Anatomie 1. Samenvatting spijsverteringstelsel
Nadat het voedsel is ingeslikt, komt het terecht in de maag, daar is het dan 2 tot 6 uur.
Ondertussen vindt er gedeeltelijk vertering plaats. Vanuit de maag wordt de voedselbrij
naar de darm getransporteerd. Na 5 tot 6 uur is de vertering van het voedsel en de
opname van de voedingsstoffen in het bloed voltooid. Na 12 tot 24 uur verlaat de
onverteerbare delen van het voedsel als ontlasting het lichaam.
De spijsverteringsorganen bestaan uit het spijsverteringskanaal en een aantal organen
die er ook mee in verbinding staan. Deze organen ondersteunen de spijsvertering door
aanmaak van spijsvertering enzymen.
De wand van het spijsverteringskanaal heeft bijna overal dezelfde bouwelementen, het
verschilt soms door de specifieke deel van dat deel van het kanaal. De wand bestaat uit
vijf lagen, van binnen naar buiten:
1. Slijmvlies (mucosa) heeft als een functie een soort
glijmiddel te zijn voor voedsel en als bescherming
van de wand.
2. Glad spierweefsel (muscularis mucosae)
ondersteunt de afgifte van kliersappen.
3. Bindweefsellaag (submucosa) bevat bloedvaten,
lymfevaten en zenuwtakken.
4. Lengtespieren (muscularis) zijn gladde spieren in
lange banen. Deze maken golfbewegingen, zodat
het voedsel verder gaat, ook wel peristaltiek
genoemd (slokdarm, darmwand).
5. Buikvlies (serosa) is een dun glad vlies voor
soepele bewegingen in de buikholte.
In de mondholte start de voedselvertering. Daar wordt
het betast, verkleind en verscheurd, vermengd met
speeksel en slijm, gedeeltelijk verteerd en ten slotte
ingeslikt. Voor de rest is de mond erg multifunctioneel,
wordt gebruik bij ademen, spreken en smaak.
Het gebit wordt gevormd door gebitselementen (tanden en
kiezen). Deze zitten in de bovenkaak (maxilla) en de onderkaak
(mandibula). Een volwassen gebit bestaat uit 32
gebitselementen. Zowel de boven- en onderkaak verdeel je in 2
gelijke stukken, de 4 kwadranten. Elk kwadrant bestaat van voor
naar achter uit:
2 snijtanden (8 in totaal).
1 hoektand (4 in totaal).
2 valse kiezen (8 in totaal).
3 ware kiezen (12 in totaal).
, ** Blz. 207 doorlezen**
Speeksel bevat water, slijm, amylase en een bacterie dodend enzym. Je maakt zo’n 1,5
liter speeksel per dag. Bij consumptie van voedsel produceren de speekselklieren extra,
dat gebeurt ook al bij het ruiken en/of zien van voedsel. De speekselklieren hebben een
vorm als een tros druiven en het mondt uit in de mondholte.
Speeksel is kleurloos, troebel vocht dat het enzym amylase bevat, ook wel ptyaline
genoemd. Dit maakt een begin bij de afbraak van suikers. Het enzym zet zetmeel om in
maltose, een tweevoudige suiker. Speeksel zorgt voor een neutrale zuurgraad (pH 7), zo
werkt de ptyaline het beste. Ook wordt het gekauwde voedsel door speeksel verdund,
slijmerig en gedeeltelijk in water opgelost. Ook bevat speeksel het enzym: lysozym, deze
heeft een bacterie dodende werking. Doordat speekselklieren ook speeksel aanmaken
zonder dat je iets in je mond hebt zorgt het ervoor dat ziekteverwekkers en bacteriën in
je mond als nog verwijderd worden uit je mondholte door te slikken. In je maag worden
ze meestal onschadelijke gemaakt.
Bij kauwen wordt het voedsel afwisselend tussen de kiezen uitgeperst en door de tong,
wang spieren en lippen weer tussen gebracht. Ook wordt het grondig gemengd met
speeksel. Door kauwen is de totale oppervlakte van het voedsel groter geworden,
hierdoor werken de enzymen beter.
Slikbeweging:
De lippen en tanden gaan op elkaar.
Tong wordt tegen het harde gehemelte aangeduwd.
Het zachte gehemelte en de huig worden omhooggetrokken, hierdoor sluit de
neusholte af.
Het strotklepje klapt naar beneden waardoor de luchtpijp wordt afgesloten.
Keelspieren trekken samen waardoor de spijsbrok richting de slokdarm gaat.
De keelholte (farynx) is de buikvormige ruimte vanaf de neusholte tot aan het
strottenhoofd en de slokdarm. De keelholte is ook wel de doorgang voor voedsel en in-
en uitgeademde lucht. De functie van de farynx is het voedselbrok vervoeren naar de
slokdarm. De farynx staat in verbinding met de neusholte, mondholte, strottenhoofd,
slokdarm en de buis van Eustachius.
De slokdarm (oesofagus) is een gespierde buis die de keelholte met de maag verbindt. De
lengte van de oesofagus is ongeveer 30 cm. De buis ligt in de thorax en achter de
luchtpijp. De oesofagus krijgt bloed door een aftakking van de Aorta en geeft het bloed af
aan de onderste holle ader en de poortader. De slokdarm heeft drie vernauwingen:
1. Bovenste: zit achter het strottenhoofd.
2. Middelste: bevindt zich achter de splitsing van de luchtpijp.
3. Onderste: op de plaats waar de slokdarm door het middenrif gaat.
De enige functie van de oesofagus is het vervoeren van voedsel van de keelholte naar de
maag. Dit gebeurt door een peristaltieke beweging.
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper Lauradebruijne. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €5,49. Je zit daarna nergens aan vast.