100% tevredenheidsgarantie Direct beschikbaar na betaling Zowel online als in PDF Je zit nergens aan vast
logo-home
Privaatrecht samenvatting €6,49
In winkelwagen

Samenvatting

Privaatrecht samenvatting

1 beoordeling
 45 keer bekeken  7 keer verkocht

Privaatrecht samenvatting jaar 1 Hogeschool Leiden.

Voorbeeld 4 van de 32  pagina's

  • 6 april 2021
  • 32
  • 2020/2021
  • Samenvatting
Alle documenten voor dit vak (31)

1  beoordeling

review-writer-avatar

Door: jessicavdwerf2805 • 2 jaar geleden

duidelijke en heldere samenatting

avatar-seller
irisvzaltbommel14
Privaatrecht
Praktisch goederenrecht
1 Rechtsfeiten
Verbintenissenrecht staat de rechtsrelatie tussen personen onderling centraal.
Goederenrecht is het rechtsgebied dat de rechtsrelatie tussen een persoon en een goed
bestrijkt.
Verbintenissenrecht + goederenrecht = vermogensrecht

Vermogensrecht is een van de twee hoofdonderdelen van het privaatrecht en regelt de
verhoudingen die op geld waardeerbaar zijn tussen burgers onderling. Privaatrecht
(burgerlijk/civiel recht) houdt zich bezig met alle juridische betrekkingen tussen burgers
onderling.

Rechtspersoon = bedrijf, stichting/ vereniging, Nederlandse staat/ gemeente.

Rechtsfeit is een feit dat een rechtsgevolg heeft, gewone feiten hebben geen gevolg.
Feitelijke handelingen zijn handelingen die wel rechtsgevolg hebben, maar die daar niet op
zijn gericht. De handelende persoon had dus niet de bedoeling het rechtsgevolg tot stand te
brengen.

Een natuurlijk persoon is een mens. Ook wel van vlees en bloed. Een rechtspersoon staat
volgens de wet gelijk aan een natuurlijk persoon. Eem verbintenis is een rechtsrelatie tussen
twee personen, waarbij de ene partij verplicht is om een prestatie te leveren, terwijl de
andere partij hier recht op heeft.
Prestatie = iets doen/ iets geven.

Blote rechtsfeiten zijn geen handelingen, maar hebben toch een rechtsgevolg. Dit soort
rechtsfeiten vinden hoe dan ook plaats zonder dat er een feitelijke handeling aan te pas
komt. Een rechtens relevante handeling is een handeling die relevantie heeft voor het recht
 handeling die een rechtsgevolg heeft. Feitelijke handelingen zijn handelingen die wel
rechtsgevolg hebben, maar die daar niet op zijn gericht  handelende persoon had niet de
bedoeling het rechtsgevolg tot stand te brengen. Rechtshandeling is eveneens een
handeling, maar deze is gericht op een rechtsgevolg.

Voor dit soort handelingen is een wilsuiting van de handelende persoon noodzakelijk.

Wilsuiting = handelend persoon laat duidelijk blijken dat hij de bedoeling heeft het
rechtsgevolg tot stand te brengen.

Eenzijdige rechtshandeling wordt het rechtsgevolg tot stand gebracht door een persoon,
zonder dat de medewerking van een ander persoon nodig is.
Sprake van een wilsuiting van een persoon. Gericht op een bepaald
rechtsgevolg.

Voor een meerzijdige rechtshandeling is het noodzakelijk dat twee personen een bepaald
rechtsgevolg tot stand willen brengen. Wilsuitingen van beide partijen zijn dan vereist en
moeten gericht zijn op hetzelfde rechtsgevolg.

1

,Overeenkomsten worden onderverdeel in:
1. Een ‘andere overeenkomst’  vb: familierechtelijke overeenkomst (huwelijk)
2. Verbintenisscheppende overeenkomst  ontstaan een of meerdere verbintenissen
tussen partijen.

Ook wel obligatoire overeenkomst genoemd.

2 Rechtshandelingen en overeenkomsten
Natuurlijk persoon is in beginsel handelingsbekwaam. De wet bepaalt dat minderjarigen
slecht bekwaam zijn om rechtshandelingen te verrichten, wanneer zij dat doen met
toestemming van hun ouders doen zijn zij wel bekwaam. Ook meerderjarigen kunnen
handelingsonbekwaam zijn. Wanneer iemand niet in staat geacht kan worden om
zelfstandige rechtshandelingen te verrichten wordt hij onder curatele gesteld  op grond
van art. 1:378 BW.

Beschikkingsbevoegdheid kan worden gedefinieerd als het recht om te vervreemden. Om
een rechtsgeldige overdracht tot stand te brengen dient de vervreemder
beschikkingsbevoegd te zijn.

Stilzwijgende wilsverklaring = wilsuiting die uit een bepaalde gedraging blijkt (handgebaar).

Art. 3:37 lid 5 BW bepaalt dat een verklaring die tot een persoon is gericht kan worden
ingetrokken tot het moment dat deze de betreffende persoon heeft bereikt. Wordt de
verklaring ingetrokken op het moment dat deze de persoon bereikt, of daarna, dan heeft de
verklaring wel werking: de intrekking heeft geen effect.

Een persoon die tijdelijk/blijvend aan een geestelijke stoornis lijdt, kan in beginsel wel een
verklaring doen. De wil ontbreekt wanneer de geestelijke stoornis van de handelende
persoon hem belemmert in een redelijke waardering van zijn eigen belangen.

Vertrouwensbeginsel art. 3:35 BW
Wanneer iemand een verklaring doet waarvan een ander een bepaalde betekenis geeft, die
hij aan mag geven, dan kan de handelende persoon zich er vervolgens niet op beroepen dat
hij de verklaring zonder een daarmee overeenstemmende wil heeft gedaan. Bij een
misverstand vindt dus bescherming plaats van degene die in goed vertrouwen afging op de
verklaring en er een bepaalde betekenis aan heeft toegekend.

Goede trouw art. 3:11 BW
Bepaald dat iemand te goeder trouw is wanneer hij niet wist en niet hoefde te weten dat
feiten of het recht waarop zijn goede trouw betrekking heeft niet juist waren.

Voorwaardelijke rechtshandeling (art. 3:38 lid 1 BW)  een rechtshandeling kan onder een
tijdsbepaling of onder een bepaalde voorwaarden worden verricht. Er is sprake van een
opschortende tijdsbepaling of voorwaarde wanneer het rechtsgevolg oas in werking treedt
met het plaatsvinden van een bepaalde gebeurtenis. Een ontbindende tijdsbepaling of


2

,voorwaarde zorgt ervoor dat het rechtsgevolg vervalt op het moment dat de gebeurtenis
plaatsvindt.

Rechtshandeling uitvoeren namens een ander  vertegenwoordiging.

Soorten volmachten:
1. Algemene volmacht art. 3:36 lid 1 BW; omvat alle zaken van de volmachter en alle
rechtshandelingen, mogelijk om uitdrukkelijk zaken of rechtshandelingen uit te
sluiten van de volmacht.
2. Bijzondere volmacht art. 3:62 lid 2 BW; wordt verleend voor een bepaald doel en de
daarbij behorende rechtshandeling.

Art. 3:66 lid 1 BW  de rechtsgevolgen van een rechtshandeling, die door een
gevolmachtigde is verricht namens de volmachter, voor rekening komen van de volmachter.

Op het moment dat het aanbod is aanvaard of een aanvaarding is verzonden, kan geen
herroeping meer plaatsvinden tenzij er sprake is van een vrijblijvend aanbod (art. 6:219 lid 2
BW).

Aanbieder heeft de mogelijkheid om in het aanbod op te nemen tot wanneer het aanvaard
kan worden. Andere wijze waarop een aanbod kan vervallen is wanneer de wederpartij een
aanbod verwerpt (art. 6:221 lid 2 BW). In art. 6:222 BW staat dat een aanbod niet vervalt
door het overlijden van een van de partijen of doordat een der partijen
handelingsonbekwaam wordt  overlijden  erfgenaam volgt de overleden persoon op.
Wanneer het aanbod eenmaal is vervallen, heeft de aanvaarding in beginsel geen werking.

Art. 6:223 lid 1 BW; aanvaarding van een aanbod kan toch tot de totstandkoming van een
overeenkomst leiden.

Voorwaarde: aanbieder onverwijld aan de wederpartij mededeelt dat zijn
aanvaarding is geaccepteerd.

Art. 6:223 lid 2 BW; een te late aanvaarding kan leiden tot totstandkoming van een
overeenkomst wanneer de wederpartij het aanbod te laat aanvaardt, maar de aanbieder
begrijpt f behoort te begrijpen dat het voor de wederpartij niet duidelijk is dat hij te laat
reageert  onduidelijk aanvaardingstermijn.

Art. 6:224 BW; aks het te wijten is aan de aanbieder dat de aanvaarding hem te laat bereikt,
dan komt de overeenkomst tot stand op het moment dat de aanvaarding hem onder
normale omstandigheden zou hebben bereikt.

Art. 3:37 BW van toepassing: wederpartij wordt beschermd in het geval dat
de aanvaarding de aanbieder niet tijdig bereikt door toedoen van de
aanbieder of wanneer de oorzaak van de vertraging in zijn risicosfeer ligt.

Wanneer een aanvaarding slecht op ondergeschikte punten van het aanbod afwijkt, dan
staat dit de totstandkoming van een overeenkomst niet in de weg. Overeenkomst komt tot

3

, stand zoals deze is aanvaard. Inclusief afwijkingen, tenzij de aanbieder onverwijld bezwaar
maakt tegen de verschillen  art. 6:225 lid 2 BW; geringe afwijking.

Bepaalbaarheid = er moet duidelijkheid bestaan ten aanzien van de verplichtingen die
partijen door het sluiten van de overeenkomst over en weer op zich nemen (art. 6:227 BW).

Haviltexcrtiterium
Houdt in dat bij de uitleg van een overeenkomst het er om gat welke zin partijen
redelijkerwijs en in de gegeven omstandigheden mochten toekennen aan de bepaling van
die overeenkomst. Daarbij mag niet uitsluitend worden gekeken naar de letterlijke tekst van
de overeenkomst.

Aspecten bij de rechtsgevolgen van een overeenkomst:
1. De wet  dwingend recht; wettelijke bepalingen waarvan partijen niet mogen
afwijken.

Aanvullend/regelend recht; regelingen die slechts werking hebben wanneer partijen
op een bepaald punt niets met elkaar hebben afgesproken  wet vult de
overeenkomst in dat geval aan.

2. Gewoonte  afspraken tussen partijen in een bepaalde branche, die zo
vanzelfsprekend zijn dat ze niet worden vastgelegd.

3. Eisen van redelijkheid en billijkheid  aanvullende werking; de redelijkheid en
billijkheid vullen aan wat niet tussen partijen is afgesproken of voortvloeit uit de wet.

Beperkende werking; de redelijkheid en billijkheid schrijven voor dat moet worden
afgeweken van hetgeen tussen partijen is afgesproken of voortvloeit uit de wet of
gewoonte.

Onvoorziene omstandigheden; omstandigheden die bij het afsluiten van de
overeenkomst niet te voorzien waren.

3 Nietigheid en vernietigbaarheid
Nietige overeenkomst is een overeenkomst die juridisch niet tot stand is gekomen en
derhalve niet bestaat (art. 3:39 BW).

Oorzaken van nietigheid (art. 3:40 BW):
1. In strijd met de goede zeden; als een overeenkomst strijdig is met de heersende
opvatting van wat moreel gezien juist is.
2. In strijd met openbare orde; een rechtshandeling die strijdig is met hetgeen we
acceptabel vinden in de Nederlandse rechtsorde.
3. Strijd met de wet

Een rechtshandeling is van rechtswege nietig. Dit houdt in dat een rechtshandeling nietig is
op grond van het recht en dat op nietigheid geen beroep hoeft te worden gedaan.


4

Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!

Snel en makkelijk kopen

Snel en makkelijk kopen

Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.

Focus op de essentie

Focus op de essentie

Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!

Veelgestelde vragen

Wat krijg ik als ik dit document koop?

Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.

Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?

Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.

Van wie koop ik deze samenvatting?

Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper irisvzaltbommel14. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.

Zit ik meteen vast aan een abonnement?

Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €6,49. Je zit daarna nergens aan vast.

Is Stuvia te vertrouwen?

4,6 sterren op Google & Trustpilot (+1000 reviews)

Afgelopen 30 dagen zijn er 56326 samenvattingen verkocht

Opgericht in 2010, al 14 jaar dé plek om samenvattingen te kopen

Start met verkopen
€6,49  7x  verkocht
  • (1)
In winkelwagen
Toegevoegd