Samenvatting van samenvatting. Attitude en beïnvloeding.
College 1
Dingen die we evalueren, heel snel en zonder in de gaten te hebben. Evaluaties
fundamenteel voor mensen. Vrijheid van meningsuiting heel belangrijk.
Definitie attitude: a psychological tendency that is expressed by evaluating a particular entity
with some degree of favor or disfavor
- Altijd evaluatief, minder of meerdere maten negatief of positief
- Psychological tendency: enige stabiliteit
- Particular entity: gaat altijd over iets
Stabiel vs instabiel
- File drawer model: laatje open, haalt visie eruit, veel stabiliteit (klassieke visie)
- Temporary construction: antwoord afhankelijk van moment, attitude ter plaatse
construeren
Sterke attitudes
- Stabiel
- Resistent tegen tegenattitudes
- Toegankelijk (weet snel)
- Zekerheid
- Voorspellen gedrag beter
Allport zei: sociale psychologie draait om attitudes, misschien wel belangrijkste onderwerp
Dachten attitudes bieden inzicht in hoe men gaat gedragen.
Hoe meten
- Expliciete maten
- Gedragsmaten
- Impliciete maten
Expliciete maten
- Likert schales: stellingen en scoren van ‘niet mee eens’ naar ‘mee eens’
- Semantische differentiaal: meer globaal, roken vind ik: schalen van ‘goed ‘dom’,
‘goedkoop’ ‘duur’.
Nadelen expliciete maten:
1. Sociale wenselijkheid, impressie management, men wilt niet vertellen of wilt goede
indruk achterlaten.
2. Kennis eigen attitude, soms weten we het niet
3. Formulering vraag en antwoorden: sturende vragen, samengestelde vragen,
schaaluiteinden. (de schaal kan bepaalde gedachten saillant maken)
Gedragsmaten
- non-verbaal gedrag: slijtage tapijt in museum, hoe ver gaat iemand van je zitten in
wachtruimte, hulpgedrag; wel of niet helpen papier oprapen.
, - Voorbeeld Milgram: lost letter technique. 25% extreme groeperingen kwamen de
brieven van terug, 72% van de medische instelling.
o Nadelen: heel veel werk en niet zo subtiel. Krijgt weinig inzicht in mensen die
in het midden zitten. Vooral nuttig bij gepolariseerde onderwerpen en
anonieme responsen.
Impliciete maten
- Evaluative priming task (fazio): idee primed met positief, daarna positief, gaat snel.
Andersom doe je langer over. Want moet omschakelen.
- Implicit association task (IAT)
o Kritiek: meet het attitude of een door media opgelegde associatie.
Ontwikkelaars gaan flexibel om met de lage correlatie met expliciete maten.
- GSR: huidgeleiding, pupilverwijdering bij iets mooi vinden. Facial EMG, fMRI.
De 3 heksen van attitude:
- Inhoud
- Structuur
- Functie
Inhoud: CAB model Katz en Scotland: cognition, affect, behavior.
- Cognitieve respons: wat een slechte tandarts
- Affectieve respons: wat voel ik, angst om nog een keer naar tandarts te gaan
- Gedrag: ik ga opzoek naar een nieuwe tandarts.
Het is iets te simplistisch, grenzen niet zo helder, dingen overlappen vaak, ook is er
omgekeerd een invloed, dus van attitude terug en heen.
Structuur: ambivalentie: zowel positieve als negatieve gevoelens over. Een schaal met hoe
positief je bent en een schaal met hoe negatief je bent. Dan kan je ontdekken om men
ambivalent of indifferent: het boeit me niet.
- Men houdt van consistent zijn, wilt niet graag ambivalent zijn, stresshormoon meer
geactiveerd op moment ambivalentie saillant maken.
- Onderzoek Schneider et al: wii board, mensen bewegen meer als ambivalent zijn
- Andere studie van hen liet zien dat mensen die heen en weer bewegen ook meer
ambivalent zijn (Tai Chi bewegingen)
Functies:
- Helpen doelen te bereiken
- Approach avoidance
o Kennis functie: kennis organiseren
o Instrumentele functie: helpt om doelen te bereiken, als naast Schiphol
wonen, is functioneel om negatieve attitude te hebben om meer te slapen.
- Hogere symbolische functie
o Sociaal adaptieve functie: ergens bijhoren, volwaardig lid
o Waarde-expressieve functie: wat vind je belangrijk, wat wil je laten zien, ook
door dingen te liken.
College 2