Samenvatting vermogensrecht:
Goederenrecht:
Hoofdstuk 1:
Begrip recht heeft twee betekenissen:
1. Recht als aanspraak
2. Recht als geheel van regels
Sanctie: is een reactie van de overheid, meestal via de rechter, als iemand zich niet aan de
gedragsregels houdt. Denk aan een gevangenisstraf, een geldboete, tbs of taakstraf.
Bij veel handelingen handelt de overheid precies zoals een burger handelt. Als de overheid
handelt als een burger, dan betreft de zaak privaatrecht.
Vermogensrecht: kun je onder andere denken aan financiële rechten en plichten, eigendom,
bezit een allerlei overeenkomsten.
Sommige kwesties op het juridisch terrein vallen onder meerdere onderdelen van het recht.
Denk aan de mogelijkheid dat iemand de auto van de ander vernielt.
- Vernieling is een misdrijf. (publiekrecht/strafrecht)
- Schadevergoeding eisen voor eigenaar auto
Natuurlijk personen: een mens van vlees en bloed.
Rechtspersoon: organisatie die zelfstandige rechten en plichten kan hebben.
Hoofdstuk 2:
Vermogensrecht:
- Vermogensrecht is een onderdeel van het privaatrecht en regelt alles rondom
vermogen. Gaat over:
o Eigendom over naar een ander:
Koopovereenkomst
Levering
o Rechten en plichten van burgers ten opzichte van elkaar
Verbintenissen (recht en een plicht)
- Vermogen is het totaal van bezittingen en schulden.
- Vermogensrechten zijn de rechten waaruit een vermogen van iemand bestaat.
o Absolute rechten: rechten die iemand heeft over een goed. Rechten die men
kan handhaven ten opzichte van iedereen.
Voorbeelden: eigendom, vruchtgebruik, erfpacht, hypotheekrecht en
pandrecht
, o Relatieve rechten: zijn rechten die de juridische relatie tussen personen
beschrijven met betrekking tot vermogen. Rechten die men kan handhaven
ten opzichte van een of meer bepaalde personen.
Recht op betaling, recht op levering, recht op schadevergoeding
Indeling van het vermogensrecht:
- Vermogensrecht wordt opgedeeld in:
o Goederenrecht: deel van vermogensrecht dat betrekking heeft op de
rechtsverhouding van burger tot een goed.
o Verbintenissenrecht: deel van vermogensrecht dat betrekking heeft op de
rechtsverhouding tussen twee personen met betrekking tot hun vermogen.
Verbintenis: is een plicht van de ene burger ten opzichte van de
andere burger. Omgekeerd betekent de plicht van de ene burger
natuurlijk het recht van de ander. (twee kanten: recht en plicht).
Bronnen van verbintenis: wet en de overeenkomst
Vermogensrecht
Goederenrecht Verbintenissenrecht
Hoofdstuk 3:
Goederen:
- Goederen zijn niet alleen de tastbare zaken die je hebt. Ook alle vermogensrechten
die je hebt vallen daaronder. Art. 3:1 BW. (alle zaken en vermogensrechten)
- Goederen worden zelf ook weer ingedeeld in zaken en vermogensrechten.
o Zaken: goederen die je kunt vastpakken (stoffelijk). Mensen kunnen er macht
over uitoefenen, eigenaar ervan zijn. Art. 3:2 BW.
o Vermogensrechten: rechten die op geld waardeerbaar zijn en die de
rechthebbende aan een ander kunnen overdragen. (merkenrecht,
auteursrecht)
Goederen
Zaken Vermogensrechten
Roerende en onroerende zaken:
- Zaken kunnen weer worden ingedeeld in:
o Onroerende zaken: de grond, delfstoffen in de grond en beplantingen en
gebouwen die duurzaam met de grond verbonden zijn.
Voorbeelden: tuin, huis, schuurtje, boom
o Roerende zaken: zaken die niet onroerend zijn. Niet met grond verbonden.
, Fiets, boek, auto etc.
- Natuurlijk zijn er ook twijfelgevallen denkbaar over de vraag of iets een roerende of
onroerende zaak is. rechter kan via de jurisprudentie vaststellen of een bepaalde
zaak onroerend of roerend is.
Zaken
Roerende zaken Onroerende zaken
Hoofdzaken en bestanddelen:
- Zaken kunnen op zichzelf staan of ze kunnen onderdeel van een andere zaak zijn.
o Hoofdzaak: zijn zaken die zelfstandig bestaan.
Voorbeelden: auto, fiets, huis
o Bestanddeel: zaken die bij een hoofdzaak horen of daarvan alleen met schade
los te maken zijn.
Voorbeelden: wiel, stuur, licht, bel etc.
- Een bestanddeel van een zaak is automatisch eigendom van de eigenaar van die zaak.
Zaken
Hoofdzaken Bestanddelen
Registergoederen en niet-registergoederen:
- Goederen kunnen ook op een andere manier worden ingedeeld:
o Registergoederen: iets is alleen een registergoed als de overdracht via een
openbaar register moet plaatsvinden. Art. 3:10 BW.
Alle onroerende zaken
Grote schepen
Grote vliegtuigen
Alle absolute rechten op registergoederen (hypotheekrecht)
o Niet-registergoederen: alle goederen die geen registergoed zijn volgens de
wet.
Voorbeeld: computer, fiets, auto, aanhangwagen etc.
Kadaster: is de instelling die de openbare registers bijhoudt.
Goederen
Registergoederen Niet-registergoederen