Leerdoelen bestuursrecht periode B
Week 1
De student toont met behulp van de Gemeentewet en literatuur zijn kennis over -en begrip van- de
inrichting van de gemeente aan. De student toont met behulp van literatuur zijn kennis over- en
begrip van - de basisbegrippen in de Algemene wet bestuursrecht (Awb) aan.
De student kan:
1. De samenstelling, werkwijze, taken en bevoegdheden van de gemeentelijke
bestuursorganen (zijnde de gemeenteraad, het college van burgemeester en wethouders
en de burgemeester) herkennen.
Taak van de gemeenteraad zijn het vaststellen van een bestemmingsplan voor de gemeente.
Taak van het college van B&W is het beslissen op verzoeken om een beschikking. En een andere
belangrijke taak is, om de naleving van regels af te dwingen, het opleggen van een last onder
bestuursdwang.
Bestuur bestaat uit de gemeenteraad, college van B&W, en de burgemeester.
Gemeenteraad is het algemeen bestuur en vertegenwoordigt de gehele bevolking van de gemeente,
de leden worden gekozen door evenredige vertegenwoordiging. Verschil met de provincie is dat het
Nederlanderschap niet verplicht is. Gemeenteraad benoemt de wethouders.
ze zijn bevoegd tot het vaststellen van gemeentelijke verordeningen.
College van B&W is het dagelijks bestuur. Vergaderingen worden achter gesloten deuren gehouden.
En ze leggen verantwoording af aan de raad over het door hen gevoerde bestuur.
de burgemeester bevordert de eenheid van het beleid van het college en kan zelf onderwerpen
aandragen en voorstellen indienen.
2. De bestuurlijke en politieke verhoudingen tussen gemeentelijke bestuursorganen
onderling en tussen gemeentelijke bestuursorganen en ambtenaren herkennen.
3. De bestuursorganen van de (openbare lichamen) Staat, Provincie en Gemeente
benoemen.
Bestuur van een provincie bestaat uit Provinciale Staten, Gedeputeerde Staten en de commissaris van
de Koning.
Bestuur van de gemeente bestaat uit de gemeenteraad, college van B&W, en de burgemeester.
Bestuur van de Staat bestaat uit minister, staatssecretaris en de regering
4. De plaats van het bestuursrecht binnen het recht bepalen.
Het recht bestaat uit publiekrecht en privaatrecht. Publiekrecht regelt de relatie tussen overheden
onderling en tussen de overheid en de burgers. Publiekrecht bestaat dan weer uit strafrecht,
staatsrecht en bestuursrecht.
, 5. De bronnen van het bestuursrecht noemen.
Je kan het vinden in het internationale recht, nationale wetgeving, jurisprudentie en het ongeschreven
bestuursrecht.
Internationaal = EVRM
Art. 6 van dit verdrag speelt een rol in procedures voor de nationale bestuursrechter.
Nationale wetgeving = Gemeentewet, Grondwet en de Wet op de Raad van State
Lagere wetgevers = APV, provinciale verordeningen
Ongeschreven bestuursrecht = ( het gewoonterecht ) zoals het vertrouwensbeginsel en het
rechtszekerheidsbeginsel. Hier kan de burger een beroep op doen
6. Het bestuursrecht onderverdelen in algemeen en bijzonder bestuursrecht, rekening
houdend met het begrip gelede normstelling.
Gelede normstelling = de toepasselijkheid van een rechtsregel is niet zomaar in 1 wet te vinden, maar
in combinatie met samenhangende regelingen.
In het algemeen bestuursrecht wordt in de Awb behandeld. Hier worden algemene regels geschreven
over de rechtsbescherming, handhaving en een aantal begrippen.
Het bijzonder bestuursrecht recht zich op een bepaald onderdeel van het recht. Namelijk het
vreemdelingenrecht, belastingrecht enz zijn voorbeelden.
7. Het bestuursrecht onderverdelen in materieel en formeel bestuursrecht.
Materieel bestuursrecht = bevat rechtsnormen waarin voor burgers en BO aanspraken of
verplichtingen zijn opgenomen. Bijvoorbeeld een bepaling in de Awb waarin de voorwaarden staan
waaraan een aanvraag voor een omgevingsvergunning moet worden getoetst
Formeel bestuursrecht = de procesrechtelijke regels die de burger nodig heeft om tegen het optreden
van de overheid iets te ondernemen. Bijvoorbeeld de mogelijkheid om bezwaar te maken tegen de
afwijzing van een omgevingsvergunning
8. De gelaagde structuur van de Awb aantonen.
De Awb geeft eerst de algemene bepalingen en daarna de bijzondere bepalingen.
De besluitvormingsprocedure is te zien in hoofdstuk 1 – 5
De rechtsbeschermingsprocedure is te zien in hoofdstuk 6-8
9. De werking van het legaliteitsbeginsel en van het specialiteitsbeginsel aantonen in een
eenvoudige casus.
Het legaliteitsbeginsel = de bevoegdheid van de overheid om op te treden is terug te vinden in de wet.
Dit mag slechts voor zover de wettelijke regels en rechtsbeginselen dit toestaan
Specialiteitsbeginsel = de bevoegdheid van de overheid kan alleen worden aangewend voor het
specifieke doel waarvoor die wet is bedoeld. In de wet word het belang specifiek aangegeven.
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper fleursmeulders. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €4,49. Je zit daarna nergens aan vast.