100% tevredenheidsgarantie Direct beschikbaar na betaling Zowel online als in PDF Je zit nergens aan vast
logo-home
Samenvatting bedrijfseconomie - jaar 1 - blok 3 - leerdoel 1 tm 15 €3,49   In winkelwagen

Samenvatting

Samenvatting bedrijfseconomie - jaar 1 - blok 3 - leerdoel 1 tm 15

2 beoordelingen
 49 keer bekeken  4 keer verkocht

Samenvatting voor bedrijfseconomie blok 3. Leerdoel 1 tm 15 inclusief afbeeldingen

Laatste update van het document: 3 jaar geleden

Voorbeeld 2 van de 13  pagina's

  • 15 maart 2021
  • 17 maart 2021
  • 13
  • 2020/2021
  • Samenvatting
Alle documenten voor dit vak (28)

2  beoordelingen

review-writer-avatar

Door: finndissel • 2 jaar geleden

review-writer-avatar

Door: irenehalters • 1 jaar geleden

avatar-seller
hajvangerven
Samenvatting BEC – blok 3
Leerdoel 1: kosten en kostensoorten
Kosten
Kosten = geldwaarde van opgeofferde productiemiddelen om een product/dienst voort te brengen.
- Hebben betrekking op de periode waarover gerapporteerd wordt.
- Hebben negatieve impact op resultaat (winst)  verminderen waarde onderneming.
- Resultatenrekening = overzicht van opbrengsten en kosten over bepaalde periode.
o Niet relevant of ze al betaald zijn.
Totale kosten = arbeidskosten + grondstofkosten +
afschrijvingskosten

Hoofdindeling van de kosten
Variabele kosten = beïnvloedbaar door vraag en/of
productievolume. Hoe meer verkocht/geproduceerd,
hoe hoger variabele kosten.
Constante (vaste) kosten = niet beïnvloedbaar door
vraag en/of productievolume.
- Verdeling variabele/vaste kosten zegt iets over
mate waarin kosten worden beïnvloed door toe-/afname van productie.

Directe kosten = rechtstreeks toe te wijzen aan één (type) product.
Indirecte kosten = niet rechtstreeks toe te wijzen aan één (type) product.
- Verdeling directe/indirecte kosten zegt iets over toewijsbaarheid van kosten aan
eindproduct.

De kostprijs
Kostprijs = opsomming van kosten die nodig zijn om één product te vervaardigen (alle soorten).
Voor bepalen verkoopprijs moet eerst kostprijs (normatieve kostprijs vooraf berekend) worden
vastgesteld. Verkoopprijs moet min gelijk zijn aan kostprijs.

Kiezen van een productietechniek
Onderneming handelt economisch  kiezen voor productietechniek met laagste kosten  zo laag
mogelijke kostprijs en gewenste kwaliteit.

Verschillende kostensoorten
- Inkoopwaarde verkopen: waarde van verkochte goederen tegen inkoopprijs.
- Grondstofkosten: kosten van grond- /hulpstoffen die gebruikt worden voor productie.
- Voorraadkosten: kosten voor opslaan/verzekeren van grond- /hulpstoffen, halffabricaten en
eindproducten.
- Arbeidskosten: vergoeding voor geleverde arbeid door werknemers.
- Afschrijvingskosten: waardevermindering van vaste activa door slijtage en ouderdom.
- Kosten voor een voorziening: opbouwen van voorzieningen voor toekomstige uitgaven.
o In resultatenrekening als kostenpost aangemerkt.
- Kosten diensten derden: kosten voor geleverde diensten (accountants, transport, en
verzekeringen).
- Belastingen: bijvoorbeeld winstbelasting.
- Vermogenskosten: kosten die betrekking hebben op financiering van bedrijfsactiviteiten (bv
rentekosten).

, Leerdoel 2: vaste en variabele kosten
Variabele kosten
Voorbeelden: grondstofkosten, kosten van verpakking en bezorgkosten.

Proportionele variabele kosten: variabele kosten stijgen in lineaire lijn met toename van
productie/afzet.
- Bv vaste vergoeding per stuk voor een productiemedewerker.
Progressieve variabele kosten: de (procentuele) stijging van variabele kosten neemt toe naarmate
productie/afzet toeneemt.
- Bv kosten voor gemaakte overuren door uitzendkrachten.
Degressieve variabele kosten: de (procentuele) stijging van variabele kosten neemt af naarmate
productie/afzet toeneemt.
- Reden voor deze afname is bv verkrijgen van korting door groter inkoopvolume van
grondstoffen.




Vaste of constante kosten
Voorbeelden: huurkosten van pand, kosten van verzekeringen en afschrijvingskosten van machines.

Grafische weergave van verloop vaste kosten:




Totale kosten
Totale kosten = constante kosten (C) + variabele kosten (v) x aantal producten (q)

Leerdoel 3: break-evenafzet
Omzet – kosten
Break-evenpoint (BE) : omzet = kosten  geen winst/verlies

Break-evenafzet
Omzet groter dan totale kosten?  winst

Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!

Snel en makkelijk kopen

Snel en makkelijk kopen

Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.

Focus op de essentie

Focus op de essentie

Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!

Veelgestelde vragen

Wat krijg ik als ik dit document koop?

Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.

Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?

Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.

Van wie koop ik deze samenvatting?

Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper hajvangerven. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.

Zit ik meteen vast aan een abonnement?

Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €3,49. Je zit daarna nergens aan vast.

Is Stuvia te vertrouwen?

4,6 sterren op Google & Trustpilot (+1000 reviews)

Afgelopen 30 dagen zijn er 72042 samenvattingen verkocht

Opgericht in 2010, al 14 jaar dé plek om samenvattingen te kopen

Start met verkopen
€3,49  4x  verkocht
  • (2)
  Kopen