Wg 1
Legaliteitsbeginsel = een bestuurshandeling moet gebaseerd zijn op een
bevoegdheid die in de wet staat.
Specialiteitsbeginsel:
1. De bevoegdheid is afgebakend met een bepaald doel.
2. De bevoegdheid mag alleen worden ingezet om dat doel te behartigen.
Categorisering 1 van het bestuursrecht in algemeen en bijzonder bestuursrecht
Algemeen bestuursrecht —> regels die voor alle bestuur gelden —> Awb, Wet
nationale ombudsman
Bijzonder bestuursrecht —> regels die gelden voor specifieke beleidsterreinen —
> leefomgeving: Wabo, horeca: Drank- en horecawet.
Categorisering 2 van het bestuursrecht in formeel en materieel bestuursrecht
Formeel bestuursrecht kent twee splitsingen
Formeel bestuursrecht —> besluitvormingsrecht —> h2 t/m h5 Awb + Bijzondere
wetten
Formeel bestuursrecht —> bestuursprocesrecht —> h2 en h6 t/m h8 Awb +
Bijzondere wetten
Materieel bestuursrecht draait om de inhoudelijke verhouding —> rechten en
plichten voor burgers en overheid —> h3 Awb + Bijzondere wetten.
Categorisering 3 van het bestuursrecht in autonomie en medebewind
Autonomie:
• Bestuursbevoegdheden die verband houden met regeling en bestuur van de
eigen ‘huishouding’, zie art. 124 lid 1 Awb.
• Bestuursbevoegdheden overgelaten aan het gemeentebestuur om daar zelf
invulling aan te geven, zie art. 108 Gemw.
Medebewind:
• Aanwijzigingen kunnen worden gegeven door een hoger bestuursorgaan om
bijvoorbeeld een regeling te treffen of besluit te nemen, deze mogelijkheid
wordt geboden, bij of krachtens de wet. Zie art. 124 lid 2 Gw.
• Decentrale overheden werken verplicht mee aan de uitvoering van
bijvoorbeeld een wet in formele zin. Denk bijvoorbeeld aan Drank- en
Horecawet, Wet algemene bepalingen omgevingsrecht, Wet maatschappelijke
ondersteuning en de Participatiewet.
Wg 2
Bevoegdheid; hoe kom je daaraan?
Attributie = een nieuwe bevoegdheid door de wet toegekend —> art. 10:22 Awb
e.v.
Delegatie = het doorgeven van bevoegdheid van bestuursorganen naar een
ander bestuursorgaan:
• Bevoegdheid wordt in eigen naam uitgevoerd
• Sub delegatie: overgedragen bevoegdheid wordt weer
doorgegeven naar een ander bestuursorgaan (art. 10:13 Awb).
, Mandaat = doorgeven van bevoegdheid om namens een bestuursorgaan te
handelen, bevoegdheid wordt dus niet in eigen naam uitgevoerd —> art. 10:1
Awb.
Bestuursorganen
Bestuursorganen behartigen het publieke belang. Dit komt op verschillende
niveaus voor: rijksniveau (art. 42 Gw), provinciaal niveau (art. 6 Provinciewet) en
gemeentelijk niveau (art. 6 Gemw).
Er wordt een onderscheid gemaakt met een openbaar lichaam:
• Dit is slechts een door het recht geregeld verband waarbinnen bevoegde
bestuursorganen taken verrichten en bestuursbevoegdheden uitoefenen.
• Wordt ook wel een rechtspersoon ingesteld krachtens het publiekrecht en waar
krachtens het de Grondwet verordende bevoegdheid aan toekomt (art. 123 lid
1 en 133 lid 1 Gw).
• Aan openbare lichamen worden krachtens art. 2:1 eerste lid BW,
rechtspersoonlijkheid toebedeeld.
A-organen en B-organen
Art. 1:1 lid 1 sub a Awb (a-orgaan)
• A-orgaan = een orgaan van een rechtspersoon die krachtens het publiekrecht
is ingesteld.
• Worden altijd aangemerkt als bestuursorgaan, ongeacht of zij een
bestuursbevoegdheid uitoefenen.
• Awb is dus altijd van toepassing.
Art. 1:1 lid 1 sub b Awb (b-orgaan)
• B-orgaan = een ander persoon of college, met enig openbaar gezag bekleed.
• Worden alleen aangemerkt als bestuursorgaan indien het
bestuursbevoegdheden uitoefent.
• Awb alleen van toepassing op deze bestuursbevoegdheid.
Art. 1:1 lid 1 Awb (geen a- of b-orgaan)
• Uitzonderingen: dit zijn geen bestuursorganen in de zin van de Awb.
• Denk aan: wetgevende macht, Raad van State en Nationale ombudsman, zij
verrichten activiteiten, maar geen bestuursactiviteiten.
Belanghebbende
Art. 1:2 lid 1 Awb
• Degene wiens belang rechtstreeks bij een besluit betrokken is
• De adressant van het besluit
• Derden.
Art. 1:2 lid 3 Awb
• De algemene en collectieve belangen die rechtspersonen op basis van hun
statutaire doelstellingen en blijkens hun feitelijke werkzaamheden in het
bijzonder behartigen
• Een stichting, vereniging, BV, NV, etc.
• Opkomen voor een collectief of algemeen belang? Uit de statuten moet
blijken dat er sprake is van een doelstelling die overeenkomst met
hetgeen waarvoor zij als belanghebbende willen worden aangemerkt.
• Opkomen voor eigen belang? Dan dient er tevens sprake te zijn van
voldoende feitelijke werkzaamheden die blijk geven van het statutaire
belang.
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper irisvzaltbommel14. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €6,49. Je zit daarna nergens aan vast.