Samenvatting Diabetes 5.1
Groen is diabetesfonds
Waarden
Iemand zonder DM
- Nuchtere glucose 4-6 mmol/l
- Niet nuchter < 7,8 mmol/l
- HbA1c 20-42 mmol/mol
Stel diagnose DM bij:
- Twee nuchtere plasmaglucosewaarden ≥ 7,0 mmol/l op twee verschillende dagen;
- Nuchtere plasmaglucosewaarde ≥ 7,0 mmol/l of willekeurige plasmaglucosewaarde ≥ 11,1 mmol/l
in combinatie met klachten passend bij hyperglykemie.
Iemand met DM 4-8 aanhouden, STAAT OOK OP PAGINA 4 & 25
Bij diabetes type 1 en 2 is het zo dat je zoveel mogelijk de normaal waarden moet aanhouden dus >
4-6 mmol/l nuchter (volgens dieetleer hc 1: 4,5 en 8 mmol/l) en niet nuchter <9 mmol/l. Dit zijn
waarden bij zg. capillair bloed dus uit een vingerprik. Sommige waarden gaan over veneus bloed
(bloed uit een ader) deze waarden liggen vaak iets hoger. Bij diabetes mellitus type 2 is het moeilijker
om binnen die waarden te blijven dit komt door de insulineresistentie. Daarnaast vaar je bij de
instelling ook op het HbA1c wat < 53mmol/mol moet liggen.
- Streefwaarde HbA1c, afhankelijk van leeftijd, behandeling en ziekteduur:
Hypo = < 4 mmol/l
Hyper = > 10 mmol/l
VERSCHIL TUSSEN REGULEREN DM EN BLOEDGLUCOSE TIJDENS ZWANGERSCHAP EN NORMAAL
BLZ. 14
Diabetes en zwanger
- Nuchter: 4-7 mmol/L. liefst zo laag mogelijk dus tegen de 4-5 aan. (WC 3 dieetleer: < 5,3 mmol/l)
- Niet nuchter: < 8 mmol/L. (WC 3 dieetleer: < 6,7 mmol/l postprandiaal)
- Normale gewichtstoename (ong. 12-13 kg)
- HbA1c < 48 mmol/mol (WC 3 dieetleer: < 53 mmol/l, gelijk aan normaal)
Zwangerschapsdiabetes
Bloedglucose: nuchter < 5,5 mmol/l en niet nuchter < 7 mmol/l
Dieetleer Onderdeel: HC 1
Diabetes in cijfers
Vooral in Azië, Noord-Amerika, Zuid-Amerika etc vrij grote hoeveelheid. Deze diagnoses worden
gesteld doordat er gecontroleerd kan worden. Het feit dat Afrika dus zo laag is kan komen doordat er
te weinig gecontroleerd kan worden.
Ook spelen genetica en sociale omgeving een belangrijke rol in de cijfers.
1
,Diabetes type 1 neemt met de leeftijd af, dus wordt vooral ontdekt in de jongere jaren. Bij type 2 is
het andersom, hierbij hebben mensen met een hogere opleiding ook minder kans op het
ontwikkelen van DM 2.
Er zijn bijna 1,2 miljoen mensen met diabetes. Dit kost 1,6 miljard euro. Deze mensen liggen
ongeveer 7,3 dagen in het ziekenhuis doordat je moet gaan kijken hoeveel insuline mensen nodig
hebben en hoe ze daar op reageren en bij kinderen moet er worden gekeken hoe ze slapen etc en
ouders moeten gaan leren hoe ze hiermee om moeten gaan.
Type 1 VS type 2 – Verschil in diabetes type 1 en type 2
De symptomen zijn vaak gelijk, bij type 1 in een kortere periode
- Afvallen alleen bij type 1. Hierbij is de bloedglucose vaak heel hoog waardoor suiker wordt
uitgeplast. Hierdoor geen energie en zie je een gewichtsdaling.
- Depressie kan komen door de steeds hoge en lage glucosewaarden, hierdoor voel je je steeds goed
en slecht. Ook kan het komen doordat je met zo veel dingen rekening moet houden: sporten en eten,
hoelang, waar, wanneer, hoeveel etc.
- Bij type 2 kan het ook zo zijn dat mensen niks voelen, dit is persoons afhankelijk
Diabetes type 1 / oorzaken – hoe ontstaat diabetes type 1 COMBI PATH PAGINA 19
Type 1 mellitus ontstaat als gevolg van de afbraak en het verlies van insuline-producerende cellen
(bèta-cellen) van de alvleesklier (pancreas), waardoor een absoluut tekort van het hormoon insuline
ontstaat. Vaak zijn er nog wel wat functionerende bèta-cellen over, maar de kleine hoeveelheid
insuline die zij produceren is onvoldoende. Hierdoor hebben patiënten met type 1 insuline nodig als
behandeling. Het immuunsysteem beschadigd de lichaamseigen bèta-cellen. Type 1 wordt daarom
als een auto-immuunziekte beschouwd. De beschadiging wordt veroorzaakt door interacties tussen
genetische en omgevingsfactoren. Type 1 ontstaat in korte tijd en het meest frequent bij kinderen
tussen 5 jaar en de puberteit. Ook bij volwassenen kan type 1 ontstaan. Bij volwassenen is het beloop
minder acuut en is insuline soms niet direct nodig.
Op elke lichaamscel is een eiwit met antigenen aanwezig. Deze antigenen helpen het
immuunsysteem om lichaamseigen cellen te kunnen onderscheiden van niet-lichaamseigen cellen.
Bij type 1 zorgt een combinatie van de aanwezige genen voor het ontstaan van afwijkende typen
eiwitten en antigenen op de bèta-cellen. Het immuunsysteem herkent de bèta-cellen niet als
lichaamseigen, en gaat antistoffen vormen die tot de afbraak van de bèta-cellen leiden. De omgeving
kan echter ook een rol spelen in het ontstaan van DM1, zoals bij bepaalde virussen, voeding en de
darmflora.
2
,Diabetesbehandeling vroeger en nu
Vroeger streng standaard dieet zonder banaan, jam, taart etc.
- Zo koolhydraatarm mogelijk
- Meer vet voor voldoende energie
- Standaarddieet volgen
- Suiker was verboden
Nu
- Zelfcontrole
- Afstemmen koolhydraten en medicatie (koolhydraatkennis)
- Spreiding koolhydraten over de dag
- Voeding en bewegen
Doel behandeling diabetes type 1
- Voorkomen en behandelen van klachten en complicaties als (toename van) hart- en vaatziekten,
nefro- (nieren), neuro- (zenuwen) en retinopathie (ogen)
- Verbeteren van de kwaliteit van leven
Overgewicht geldt hierbij niet, dit is vooral bij DM 2
Zorgstandaard bronnen zijn belangrijk voor toets
www.zorgstandaarddiabetes.nl/type-1 Zorgstandaard DM: voor professionals
www.zorgwijzer.nl/wp-content/uploads/Diabetes-type-2 Zorgwijzer DM: voor consument
Multidisciplinaire aanpak
Diabetesteam:
- Internist/kinderarts - DM verpleegkundige
- Psycholoog - Maatschappelijk werker
- Podotherapeut (voettherapie) - Diëtist
NDF richtlijnen 2015 Richtlijnen belangrijk voor toets
- Sterke nadruk op totale voedingspatroon en leeftijd
- Geen focus op specifieke voedingsmiddelen of afzonderlijke nutriënten
- Kwaliteit van voedingsstoffen is belangrijker dan energiepercentages
- Uitgangspunt blijft ‘Richtlijnen Gezonde Voeding’
Koolhydraten
- Kies volkorenproducten, peulvruchten, groente en fruit
- Beperk geraffineerde zetmeelrijke voedingsmiddelen en suikerrijke producten kan zorgen voor
gewichtsverhoging
3
, - Gebruik de GI (0-100) kan effect hebben, maar uitleg en gebruik is complex
- Gebruik van intensieve zoetstoffen liever niet maar kan helpen bij mensen die gewend zjin veel zoet
te eten
Vetten
- Mediterrane voeding verbeterd glucoseregulatie
- Type vetzuur belangrijker dan totale vetinname verzadigd vet zorgt voor visceraal vet wat risico
op diabetes en HVZ verhoogd. Hierbij gaat het NIET om volle zuivel
- Beperk transvet en verzadigd vet
- Inname EOV gunstig als vervanging KH/verzadigd vet
- Inname vette vis, maar geen extra suppletie omega-3-vetzuren
Eiwitten
- Geen bewijs voor effect inname soort eiwit
- Verandering percentage eiwit geen effect op triglyceriden, LDL of totaal cholesterol
- Type 1 en nefropathie (nieren): effect soja; handhaaf max 0,8 gram eiwit per kg lichaamsgewicht
bij nierproblemen niet te veel eiwitten, dus max 0,8.
SOJA: bevat als enige plantaardige eiwit voldoende van het complete pakket aan essentiële
aminozuren. Voor mensen met nieraandoeningen kan het verstandig zijn om minder vlees en meer
soja te eten.
Alcohol
- Matig alcoholgebruik is oké volgens de richtlijnen het verbetering de insulinegevoeligheid
- Mogelijk beschermend effect op HVZ
- LET OP! A. heeft een glucoseverlagend effect: het remt glucose aanmaak in de lever, hierbij grotere
kans op hypo’s.
Voedingspatronen
- Mediterraans beschermend effect op HVZ
- DASH positief effect op insulinegevoeligheid en bloeddruk
- Laagkoolhydraat positief effect op HbA1c bij kleine groep met DM 1. Wel heb je koolhydraten
nodig voor lichaamsprocessen en energie, dus niet heel erg aan te raden
Regulatie diabetes
Bloedglucosewaarde (mmol/l) bij mensen met diabetes:
- Streefwaarde nuchter: tussen de 4,5 en 8 mmol/l
- Streefwaarde twee uur na de maaltijd: lager dan 9 mmol/l
HbA1c (mmol/l)
- Zonder diabetes: 20-42 mmol/mol
- Streefwaarde: < 53 mmol/mol (bloedglucose gemiddeld 8 mmol/l)
Medicatie: Insulinepomp
- Iedere minuut basaalinsuline
- Bij maaltijden bolus (ultrakortwerkende insuline)
- Afkoppelen met zwemmen/douchen
- Sensor die continu de bloedglucose meet
Deze wordt vaak gegeven aan kinderen omdat ze wat onrustiger zijn in hun leefstijl en zelf nog
weinig besef hebben.
Insulinepomp werken alleen met kortwerkende insuline. Dit geeft die elk uur een beetje af. De
langwerkende moet je hierbij dus prikken (WC 2 dieetleer)
4