico op
cardiovasculaire complicaties tijdens of meteen na aerobe inspanning in kaart kunt brengen.
Bestaat uit 3 stappen:
1) Check of de cliënt momenteel of recent signalen of symptomen ervaren heeft gerelateerd aan
cardiovasculaire of metabole aandoeningen of nierziekte.
2) Check of de cliënt regelmatig beweegt.
3) Check of er gekende cardiovasculaire of metabole aandoeningen of nierziekte zijn.
,Wanneer je bij de eerste stap één of meerdere stellingen aangevinkt, dan hoef je stap 2 en 3 niet
meer in te vullen en word je geadviseerd om eerst een medische verklaring te vragen van een
geschikte arts voordat je begint of doorgaat met bewegen/sporten.
Indien je bij stap 3 niets hebt aangevinkt, dan is geen medische verklaring nodig. Als je bij stap 2 JA
hebt aangevinkt en bij stap 3 ook iets hebt aangevinkt, dan mag je doorgaan met licht tot matig
intensieve inspanning. Een medische verklaring wordt wel geadviseerd voordat je zwaar intensief
gaat inspannen. Als je bij stap 2 NEE hebt aangevinkt en bij stap 3 wel iets hebt aangevinkt, dan
wordt een medische verklaring geadviseerd.
Fysieke fitheid componenten:
- Cardiorespiratoire fitheid
- Lichaamssamenstelling
- Spierkracht
- Spieruithoudingsvermogen
- Flexibiliteit
Sport (skill) gerelateerde componenten van fysieke fitheid:
- Behendigheid
- Snelheid
- Power
- Balans
- Coördinatie
- Reactie tijd
, In veel gezondheidscentra en binnen de revalidatie is het gangbaar om de gezondheid gerelateerde
fitheid in kaart te brengen. De verschillende redenen hiervoor zijn:
Om baseline data te verzamelen, zodat je follow-up gegevens hiermee kan vergelijken en zo
progressie zichtbaar kan maken. Dit kan de motivatie bevorderen.
Om huidige sterktes en zwaktes te identificeren, zodat je hier nadruk op kan leggen in het
trainingsprogramma.
Om de juiste intensiteit en volume te kunnen bepalen.
Om korte termijn, middellange termijn en lange termijn doelen te kunnen stellen.
Om potentiële blessures of contra-indicaties te identificeren, zodat je (indien nodig) de cliënt
kunt doorverwijzen naar een arts of andere gezondheidsprofessional.
Om een dossier bij te houden waaruit blijkt dat je zorgvuldige beslissingen hebt gemaakt bij
het ontwerpen van het beweegprogramma, mochten blessures ontstaan na aanvang van het
trainingsprogramma. Je kunt je dan beter legitimeren/verantwoorden (geeft transparantie).
Per component zijn er verschillende testen die je zou kunnen doen om dit te meten.
Cardiorespiratory fitheid: cycle ergometer test, treadmill exercise test, step test (3 or 2 min),
fixed distance tests (1-mile walk test, 1,5 mile run test), fixed time tests (12-minute run/walk
test / Cooper test, 6-minute walk test)
Lichaamssamenstelling: Height en weight (BMI), cirumference measurement (waist-to-hip
girth ratio), bioelectrical impedance analysis, near-infrared interactance, skinfold
measurements, hydrostatic (underwater) weighing
Spierkracht: handgrip dynamometer, tensiometer, 1-RM test (of 4-RM, 6-RM, 8-RM)
bijvoorbeeld bench press of leg press
Spieruithoudingsvermogen: push-up test, bench-press test, timed flexed arm hang test,
prone plank test, functional fitness chair stand test
Flexibiliteit: (chair) sit and reach, back scratch test, assessment of lumbar flexion and
extension, range of motion test (with goniometer)
Naast het meten van fysieke fitheid kun je ook het fysiek functioneren tijdens veelvoorkomende
dagelijkse taken meten. Dit is vooral van toepassing bij ouderen of cliënten die zeer beperkt zijn. Een
test daarvan is de senior fitness test. Deze is bedoeld voor ouderen van 60 to 90 plus jaar. De test
onderdelen zijn:
1) 30-Second Chair Stand = spieruithoudingsvermogen
2) 30-Second Arm Curl = spierkracht
3) 6-Minute Walk = cardiorespiratory
4) 2-Minute Step Test = cardiorespiratory
5) Chair Sit-and-Reach = flexibiliteit
6) Back Scratch = flexibilteit
7) 8-Foot Up-and-Go = cardiorespiratory
8) Height and Weight = lichaamssamenstelling.
Bloeddruk meten; Omdat een te hoge bloeddruk het risico op hart- en vaatziekten, zoals een
hartinfarct en een beroerte vergroot.
De bloeddruk is de druk in je bloedvaten. Als je hart samentrekt, gaat je bloed je lichaam in. De druk
in je bloedvaten is dan op z’n hoogst. Dat heet de bovendruk. Als je hart daarna weer ontspant,
ontstaat er een lagere druk. Dat heet de onderdruk. Je bloeddruk verandert steeds. Als je hard rent,
is de bloeddruk hoger dan als je rustig zit.
Om te weten of je een hoge bloeddruk hebt kijken we vooral naar de bovendruk. Er zijn meerdere
metingen nodig om te kunnen zeggen of je echt een hoge bloeddruk hebt: 2 of 3 metingen op
dezelfde dag en ook nog eens op meerdere dagen binnen enkele maanden. Als bij deze metingen
(minimaal drie) de gemiddelde bovendruk 140 is of hoger dan spreken we van hoge bloeddruk. Ben
je ouder dan 70 jaar, dan is een gemiddelde bovendruk van onder de 150 nog goed.