Samenvatting cariologie en preventie
Literatuur:
- Fejerskov, O., Whiley.J. & Sons, Dental Caries. The disease and its clinical
management, 3e druk, 2015. Deel I: H1t/m3, Deel II: H5 en H9, Deel IV: H13 Deel V:
H19 tot sealants (p 339) NB! aanbevolen H6, H7, H8
- Loveren, C. van, Weijden, G.A. van der. Preventieve tandheelkunde. H 3 figuur 3-2 en
par. 3.8 en 3.10, rest hoofdstuk aanbevolen, H 7 7.1 t/m 7.5, H 8 (uitgezonderd: 8.8
en 8.10), H 9, H 11, H 13
97% van de bevolking heeft cariës, waaronder 75% van de kinderen de ziekte heeft. Het
cariësproces gaat dan ook sneller bij kinderen en bereikt eerder dentine en pulpa door de
dunne glazuurkap. Ontstekingen in de melkdentitie kunnen leiden tot beperkingen en
onvolkomenheden in de blijvende dentitie.
Globaal proces cariës:
1. Voedingsstoffen gaan de plaque in
2. Fermentatie van koolhydraten door bacteriën in de plaque
3. Productie van (melk)zuren
4. Zuur dringt het glazuur binnen
5. Het glazuur demineraliseert bij een pH onder de 5,5 (= Kritische pH)
Cariës kan zich ontwikkelen op het hele tandoppervlak, echter zijn er bepaalde plekken waar
plaque zich makkelijker ophoopt. Een voorbeeld waardoor de plaque makkelijker ophoopt is
door de moeilijke bereikbaarheid met de tandenborstel. Deze vatbare plekken worden ook
wel predilectieplaatsen genoemd. Predilectieplaatsen voor plaque:
- Cervicaal
- Approximaal onder het contactpunt --> bereikt dentine na 34-50 maanden
- Fissuren, pitten en groeven (sneller dan approximaal)
Elementen die bij speekselklieren liggen zijn beter beschermd tegen cariës door de
bufferende werking van het speeksel. De snelheid waarin cariës ontwikkeld is afhankelijk van
speekselvloed, mondhygiëne en voeding.
Voordat fluoride werd gebruikt duurde het gemiddeld 18 maanden voordat een witte-
vleklaesie een caviteit was geworden. Een caviteit is een cariëslaesie die het
glazuuroppervlak doorbreekt. Cariës ontstaat wanneer de metabolische activiteit in de
biofilm uit balans is met de tandmineralen. Veranderingen in de biofilm kunnen veroorzaakt
worden door voeding wat de pH beïnvloed. Wanneer deze pH fluctuaties zorgen voor een
nettoverlies van calcium en fosfaat waardoor het glazuur poreuzer wordt, spreken we van
een witte-vleklaesie.
Glazuur demineraliseert bij een pH onder de 5,5.
Glazuur remineraliseert bij een pH boven de 5,5.
Wanneer demineralisatie van glazuur stopt, spreken we van een arrested laesie.
, Directe factoren cariës: Biologische factoren
(groene ring)
- Fluoride
- Speekselvloed en speekselsamenstelling
- Samenstelling biofilm
- Dieet
Indirecte factoren cariës: Sociale factoren (Gele
ring)
- Gedrag en houding
- Opleidingsniveau
- Kennis
- Inkomen
- SES (Socio-economische-status)
Preventie:
Om de biologische factoren van cariës in te dammen is er een basisadvies opgesteld waarbij
de kans op cariës wordt verkleind. Dit basisadvies heeft 3 aspecten:
- Basisadvies mondhygiëne: 2x per dag 2 minuten tandenpoetsen met een
fluoridehoudende tandpasta. Kinderen tot en met 10 jaar dienen nagepoetst te
worden door een ouder/verzorger.
- Basisadvies voeding: 3 hoofdmaaltijden per dag en maximaal 4 tussenmaaltijden.
- Basisadvies fluoride:
o 0-1 jaar --> 1x per dag poetsen met peutertandpasta
o 2-4 jaar --> 2x per dag poetsen met peutertandpasta
o 5+ jaar --> 2x per dag poetsen met volwassentandpasta
Peutertandpasta = 500-750 ppm fluoride
Kindertandpasta = juniortandpasta = 1000-1500 ppm fluoride (met
zoete smaak toegevoegd)
Volwassentandpasta = 1000-1500 ppm fluoride
Gebruik fluoride: Vaker een lage dosering is effectiever dan in 1x een hoge dosis. Fluoride
kan je toedienen bij zelfzorg (met tandenpoetsen en mondwater) of het kan toegediend
worden door een professional (fluoridegel en fluoridelak). Wanneer er te veel fluoride
toegediend wordt kan er fluorose ontstaan. Dit is een ontwikkelingsstoornis van de
elementen waarbij witte vlekjes op het tandoppervlak ontstaan.
Chronische intoxicatie fluoride:
- Innemen halve tube peutertandpasta
- Innemen kwart volwassentandpasta
Acute intoxicatie fluoride:
- Tot 3,75 F mg/ kg lichaamsgewicht is een overdosering
- Van 3,75 tot 5,0 F mg/kg is een lichte intoxicatie
- Tussen 5,0 en 15 F mg/kg is een matige intoxicatie
- Meer dan 15 F mg/kg is een sterke intoxicatie