In deze duidelijke samenvatting over tijdvak 8 'burgers en stoommachines' en 9 'tijd van wereldoorlogen' van geschiedenis worden de kenmerkende aspecten behandeld. Alle gebeurtenissen worden chronologisch verteld met een uitgebreide uitleg.
8.1 Kenmerkend aspect: de industriële revolutie legde in de westerse wereld de basis voor een
industriële samenleving
Een revolutie heeft enorme en onomkeerbare gevolgen
- Begint in Engeland: nieuwe industriegebieden, bevolking gegroeid en meer steden
Waarom in Engeland?
- Gunstig ondernemingsklimaat, productie steeg in landbouw al vroeg en meer
arbeidskrachten beschikbaar
- Beschikbaarheid van ijzererts en steenkool in eigen land
- Uitvindingen in Engeland
Grote veranderingen in Engeland vanaf 1750:
- Textielnijverheid: diverse uitvindingen in de textielnijverheid leiden tot gemechaniseerde
productie. Behoefte aan stabiele energiebron (niet alleen rivier) en aan arbeiders. Er
ontstonden nieuwe uitvinden, zoals nieuwe weefmachines.
- In de landbouw: agrarische revolutie zorgt voor meer voedsel en een grotere bevolking ->
grotere vraag naar kleding, dus meer behoefte aan textielnijverheid
- Mijnbouw: stoommachine werkte te traag en veel brandstof nodig, James Watt verbetert de
stoommachine en die vervangt de waterkracht.
Eerste Industriële Revolutie (1775-1850)
- Stoommachines draaien op steenkool, materiaal is ijzer
Tweede Industriële Revolutie (1850-1900)
- Energie: elektriciteit en olie, materiaal wordt staal
Economische gevolgen:
- Huisnijverheid wordt verdrongen door fabrieksarbeid
- Fabriekshallen met enorm aantal arbeiders
- Enorme toename van de productie waardoor de prijzen zullen dalen
Er ontstaat een industriële samenleving ipv landbouwstedelijke samenleving:
- Voornaamste middel van bestaan: industrie, sommige mensen gaan zelfs in diensten werken
- Snelle bevolkingsgroei en urbanisatie (ze gaan verhuizen naar steden om daar werk te
zoeken)
- Uitgebreidere vervoersmogelijkheden (stoomschepen en treinen ipv paard en kleine
schepen)
- Arbeid gespecialiseerd
- Veel concurrentie en streven naar winst door kapitalistische economie
- Grotere inkomensverschillen in klassensamenleving
, 8.2 kenmerkend aspect: de opkomst van politiek-maatschappelijke stromingen: liberalisme,
nationalisme, socialisme, confessionalisme en feminisme
Na 1815 is de macht weer bij de vorsten gerestaureerd.
Standensamenleving afgeschaft tijdens de Franse Revolutie
Door de industriële Revolutie groeiende kloof tussen arm en rijk en arbeidersklasse.
Er ontstaat een klassensamenleving, waar sociale mobiliteit mogelijk is. Drie klassen: adel +
gegoede burgerij, burgerij (middenklasse), arbeidersklasse (geschoold & ongeschoold)
Hierdoor ontstaat liberalisme, die voor burgerij opkomt, nationalisme ook, socialisme komt
op voor arbeidersklasse en confessionalisme komt op voor iedereen binnen het geloof.
Feminisme vindt veel aanhangers bij de burgerij
Liberalisme
Verlichte denkers zoals John Locke (mensenrechten) en Adam Smith (vrije economie) vormen
de basis voor democratische revoluties. De Amerikaanse Revolutie en de Franse verklaring
vormen ook de basis.
De gedachte: vrijheid van het individu, de kwaliteiten van mensen moeten goed tot hun
recht komen
Politiek: Grondwet waarbij de macht van de koning wordt beperkt is nodig, burgerrechten
van John Locke moeten gegarandeerd worden. Gelijkheid voor de wet en de
volksvertegenwoordiging moet de koning controleren
Economie: Particulier bezit, vrijhandel en weinig bemoeienis van de overheid
Cultuur: Voor tolerantie, geen censuur
Nationalisme
Romantiek gaat in tegen de verlichting, mensen zijn meer dan alleen ons brein. Gevoelens
zijn belangrijker dan gedachten. Het nationalisme is ook een gevoel
Gaat uit van voorliefde voor het eigen volk
Cultureel: eigen taal maakt een volk tot een eenheid, ieder volk heeft een eigen cultuur,
geschiedenis van eigen volk is belangrijk en trots daarop.
Politiek: ieder volk heeft het recht op een eigen natiestaat
Eenwording van Duitsland (1871)-> de Pruisenstaat gaat nationaliseren. Alle losse staatjes
hebben invoerrechten, dat is niet handig. Pruisen wil af van invoerrechten bij
grensovergangen. 1834: oprichting Zollverein. Otto von Bismarck wil een grote Duitse staat
vormen. 1866: Noord-Duitse bond na overwinningen in Duits-Deense en Pruisisch-
Oostenrijkse oorlogen. 1870: oorlog Pruisen en Frankrijk. De Pruisen winnen en Duitsland
wordt 1 land.
Socialisme
Komt van de industriële revolutie vandaan. Karl Marx zag slechte werkomstandigheden,
kinderarbeid, burgerij had het juist heel goed. De klassenstrijd kwam op
Burgerij houdt de lonen zo laag mogelijk terwijl hij veel winst maakt: oneerlijk!
Karl Marx schreef communistisch manifest.
Doel: gelijkheid en gelijkwaardigheid voor de arbeidsklasse
Communisme: omverwerping van het kapitalisme via een gewelddadige revolutie (radicaal)
Sociaaldemocratie: kiesrechtuitbreiding en sociale wetgeving, geen revolutie (gematigd)
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper annabusé1. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €4,99. Je zit daarna nergens aan vast.