Hoorcollege week 1 (09-11-2020):
Mohammed en de Koran.
1.5 miljard moslims wereldwijd. Wij associëren islam met Midden-Oosten/Arabische wereld.
Mede omdat de geschriften grotendeels in het Arabisch zijn. De werkelijkheid is wat anders.
Meeste moslims wonen in landen als Indonesië, Pakistan, India, Bangladesh, Nigeria etc. De
Islam is heel divers, islamitische wereld is enorm groot. Moslims worden niet alleen door de
islam beïnvloed, maar ook door regionale context/cultuur/sociaaleconomisch etc. Het geloof
wordt dan ook op veel verschillende manieren vormgegeven. Islam is niet zo eenduidig zoals
we vaak horen in het publieke debat/media. Is wat kort door de bocht.
Artikelen zijn niet onderdeel van het tentamen, alleen onderdeel van de werkcolleges.
Context waarin profeet Mohammed leefde:
Dit verhaal is zoals het aan ons is overgeleverd door de islamitische bronnen. Dus volgens de
islamitische traditie. Het verhaal waarin de meeste moslims geloven. Verhaal van islamitische
traditie. Kunnen bij dit verhaal kritische kantpunten plaatsen. Veel informatie over het verhaal
wordt niet bevestigd of tegengesproken door bronmateriaal uit die periode. Dit doen historici
dan ook. Dit verhaal is wel belangrijk, omdat dit het verhaal is waarin moslims geloven. Dit is
het beeld wat zij hebben van de profeet Mohammed.
Mohammed leefde op het Arabisch schiereiland, in het huidige Saoedi-Arabië. Niet heel
vruchtbaar gebied, vooral woestijn, waar veel nomaden rondtrokken, levend van vee. Over
deze tijd is niet veel bekend, geen schriftelijke culturen, informatie vooral oraal overgeleverd.
Onze kennis is vooral gebaseerd op de islamitische traditie. Verhaal op basis van islamitische
verhalen. Mekka en Medina waren wel belangrijke plaatsen. Mekka was een oase, waterbron,
pelgrimsplaats. Ook een plein waar goden werden aanbeden, polytheïstisch. Pelgrimage naar
de kubus. De kubus zal later de Ka’ba worden, het centrum van de wereld volgens Moslims.
Beide plaatsen waren belangrijk door handelsroute die hierlangs liep. In die tijd waren er twee
grote rijken, Sassaniden (Perzisch Rijk, Zoroatrisme) en Oost-Romeinse/Byzantijnse Rijk
(christelijk, Constantinopel). Deze rijken streden met elkaar, konden moslims van profiteren.
Arabisch schiereiland was arm en niet interessant. Hoe kan het dat de islam zich hier, in een
achtergebleven gebied, tot wereldgodsdienst is gekomen?
Mohammed is geboren in het jaar van de olifant (volgens de traditie). Mythisch jaar, 570.
Mohammed werd geboren in een belangrijke familie. De vader van Mohammed overleed voor
,zijn geboorte, zijn moeder toen hij zes was. Werd opgevoed door zijn grootvader daarna door
zijn oom. Was belangrijke familie in Mekka, kwam uit de stam de Quraysh. De dominante
stam in Mekka. De clan was de Banu Hashim, belangrijkste clan in Mekka. Zijn opa was ook
een vooraanstaande persoon/familie in Mekka. Mohammed raakte betrokken bij de handel en
ging mee op handelsreis. Hij was opgevallen bij een rijke vrouw, besloten te trouwen
(Khadija). Na dood van zijn vrouw kreeg Mohammed nog dertien andere vrouwen. Fatima
werd belangrijk omdat ze trouwde met Ali.
Mohammed zou bekend komen te staan als profeet. Gebeurde vanaf ongeveer 610.
Mohammed ging mediteren in een berg nabij Mekka in een grot in de maand Ramadan. (Berg
Hira) Hij was bezig met spirituele zaken. Hij hoorde een stem. Een stem die zij Lees voor in
de naam van jouw Heer die heeft geschapen... Eerste vers dat zou worden openbaard aan de
islam. Engel Jibril (Gabriël) was gestuurd door God met een boodschap en zou regelmatig
terugkomen bij Mohammed om openbaringen te geven. De engel zei: er is maar een God
(bijzonder in die tijd), dat is God, Allah. Mohammed had een bijzondere positie, hij was de
boodschapper/profeet en moest aan andere mensen vertellen over Allah. Men moest stoppen
met afgoderij, meerdere goden vereren. Ging tegen polytheïsme in. Monotheïsme was niet
helemaal vreemd vanwege verschillende Joodse stammen op het schiereiland (Medina).
Mohammed kreeg langzaam volgelingen (zijn vrouw, neef Ali etc.). Belangrijke figuren van
zijn stam gingen zich tegen Mohammed verzetten. Waren bang dat pelgrimage in het water
zou vallen, was een belangrijke bron van inkomsten. Toen zijn vrouw en oom overleden was
de positie van Mohammed als profeet in Mekka onhoudbaar en moest hij vertrekken
Medina. Deze gebeurtenis wordt de Hijra (622) genoemd, heel belangrijk. Migratie van
Mekka naar Medina. Begin van islamitische jaartelling.
In Medina waren meerdere stammen met elkaar in conflict. Mohammed als een soort
bemiddelaar. Mohammed was al leider van de moslims maar werd nu ook leider van Medina.
Dit is een belangrijke periode. Hij werd een soort staatsman, niet langer alleen religieus leider.
Gebied zou zich snel uitbreiden. Periode markeerde een verandering. Eerst was het Arabisch
schiereiland een stammensamenleving, waarin je afhankelijk was van
stam/familie/bloedverwanten voor bescherming en onderhoud. Dit moment markeert een
transitie naar samenleving die niet meer gebaseerd was op stammen. Stammen waren niet
meer belangrijk, gaat om religieuze overtuiging, de Umma (gemeenschap van moslims). Soort
supertribe. Groep Moslims werd steeds groter, men bekeerde zich.
,Er werden een aantal veldslagen gevochten. De umma bestond uit de migranten (uit Mekka)
en de helpers. De umma raakte in conflict met stammen en conflicten buiten Medina. Slag bij
Badr was belangrijk, hier wonnen Moslims van het leger van Mekka. Werd gezien als een
groot wonder, God stond aan hun kant en had hen geholpen. Slag bij Uhud nam Mekka
wraak. De moslims verloren. Slag bij Uhud was een soort test van God volgens de Moslims.
Wie zijn nu de echte moslims volgen Mohammed, en wie zijn hypocriet? Deze slag maakte
duidelijk wie nu echt achter Mohammed bleven staan, en wie uit eigenbelang meevochten.
Ook conflicten met Joodse stammen. Groot verdrag gesloten tussen Mohammed en
verschillende stammen, verdrag van Hudaybiyya (628), werd snel verbroken door Mekka.
Vervolgens werd Mekka door de moslims ingenomen, veroverd (630). Vanaf dat moment
breidt de islam zich snel uit over het Arabisch schiereiland. Andere stammen en
nederzettingen sloten zich aan. Deels door verovering, groter deel door bekering. In 632 was
groot deel van het Arabisch schiereiland in handen van Moslims. In 632 ging Mohammed nog
een keer naar Mekka om daar een bedevaart te houden, hij reinigde de Ka’ba, maakte hem
leeg, gooide de beeldjes van andere Goden kapot en ging hier bidden. Afscheidsbedevaart,
model voor latere bedevaarten. Mohammed werd ziek en overleed in 632. Volgens Moslims
was Mohammed de laatste profeet en kwam er een einde aan een geschiedenis van profeten
op aarde. De umma bleef bestaan. Het islamitische rijk ontwikkelde zich wel door.
Mohammed werd opgevolgd door kaliefen (opvolger van profeet Mohammed). 1. Abu Bakr
(vertrouweling) 2. Umar 3. Uthman. 4. Ali. Deze kaliefen waren succesvol, gebied breide
flink uit. In 732 stonden de Moslims in Zuid-Frankrijk en in India. Enorm gebied in 100 jaar
veroverd. Werd gezien als bevestiging dat Allah aan de kant van de moslims stond. Er zijn
ook duidelijke historische redenen te vinden voor de uitbreiding van het moslimrijk.
Bijvoorbeeld de strijd tussen de Byzantijnen en Perzen.
De biografie over Mohammed geschreven door Ibn Ishaq is belangrijke bron. Het leven van
de boodschapper van God. Ishaq verzamelde verhalen over de profeet en maakte een
biografie. Alle latere biografieën nemen een voorbeeld aan die van Ishaq. Ishaq leefde een
eeuw na de profeet. Deze biografie hebben wij ook niet van hemzelf, we hebben alleen de
biografie die is overgeleverd is door Ibn Hisham, hij stierf twee eeuwen na Mohammed. Dit
zegt al iets over de historische betrouwbaarheid.
Andere belangrijke bron is de Koran. Staat niet zoveel over de profeet zelf in. Koran lees
voor/reciteer/iets dat voorgedragen moet worden. Heeft ander karakter dan de bijbel. Het is
een boek wat voorgedragen moet worden. Is geschreven in het Arabisch. De taal is volgens
, veel moslims volmaakt. Koran is heel poëtisch, veel stijlmiddelen. Vorm van pure
schoonheid, spirituele waarde/het gevoel, de Koran moet ervaren worden. De Koran wordt als
heilig gezien, niet alleen de tekst, maar ook het fysieke exemplaar. Ligt heel gevoelig bij
moslims. De Koran moet in het Arabisch gelezen worden. Moslims gaan van jongs af aan de
Koran in het Arabisch lezen. Vertalingen worden als problematisch gezien, omdat veel
schoonheid verloren gaat. Vertaling moet gezien worden als een soort interpretatie. De Koran
is zo belangrijk omdat het gezien wordt als manifestatie van God op aarde. Via deze tekst
openbaard God zich aan de mensen. Thora en Bijbel zijn ook openbaringen van God, maar de
Koran is volmaakt volgens moslims. De Koran is dus God op aarde. Hierin staan alle
openbaringen die Mohammed kreeg van Gabriël. Letterlijke woord van God zoals het aan
hem overgeleverd is, hierom weinig info over Mohammed zelf, speelt kleine rol. De
openbaringen moesten op de een of andere manier in een boek terecht komen. Over het proces
hoe het in een boek terecht is gekomen is veel discussie over.
Volgens Moslims werden tijdens het leven van Mohammed de openbaringen onthouden door
hemzelf en zijn metgezellen. Men leefde in een orale cultuur. Fragmenten werden
opgeschreven. Na de slag bij Jamama liet Abu Bakr alle openbaringen verzamelen en zorgde
voor ontstaan Koran. Vervolgens werd onder Uthman in 650 een commissie ingesteld om de
officiële tekst vast te stellen. Er was wat discussie over. Ongeveer 18 jaar na dood
Mohammed ontstond dus de Koran zoals we die zelf kennen. Wel ontstonden er verschillende
lezingen door de manier van schrijven. In de 10 e eeuw werden zeven canonieken
goedgekeurd, nu nog twee in gebruik. Is vooral verschil op detailniveau.
Onder wetenschappers is hier heel veel discussie over. Omdat er geen hele oude volledige
manuscripten zijn. Wel wat fragmenten. Deze komen pas uit eind 8e eeuw. Wetenschappers
verschillen van mening over tot stand komen van de Koran traditie. Sommige wetenschappers
denken dat de Koran pas in de 8e eeuw tot stand gekomen is andere gaan mee met de
islamitische versie van 650. Is dus discussie.
Inhoud en vorm van de Koran is ingewikkeld. Opgedeeld in 114 hoofdstukken (sura’s)
Onderverdeeld in verzen (ayat). Hoofdstukken zijn niet chronologisch of thematisch
geordend, maar op basis van lengte. Sura één is een uitzondering. Zit weinig logica in.
Sommige sura’s zijn ook geen logische eenheden, veel staat door elkaar (gebeden,
polemieken etc.). Koran is ook ingewikkeld door de taal, klassiek Arabisch, verschilt van
huidige Arabisch. Hebben weinig andere geschreven bronnen waarmee we de tekst van de
Koran kunnen vergelijken. Van sommige woorden is niet duidelijke wat deze betekenen.