Colleges neurologie
Werkcollege 1. Introductiecollege neurologie
01-03-2021
Lokaliseren in de neurologie is essentieel. Hierin is onderscheid in centraal motorisch neuron en
perifeer motorisch neuron van belang. Een impuls verloopt eerst van cortex naar het myelum als
centraal motorisch neuron (CMN) en daarna van de motorisch voorhoorn tot in de spier als perifeer
motorisch neuron (PMN).
CMN PMN
Cortex (grijze stof) Motorische voorhoorn
Subcortex (witte stof) Wortel
Capsula interna Plexus brachialis en lumbosacralis
Pedunculus cerebri Perifere zenuw
Hersenstam Neuromusculaire overgang
Decussation pyramidum Spier
Myelum
Centraal motorisch neuron
Cortex en subcortex
De functie van het CMN is de fijne, aangeleerde, willekeurige motoriek. Het wordt ook wel de
piramidebaan genoemd, bestaande uit:
- Tractus corticospinalis: innervatie spieren van armen en benen
- Tractus corticonuclearis: kernen van hersenstam
Het begin van het CMN is het cellichaam, die zich in de grijze stof van de frontaalkwab in de hersenen
(cortex) bevindt. De sulcus centralis is een groeve die de frontaalkwab van de pariëtaalkwab scheidt.
De motorische cortex met het cellichaam van het CMN bevindt zich in de frontaalkwab, vlak voor
deze sulcus, in de gyrus precentralis.
Er is een somatotopische ordening: de mate van representatie van
dwarsgestreepte spieren wordt weergegeven in motorische cortex.
De handspieren en bulbaire spieren (articulatie) zijn belangrijk bij de
fijne motoriek en vormen dus een groot deel van de motorische
cortex.
Onderverdeling aandoeningen in:
- Tractus corticospinalis: innervatie van arm- en beenspieren
o Piramidale parese
o Stoornis fijne motoriek
o Piramidale hypertonie: spasticiteit
o Hyperreflexie en pathologische Babinski-reflex
Centraal ZS zorgt normaliter voor remming van reflexen
- Tractus corticonuclearis: innervatie kernen hersenstam (aangezichtsspieren)
o Pseudobulbair syndroom: dysarthrie, dysfagie, pseudobulbaire reflexen
Hierbij moeten beide banen beschadigd zijn, door bilaterale innervatie
1
, Voorbeeld van pseudobulbaire reflexen:
Strijken over cornea (kaak beweegt naar buiten)
Tikken boven lip (toetje maken)
Aandoeningen
CVA = cerebro vasculair accident
Hierbij is onderscheid in:
- Herseninfarct (80%): oppervlakkige/distale bloedingen (contralaterale uitvalsverschijnselen)
o Vanuit carotis interna:
A. cerebri anterior: voorzijde en hanenkam à benen
A. cerebri media (meest voorkomend): meer laterale zijde à hand, onderarm
en mondhoek
o A. cerebri posterior: achterzijde (occipitaal)
o Denk aan waterscheidingsgebied: bijv. naar schouder
- Bloedingen (20%):
o Lobaire bloedingen = oppervlakkige bloedingen
Jonge patiënten: arterioveneuze malformatie, metastase
Ouderen: amyloïde angioplasie
Daarnaast:
- Oncologisch:
o Primair:
Gliomen: astrocytomen, oligodendogliomen
Belangrijkste: glioblastoma mulitforme (graad 4 glioom)
Meningeomen (vliezen): vaak benigne
o Secundair: metastasen
- Inflammatoir: frontale en temporale kwab
o Acute encefalitis: herpes simplex virus type 1
o MS: demyelinisatie
o Abces
Capsula interna
Na de subcortex komen de motorische axonen bij elkaar. Tussen de basale kerngebieden (grijze stof)
bevindt zich de capsula interna (witte stof). De piramidebaan bevindt zich aan de voorkant van de
achterste been van de capsula interna.
Aandoeningen bij capsula interna:
- Lacunair infarct op de plek van de piramidebaan: infarct < 1,5 cm in diepe arteriolen
o Pure motor stroke: alle banen komen hier bij elkaar, dus alles (armen, benen,
gezicht) valt uit
Contralaterale motorische uitval, overal in dezelfde gradatie
Taal is intact, patiënten zijn alert, geen functionele uitval
o Ook andere typen: pure sensory stroke, sensorimotor stroke, ataxic hemiparesis
- Bloedingen: primaire diep gelegen hersenbloedingen
o Risicofactor: hypertensie, niet onderliggende structurele afwijkingen
o Eerst acute focale uitval, daarna klachten van hoofdpijn, misselijkheid, braken,
bewustzijnsdaling (bloeding wordt groter: dreigende inklemming)
- Oncologisch/inflammatoire oorzaken zijn erg zeldzaam
2
,o Abces bij toxoplasmose
3
, Hersenstam
De hersenstam wordt onderverdeeld in mesencephalon, pons en medulla oblongata (verlengde
merg). In de hersenstam kruisen de vezels die eindigen in de controlaterale motorische
hersenzenuwkernen: tractus corticobulbaris. Onder de hersenstam, in de decussatio pyramidum,
bevindt zich de kruising van de piramidebaan. Er zijn ook vezels die niet kruisen bij de
piramidekruising, maar wel bilateraal eindigen (innervatie van axiale spieren).
Aandoeningen zijn gelukkig vaak zeldzaam en worden vooral veroorzaakt door verdrukking:
- Vasculair: infarcten, bloedingen
o Problemen in het cerebellum kunnen problemen veroorzaken in de hersenstam
- Oncologische/inflammatoire aandoeningen: MS, sarcoïdose etc.
Myelum
Het myelum wordt onderverdeeld in cervicaal, thoracaal en lumbrosacraal. Het myelum eindigt ter
hoogte van Th12-L1, bij de conus. Hieronder bevindt zich de cauda equina (perifere zenuwstelsel:
alleen zenuwen). Een lumbale punctie moet gedaan worden onder L3.
Elke zenuw heeft zijn eigen innervatiegebied: T4 is tepelhoogte, T10 is navelhoogte.
Aandoeningen van myelum:
- Trauma: onder niveau van dwarslease ontstaat volledige verlamming
o Vooral door hyperflexie van myelum
o Dwarslaesie boven C4 is dodelijk: n. phrenicus treedt uit bij C4
- Oncologisch:
o Wervelmetastasen (vooral van long, prostaat, borst), door druk van buitenaf
60% thoracale epidurale metastasen
o Vaak gepaard met pijn: asdrukpijn, kloppijn, progressie van pijn, pijn die aanwezig
blijft of erger wordt in rust en ’s nachts
o B-symptomen
- Degeneratief:
o Vooral cervicale kanaalstenose door beweeglijke wervels en nauw kanaal
Vooral uitval van piramidebaan (lateraal gelokaliseerd), minder van
sensibiliteit of sfincters
Langzaam progressieve loopstoornis: houterige gang
o Langzaam progressief: uitval treedt van beneden naar boven op
o Neurogene claudicatio: radiculaire pijn bij lopen door hoge stofwisseling
Bij buigen wordt lordose opgeheven, bijv. met fietsen
o Hernia nuclei pulpose (HNP): vaak in lumbale wervelkolom door druk (zwaartekracht)
Druk op uittredende wortel door radiculair syndroom
- Inflammatoir: MS
- Vasculair: zeldzaam
4