MV samenvatting periode 3
1.3cMV1 Dermatologie; ontsteking en infectie
Epidermis bestaat uit epitheel met de zweetklieren en de haren er in.
Dermis bestaat uit bloedvaten met zenuwen
Hypodermis (subcutis) bestaat uit vet
De epidermis is slecht gevasculariseerd maar de dermis juist wel.
Zonlicht heeft een gunstig effect op de huid, hierdoor produceert de huid vitamine D.
Zweetklieren zijn exocriene klieren omdat het zijn stof (zweet) afscheidt aan het oppervlak van het
lichaam.
Ontsteking is een reactie op weefselbeschadiging. Dit kan verschillende oorzaken hebben:
- Mechanisch: vallen, in je vingers snijden
- Fysisch: straling
- Thermisch: warmte of koud
- Chemisch: zuren of basen
- Micro-organismen: door bacteriën of virussen dus een infectie
De ontstekingsreactie is een nuttige reactie omdat het hierdoor de schade herstelt en het vuil eruit
haalt.
Lokale ontstekingsverschijnselen:
- Rubor: roodheid
- Calor: warmte
- Dolor: pijn
- Tumor: zwelling
- Functio laesa: verminderde functionaliteit
Er zijn verschillende vormen van eczeem/dermatitis:
Kenmerken:
- Polymorf: meerdere kenmerken zoals roodheid, schilfers, blaasjes
- Onscherp begrensd
- Het jeukt
- Niet infectieus
Contacteczeem; alles wat je aanraakt
Therapie: advies om bepaalde factoren te vermijden. Je krijgt vaak een zalfje mee
Zwemmerseczeem is een schimmelinfectie en geen eczeem.
Alopecia: ontharing ten gevolge van bestraling.
Acute huidreacties:
Deze zijn reversibel zoals erytheem, desquamatie en alopecia
,Late huidreacties:
Deze zijn irreversibel zoals atrofie, verandering pigmentatie, alopecia, teleangiëctastieën, ulceratie,
fibrose en necrose.
Huidinfecties:
Eczeem: een jeukende huiduitslag met roodheid, zwelling, schilfers, bultjes, kloofjes of korstjes. Je
mag wel werken
Erysipelas: wondroos; een acute infectie van de oppervlakkige huidlaag door bacteriën. Je mag niet
werken met deze ziekte
Herpes simplex: koortslip; jeukende blaasjes ze branden tintelen of doen pijn. Met deze ziekte mag
je niet werken
Herpes zoster: waterpokken virus, gordelroos; pijn jeuk en blaasjes op de huid. als het beperkt blijft
mag je wel werken, als het overal zit niet.
Impetigo: krentenbaard; besmettelijke ontsteking van de huid door een bacterie, wondjes, rode
plekjes of blaasjes die jeuken. Je mag niet werken
Psoriasis: huidaandoening met schilfers, roodheid en jeuk. Je mag werken
Radiodermatitis: een ontsteking of beschadiging van de huid als gevolg van blootstelling aan
ioniserende straling. Je mag werken
Urticaria: hevig jeukende verheven rode vlekken op de huid met een centrale bleke opheldering. Het
zijn galbulten en het is meestal een allergische reactie. Je mag werken.
Ontsteking: een reactie van het lichaam op beschadiging van weefsel of op prikkels van buiten af met
als doel het verwijderen van de schadelijke stof en het herstellen van de schade.
Infectie: als een micro-organisme, virus prion of parasiet in een levend wezen is binnengedrongen en
zich daar vermenigvuldigd heeft (hoeft niet schadelijk te zijn).
Een ontsteking is niet altijd een infectie omdat de ontsteking niet altijd veroorzaakt wordt door een
micro-organisme, virus, prion of parasiet.
Het niet-specifieke afweersysteem is er altijd en is de eerste bescherming tegen micro-organismen
zoals de huid, slijmvliezen, zure gebieden, trilharen. (eerste barrière) Als de micro-organismen de
eerste barrière voorbij zijn komen ze bij de tweede barrière. Dit zijn de witte bloedcellen;
macrofagen, granulocyten en naturalkillercellen. Deze vernietigen de micro-organismen zo veel
mogelijk. Als dit niet lukt, fagocyteren de fagocyten de micro-organismen, die het antigeen
presenteren waardoor de specifieke afweer wordt geactiveerd. De specifieke afweer wordt speciaal
gemaakt voor dat micro-organisme. Dit afweer mechanisme bestaat uit B- en T-cellen. M.b.v. t-
helper cellen worden de B- en T-cellen geactiveerd die antilichamen kunnen maken die de micro-
organismen kunnen uitschakelen.
Een bacterie heeft een cel met organellen. Een virus heeft geen cel maar is opgebouwd uit DNA met
een eiwitmantel eromheen. Bacteriën dringen het lichaam binnen en vermenigvuldigen zich daar.
Een virus zoekt een gastheercel uit waar hij dan de controle overneemt en zijn eigen DNA in de cel
plant.
Seropositief: dat er in het serum van het bloed van iemand antistoffen zijn aangetoond tegen een
bepaalde infectie. Het lichaam is antistoffen aan gaan maken tegen een bepaalde virus of bacterie.
Antibiotica werkt wel tegen bacteriën maar niet tegen een virus. Het lichaam kan virussen wel
onschadelijk maken met antistoffen. Vaccinaties helpen hier voor.
Als je klachten halverwege de antibiotica kuur afgenomen zijn, dien je toch de kuur af te maken. Het
kan zijn dat nog niet alle bacteriën gedood zijn waardoor de overlevende cellen resistent zullen
worden tegen deze antibioticakuur. De bacterie vermenigvuldigd zich weer waardoor de klachten
terug komen. Als je dan opnieuw deze antibioticakuur neemt, zal dit niet werken doordat deze
bacterie al resistent is voor deze antibiotica.
, Infectieziekte:
TBC: (tering)
Oorzaak: besmetting met mycobacterium tuberculosis via de longen
Besmettingsweg: inademen van het tuberculosis bacterie via de lucht
Symptomen: symptoomloos, kan lang ongemerkt blijven, algemene verschijnselen zoals koorts en
vermoeidheid kunnen optreden.
Preventie: inenting, hoest hygiëne, mondkapje
Vaccinatie: bcg-vaccinatie
Therapie: er moet een goede hoesthygiëne worden aangeleerd en de patiënt mag geen contact
buiten het gezin, anders moet je een mond-neusmasker dragen.
Preventie MBB’er: patiënt mondmasker laten dragen, goede ventilatie
Hepatitis B:
Oorzaak: hepatitis B-virus (DNA-virus)
Besmettingsweg: via lichaamsvocht dus via bloed, transplantatieweefsel, sperma en vaginaal vocht
Symptomen: symptoomloos, algemene verschijnselen zoals koorts en vermoeidheid
Preventie:
Vaccinatie: ijksvaccinatiepakket
Therapie: geen behandeling
Preventie MBB’er:
Influenza: (griep)
Oorzaak: besmetting door type A-, B- of C-influenzavirussen
Besmettingsweg: slijmvliezen van de luchtwegen of conjunctiva (oogvocht)
Symptomen: koorts, hoofdpijn, hoesten, keelpijn, spierpijn, verstopte neus
Preventie: vaccinatie
Vaccinatie: griepprik
Therapie: rust, het lichaam ruimt het zelf op
Preventie MBB’er:
Noro-virus:
Zeer besmettelijke virus
Oorzaak: veroorzaakt door norovirussen (kleine RNA-virussen) fecaal-oraal van mens op mens
Besmettingsweg: via ontlasting en braaksel van een virusdrager
Symptomen: heftig braken, diarrée, koorts, misselijkheid, krampende buikpijn, hoofdpijn
Preventie: vaak en zorgvuldig handen wassen
Vaccinatie: geen vaccin beschikbaar
Therapie: het gaat vanzelf over, krijg voldoende vocht, suiker en zouten binnen om uitdroging te
voorkomen.
Preventie MBB’er:
BRMO, MRSA:
Oorzaak: lange ziekenhuisopname, gebruik van diverse antibioticakuren, contact met vee
Besmettingsweg: direct huidcontact vooral via de handen, soms via huidschilfers of niezen
Symptomen: kans op infectie krentenbaard, en steenpuisten, geen symptomen
Preventie: handen wassen
Vaccinatie: geen vaccinatie
Therapie: minder efficiënte antibiotica
Preventie MBB’er:
HIV: