SOCIALE PSYCHOLOGIE
40 QMP vragen met 4 keuze mogelijkheden
jaartallen, namen van experimenten niet kennen
1. SOCIALE WAARNEMING
1.1 HOE VORMEN WE EEN BEELD VAN MENSEN?
1.2 DE EERSTE INDRUK
wanneer we iemand zien, komen er miljoenen prikkels
binnen over die persoon
= het percept
= we nemen verschillende dingen waar
→ vb. mooi meisje/ mooie jongen
maar een aantal van die prikkels gaat door naar ons
‘bewuste’
; met die prikkels gaat ons brein aan de slag en maakt een concept
→ vb. die gaat leuk zijn
naargelang het concept dat ons brein heeft gevormd, gaan we ons ook gedragen
→ vb. uw best doen om daar vrienden mee te worden door lief te zijn
percept = waarneming
concept = invulling
1.2.1 WAAROP BASEREN WE ONS VOOR DEZE EERSTE INDRUK?
wanneer we een persoon zien kunnen we eigenlijk maar een aantal dingen écht
waarnemen:
- uiterlijk
- lichaamstaal
- gedrag
→ mensen baseren hun eerste indruk dus vooral op het visuele
waarneming is ook cultuurgebonden
: uit onderzoek blijkt daar Aziaten eerst kijken naar de uitdrukking van de ogen, terwijl
Europese proefpersonen zich op andere onderdelen richten zoals de mond
1
, THEORIE VAN MEHRABIAN
een boodschap die iemand brengt bestaat
7% uit woorden
38% de toon waarop deze woorden worden gezegd
55% uit lichaamstaal
deze theorie geldt wanneer er een incongruentie is tussen de boodschap en de
lichaamstaal en de intonatie
→ voorbeeld. iemand opent een kado en kijkt heel sip en zegt droevig ‘oh heel
leuk dank u’ dan is deze persoon toch niet blij ook al zegt die van wel
wanneer we een concept vormen over iemand dan spreken we binnen de psychologie over:
1.2.2 SPONTANE BEELDVORMING
- niet met opzet
: hersenen vormen een beeld over een persoon, ook al is dat niet je bedoeling
- niet altijd bewust
: de beeldvorming over een ander persoon gebeurt vaak wanneer we dit niet
doorhebben, onbewust
- zonder moeite/aandacht
: een beeld over iemand vormen gaat heel snel en vraagt niet veel tot geen energie
- zonder dat je het kunt tegenhouden
: het is niet mogelijk om geen beeld te vormen over iemand
dit gebeurt a.d.h.v. cognitieve schema’s
= structuur in ons brein waarin bepaalde zaken, gebeurtenissen, feiten… met
elkaar verbonden zijn
→ als een van deze aspecten worden aangeraakt, dan zullen de verbonden
aspecten automatisch worden geactiveerd en in het bewustzijn kruipen
→ vb. denk aan het woord ‘kerst’ of ‘school’ …
functies cognitieve schema’s volgens VONK
1. schijnwerper
: in de situatie kiest het brein een aantal prikkels eruit die volgens hem het meest
relevant is voor deze situatie
2. gatenvuller
: wanneer het brein een aantal prikkels eruit heeft gekozen, ontbreken er
een heel aantal prikkels
→ het brein vult deze aan d.m.v. schema’s
3. gedragswijzer
: het brein zal aanwijzen welk gedrag het best zal moeten worden toegepast
aangepast aan de situatie
2
,VOORDELEN COGNITIEVE SCHEMA’S
: snel en gemakkelijk
voorbeeld gatenvuller
: het brein ziet een witte driehoek, ook al is er geen witte driehoek
Het sijhcnt neit zeeovl uit te meakn in wlekevrolgode de letrtes van een worod satan. Als de eestre en de
ltatsae letetr op de jsitue paatlssaatn kun je de mesete wreoodn zednorpeobmerln leezn. Dit kmot odamt je
hrneesengeen aarpte ltretes leezn, maar hlee woredon
→ deze tekst kan je makkelijk lezen omdat je brein zich focust op de eerste en
laatste letter (= SCHIJNWERPER), om vervolgens de letters ertussen in te vullen
(= GATENVULLER) om zo het woord te kunnen lezen
NADELEN COGNITIEVE SCHEMA’S
: niet altijd accuraat - vaak stereotype
VONK: welke schema’s worden gemobiliseerd?
schema’s komen niet zomaar boven: er zit een zekere voorspelbaarheid in
● negatieve stimuli
→ voorbeeld. tijdens een mooie bergwandeling kruipt er een steentje in je
schoen
: je aandacht zal van het mooie uitzicht verschuiven naar dat vervelende
steentje in je schoen
VOORDEEL: dit zorgt ervoor dat negatieve dingen aandacht krijgen en
dient als waarschuwing
● cultuur
wat vinden wij in onze ‘groep’ ‘normaal’
→ wat we normaal vinden zal minder aandacht krijgen, dan wat abnormaal
en afwijkend is
3
, ● particuliere ervaringen
persoonlijke ervaringen zullen mee bepalen waar de schijnwerper op gericht staat en
hoe de gatenvuller functioneert
● priming
● actuele gemoedstoestand
wie goed gezind is let op andere dingen dan iemand die slecht gezind is
→ vb. wanneer je verliefd bent en je luistert naar ‘jullie liedje’ vs wanneer
je net gedumpt bent en je luistert naar dat zelfde liedje
● persoonlijkheidseigenschappen
● context
→ vb. wanneer je iemand tijdens carnaval in een berenpak ziet rondlopen
zal je schijnwerper hier minder op zijn gefocust, dan wanneer je iemand in
een berenpak ziet voorbij lopen tijdens een begrafenis
PRIMING
= wanneer een bepaald cognitief schema actief is, we nieuwe informatie/ nieuwe prikkels
gemakkelijker gaan interpreteren vanuit het schema dat reeds actief is
→ experiment van HIGGINS
klas werd ingedeeld in 2 groepen:
groep 1 kreeg een reeks positieve synoniemen voor het woord avontuurlijk
groep 2 kreeg een reeks negatieve synoniemen voor het woord roekeloos
hierna kregen alle studenten een verhaal te horen over Donald, een avonturier die van
plan was om de Atlantische oceaan over te zeilen en zijn vrouw en kinderen achter te
laten
er werd aan alle studenten gevraagd om een persoonsbeschrijving te geven over Donald
→ groep 1 gaf een positieve persoonsbeschrijving, groep 2 gaf een eerder
negatieve persoonsbeschrijving
in de jaren 70 werden er veel onderzoeken gedaan naar schizofrenie
; 1 van de belangrijkste uitkomsten van deze onderzoeken was dat iemand met
schizofrenie holle stemmen hoort
veldonderzoek ROSENHAN
Rosenhan stuurde een aantal mensen naar de psychiater en vroeg hen om
eerlijk en normaal op de vragen van de psychiater te antwoorden, MAAR erbij
te vertellen dat ze holle stemmen horen
→ alle proefpersonen werden gediagnosticeerd met schizofrenie en naar een
4
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper kayhoskens. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €5,09. Je zit daarna nergens aan vast.