Tentamencasus: een theorie van emotie
De casus betreft een replicatie van een klassieke studie over emoties. Een van de
bekendste emotietheorieën is de zogenaamde Two-way Theory of Emotion van
Schachter en Singer (1962). In hun baanbrekende onderzoek injecteerden zij
mannelijke proefpersonen met adrenaline, een hormoon waardoor de proefpersonen
een verhoogde hartslag kregen, gingen trillen en sneller gingen ademen. In het
experiment werden de proefpersonen verteld dat ze een experimenteel medicijn
kregen om hun zicht te testen. De proefpersonen werden in vier groepen verdeeld:
1. Adrenaline-geïnformeerd; deze groep kreeg te horen dat de injectie de
bijwerkingen zou geven die gewoon zijn bij een adrenaline-shot.
2. Adrenaline-onwetend: deze groep kreeg te horen dat er geen bijwerkingen
zouden zijn.
3. Adrenaline-misinformatie: deze groep werd verteld dat er andere bijwerkingen
zouden zijn (bijv. hoofdpijn en jeuk).
4. Controle groep: deze groep kreeg een placebo (suikerwater) toegediend.
Na het toedienen van de injectie verliet de ‘dokter’ de kamer en kwam terug met
iemand die stiekem onderdeel was van het experiment. De dokter gaf als verklaring
dat deze nieuwe persoon ook een injectie had gehad, en dat ze beiden over 20
minuten een oogtest zouden krijgen. De kamer was rommelig, en voor de helft van
de proefpersonen ging de nieuwe persoon euforisch gedrag vertoonde (in de rommel
zoeken naar dingen om te doen), terwijl de andere helft van de proefpersonen
werden blootgesteld aan een persoon die boos gedrag vertoonde (kwaad door de
rommel heen woedde).
De onderzoekers observeerden de proefpersonen om hun stemming vast te stellen.
Tevens namen zij een vragenlijst af waarin de proefpersonen werden gevraagd naar
hun stemming en welke symptomen zij ervaarden. Schachter en Singer hoopten vast
te stellen of emotie voorafgaat aan fysieke sensaties, of dat fysieke sensaties
voorafgaan aan emotie.
Een onderzoekster wilde deze klassieke studie repliceren. Omdat de oorspronkelijke
studie veel te weinig power had, heeft ze ditmaal twee keer zoveel deelnemers
geworven. In elke conditie wierf ze ongeveer 50 deelnemers. Bij deze casus hoort
een fragment van de dataset die de onderzoekster uit dit experiment heeft verkregen.
In deze gedeeltelijke dataset, die beschikbaar is bij de cursusbronnen, zijn de
volgende variabelen opgenomen:
VARIABELENAAM OMSCHRIJVING CATEGORIEËN
condition_adrenaline Experimentele conditie met betrekking 1 = Adrenaline-
tot adrenaline geïnformeerd,
2 = Adrenaline-
onwetend,
3 = Adrenaline-
misinformatie,
4 = Placebo
(suikerwaterinjectie)
,VARIABELENAAM OMSCHRIJVING CATEGORIEËN
condition_state Experimentele conditie met betrekking 0 = Euforie,
tot gedrag medeplichtige 1 = Woede
pulse_pre Hartslag op de voormeting, Numeriek
voorafgaand aan de injectie (de
voormeting)
pulse_post Hartslag op de nameting, na Numeriek
wachtperiode met medeplichtige (de
nameting)
palpitation Zelfgerapporteerde hartkloppingen Schaal van 0-3
tremor Zelfgerapporteerde trillingen Schaal van 0-3
numbness Zelfgerapporteerde gevoelloosheid Schaal van 0-3
itching Zelfgerapporteerde jeuk Schaal van 0-3
headache Zelfgerapporteerde hoofdpijn Schaal van 0-3
Er is discussie mogelijk over het meetniveau van de variabelen waarmee mogelijke
bijwerkingen zijn gemeten. Deze zijn immers gemeten op een vierpuntsschaal, en
zonder verdere informatie zou die zowel het ordinale als het intervalniveau kunnen
hebben. In deze casus gaan we er vanuit dat dit is uitgezocht en dat is gebleken dat
deze laatste vijf variabelen het intervalniveau hebben.
Van deze negen variabelen zijn hartslag op de nameting en de vijf
zelfgerapporteerde variabelen de afhankelijke variabelen. De beide manipulaties zijn
de onafhankelijke variabelen oftewel voorspellers. Beantwoord op basis van deze
dataset de volgende vragen.
, 1. Wat zijn de beschrijvingsmaten en verdelingsvormen van deze variabelen?
Variabele 1: condition_adrenaline. Nominaal, dus alleen modus: (getal dat meeste voorkomt) dit
is placebo.
condition_adrenaline
Bootstrap for Percenta
95% Confidence
Frequen Valid Cumulative Std. Interval
cy Percent Percent Percent Bias Error Lower Upper
Valid Adrenaline- 101 29,6 29,6 29,6 ,0 2,4 24,6 34,6
geinformeerd
adrenaline- 88 25,8 25,8 55,4 ,0 2,3 21,7 30,2
onwetend
adrenaline- 46 13,5 13,5 68,9 ,0 1,9 10,3 17,3
misinformatie
placebo 106 31,1 31,1 100,0 ,0 2,5 26,1 35,8
(suikerwaterinjectie
Total 341 100,0 100,0 ,0 ,0 100,0 100,0
a. Unless otherwise noted, bootstrap results are based on 1000 bootstrap samples