100% tevredenheidsgarantie Direct beschikbaar na betaling Zowel online als in PDF Je zit nergens aan vast
logo-home
Samenvatting ontwikkelingspsychologie (deeltentamen 2) €4,49   In winkelwagen

Samenvatting

Samenvatting ontwikkelingspsychologie (deeltentamen 2)

 19 keer bekeken  2 keer verkocht

Samenvatting van het vak ontwikkelingspsychologie voor het tweede tentamen. Universiteit Utrecht.

Voorbeeld 4 van de 36  pagina's

  • Ja
  • 7 april 2021
  • 36
  • 2020/2021
  • Samenvatting
book image

Titel boek:

Auteur(s):

  • Uitgave:
  • ISBN:
  • Druk:
Alle documenten voor dit vak (48)
avatar-seller
GH12
OWP Tentamen 2 - 7 april




H8 Language and Communication
Communicatie in baby’s
Glimlachen is een belangrijk middel voor baby’s om te leren hoe je vocalisaties coördineert
en hoe je expressies omzet in effectieve communicatie. Baby’s van 6 maanden oud kunnen
reageren met glimlachen, bewegingen en geluiden op verschillende stimuli. Vanaf 6
maanden oud kunnen ze ook wijzen naar dingen. Wanneer een preverbale baby een
beweging/wijzen gebruikt om de aandacht van iemand anders op dat object te richten,
spreek je van een ‘protodeclarative’ action. Als baby’s met bewegingen/wijzen iemand
anders aanzetten om iets te doen spreek je van een ‘protoimperative’ actie.
Pas vanaf het derde levensjaar hebben baby’s door dat bewegingen en taal deel uit
kunnen maken van hetzelfde ‘bericht’. Baby’s kunnen al voor de geboorte al hun moeders
stem onderscheiden van andere stemmen. Baby’s horen sommige klanken in categorieën.
Dat houdt in dat ze bepaalde vergelijkbare klanken allemaal bijvoorbeeld als de klank van de
‘p’ horen, en een ander bereik van vergelijkbare klanken horen ze allemaal als ‘b’. Ze horen
geen klanken die tussen p of b vallen, het is het één of het ander. Dit fenomeen heet
‘categorical speech perception’ of het ‘phoneme boundary effect’. De ontwikkeling van het
onderscheiden van klanken verloopt snel. Baby’s van twee maanden oud kunnen al de
klanken a en i onderscheiden.
De ontwikkeling van taal begint al voor de geboorte. Al na enkele dagen na de
geboorte zie je dat baby’s anders reageren op hun moedertaal dan een vreemde taal.
Baby’s kunnen tot zes maanden oud klanken onderscheiden van een taal waar ze niet tot
blootgesteld zijn (bijvoorbeeld Zweeds bij een Engelse baby), maar na zes maanden oud
kunnen ze dit niet meer. Ze reageren dan minder sterk op de vreemde taal. Vanaf 8
maanden oud kunnen baby’s onbekende woorden herkennen, en leren. Wanneer
onderzoekers het onbekende woord opnieuw afspeelden, besteedden de baby’s er minder
aandacht aan wat een indicatie is dat ze het woord hadden geleerd.

Huilen en het ontstaan van praten
Huilen is een van de eerste manieren waarop een baby communiceert. Er wordt
onderscheid gemaakt tussen drie soorten huilen:
Type Karakteristieken

Basic Begint met lage intensiteit en wordt steeds luider. In een patroon van huilen-rust-
inademen-rust.

Angry Hetzelfde als het basic type maar de rustpauzes verschillen in lengte en het huil-
gedeelte is vaak langer. Komt bijvoorbeeld door het weghalen van speelgoed.

Pain Plotseling en luid vanaf het begin. Lang huilen, dan stilletjes adem in huilen en
dan haperig inademen. Komt bijvoorbeeld door buikpijn.
Vanaf 3 of 4 maanden beginnen baby’s ook te huilen als ze psychologische dingen nodig
hebben, zoals aandacht of een knuffel.

, Vanaf de geboorte kunnen baby’s allemaal geluiden met hun mond maken. De
productie van geluiden tijdens het eerste levensjaar verloopt in een patroon:
Stage Begint wanneer? Beschrijving

Huilen Geboorte Geeft stress of pijn aan.

‘Cooing’ 1 maand oud Geluiden als ‘ooo’ die voorkomen tijdens
interacties met de ouder.

Brabbelen 6 maanden oud Reeksen van combinaties van klinkers en
medeklinkers.

‘Patterned speech’ 1 jaar oud Reeksen van combinaties van klanken uit de
moedertaal die op woorden lijken, maar nog net
niet echte woorden zijn. Baby zegt eerste woord
Dove baby’s die opgroeien met ouders die communiceren in gebarentaal beginnen op
dezelfde leeftijd met communiceren als baby’s met goed gehoor, alleen deze baby’s
communiceren met hun handen en vingers. Vanaf 8 maanden oud zie je verschillen in het
gebrabbel van baby’s gebaseerd op hun moedertaal. De hoeveelheid tijd dat een baby is
blootgesteld aan taal speelt mee in de leeftijd waarop baby’s beginnen met brabbelen. Te
vroeg geboren baby’s zijn eerder blootgesteld aan taal en beginnen dan ook eerder met
brabbelen.
Kinderen leren over de geluiden, structuur en betekenis van taal tegelijk. Maar de
manier hoe kinderen taal leren wordt in vier gebieden opgedeeld: phonology, semantics,
grammar en pragmatics.
- Phonology
Fonologie is het systeem van geluiden die gebruikt worden door een taal. Het bevat ook de
regels over welke klanken, of fonemen, wél en niet gecombineerd mogen worden. Een
belangrijke eigenschap van fonemen is dat ze ‘generative’ zijn. Dat houdt in dat ze op meer
gevallen toegepast kunnen worden dan de woorden waarbij ze horen. Bijvoorbeeld betekent
‘kib’ in het engels niets, maar je weet wel hoe je het moet uitspreken.
- Semantics
Semantiek is de studie van de betekenissen van woorden en hoe ze gecombineerd kunnen
worden. Naarmate kinderen intellectueel groeien, neemt hun kennis over semantiek ook toe.
- Grammar
Grammatica beschrijft de structuur van taal en het bestaat uit twee componenten:
morphology en syntax. Morphology concentreert zich op de kleinste componenten van
woorden, ook wel ‘morphemes’ genoemd. Syntax is het aspect van grammatica dat bepaalt
hoe woorden mogen worden gecombineerd om zinnen te maken.
- Pragmatics
Pragmatics zijn de regels die bepalen welke vorm van taal in welke contexten netjes zijn.
Bijvoorbeeld dat kinderen leren om alsjeblieft te zeggen als ze ergens om vragen.

Theorieën over taalacquisitie
Er zijn verschillende theorieën over hoe kinderen taal leren. De meeste theorieën houden
een ‘interactionist view’, dat betekent dat biologische en omgevingsfactoren elkaar
beïnvloeden en samen invloed uitoefenen op de ontwikkeling.
De ‘learning approach’ bevat verschillende theorieën. Bijvoorbeeld de theorie die is
bedacht door Skinner. Deze theorie houdt in dat kinderen taal leren doordat ze het

,gebrabbel dat op echte taal lijkt het meeste belonen, of ‘reinforcen’. Volgens Bandura leren
kinderen juist doordat ze imiteren en observeren. Kinderen zouden dus taal leren door te
observeren hoe hun ouders spreken. Ze leren eerst door middel van imitatie, en ze leren de
woorden en zinnen toe te passen door middel van generalisatie.
Chomsky’s en Pinkers nativisme suggereert dat kinderen taal leren vanwege
biologische eigenschappen die uniek zijn voor mensen. Bijvoorbeeld Chomsky’s ‘Language
Acquisition Device’ (LAD), een aangeboren mentale structuur in het zenuwstelsel dat die de
ontwikkeling van taal stuurt. Volgens nativisten zijn mensen biologisch aangelegd om taal te
leren en daarom moet elke taal een aantal basis karakteristieken hebben. Deze benadering
wordt ondersteund door het feit dat baby’s een ‘critical period’ hebben in de ontwikkeling
waarin ze taal veel gemakkelijker leren dan in andere periodes in de ontwikkeling.
De social-interactionist view van Bates en Tomasello houdt in dat taal deels is
aangeboren, maar de omgeving is ook zeer belangrijk. Taal ontstaat langzaam en wordt
door middel van interactie steeds complexer.

Baby’s begrijpen vaak veel meer woorden dan ze kunnen uitdrukken. Als baby’s 18
maanden oud zijn, komt er een ‘naming explosion’: plotseling vergroot het vocabulair van
kinderen enorm. Gedurende het hele van het kind blijft het vocabulair vergroten. Tussen de
18 en 24 maanden oud zit de baby in het ‘twee-woorden stadium’, wat, zoals de naam
impliceert, een fase is waarin baby’s zinnen van twee woorden kunnen maken. Bij 30
maanden oud beginnen kinderen zinnen met meerdere woorden te maken.

Volgens Smith is het leren van woorden gebaseerd op combinaties van aandacht en
perceptuele gelijkenis. Dat betekent dat als een kind ziet dat mensen om hem heen tafels
vaak tafels genoemd worden, hij zal realiseren dat platen met vier poten ‘tafels’ heten.
Volgens Tomasello gebruiken kinderen sociale cues van volwassenen om te leren
welk woord bij welk object past. Wanneer een volwassenen een object benoemt, gebruikt
een kind sociale cues als waar de volwassene naar kijkt en wijst om te bepalen welk woord
bij welk object hoort. Volgens Hollich hangt de mate waarin kinderen deze cues gebruiken af
van de leeftijd van het kind.
Hollich heeft ook zes principes bedacht die kinderen nodig hebben om te beginnen met het
leren van woorden. Het leren van woorden begint met (1) ‘reference’, oftewel het idee dat
woorden staan voor objecten, acties en gebeurtenissen. Later in de ontwikkeling kunnen
kinderen complexere principes begrijpen, zoals de ‘Novel Name Nameless Category’ (N3C).
De N3C houdt in dat als een kind een nieuw woord hoort, hij aanneemt dat het bij een nieuw
object hoort in plaats van een object dat hij al kent. De rest van de principes worden niet in
het boek besproken.
Volgens Nelson moet je, als je semantische ontwikkeling wilt begrijpen, kijken naar
de sociale context waarin het leren plaatsvindt. Dit wordt ondersteund door het feit dat als
ouders veel met hun kinderen lezen, de kinderen als ze vier jaar oud zijn een veel groter
vocabulair hebben dan andere kinderen. Je noemt dit ook wel de ‘social environmental
approach’.

, Taalacquisitie
Kinderen leren vaak eerst de woorden die wijzen op objecten, in plaats van woorden die
wijzen op acties. Een mogelijke verklaring hiervoor is omdat de woorden die op objecten
wijzen makkelijker zijn om te leren. Bovendien kunnen kinderen beter woorden voor acties
leren als ze iets ouder zijn, want kinderen leren gemakkelijker woorden voor acties als ze
zelf die actie kunnen uitvoeren.
Twee fouten die kinderen maken als ze beginnen met praten zijn ‘overextension’ en
‘underextension’. Overextension is wanneer kinderen een woord gebruiken om ook andere
dingen te benoemen. Dus bijvoorbeeld als een kind naast een hond, ook giraffen en
neushoorns ‘honden’ gaat noemen. Underextension is wanneer een kind een woord op een
zeer restrictieve manier gebruikt. Bijvoorbeeld wanneer een kind alleen de auto van zijn
vader ‘auto’ noemt, en alle andere auto’s ‘vrachtwagens’ noemt. ‘Mutual exclusivity’ is
wanneer je een nieuw woord hoort, en je dat woord koppelt aan het nieuwe object dat je ziet
in plaats van het object dat je al kent. De ‘whole object assumption’ is de aanname dat een
nieuw woord verwijst naar het gehele object, in plaats van alleen een onderdeel van dat
object.

Wanneer baby’s beginnen met praten, lukt het ze nog niet om gehele zinnen te maken.
‘Holophrase’ verwijst naar woorden die alleen een hele gedachte representeren -
bijvoorbeeld als een baby naar speelgoed op een blank wijst en ‘beneden’ zegt. Vanaf 18
maanden oud zie je ‘telegraphic speech’ bij baby’s. Telegraphic speech is wanneer baby’s
zinnen van twee woorden kunnen uitspreken. (Dit heet dus ook wel het twee-woorden
stadium’)
Hoewel kinderen grammatica en zinsconstructies op verschillende snelheden leren,
is de volgorde waarin de regels geleerd worden bij bijna elk kind hetzelfde.
Volgens Slobin gaan kinderen door 4 fases bij het leren van het toepassen van grammatica:
1. Kinderen proberen en falen.
2. Kinderen leren afwijkende werkwoorden als ‘broke’ en ‘went’, maar kennen de regel
nog niet. Ze weten bijvoorbeeld wel dat het 1 dog en 2 dogs is, maar ze weten niet
wat het meervoud van huis zou zijn.
3. Kinderen leren regels die ze op bekende en onbekende woorden kunnen toepassen.
4. Kinderen weten wanneer ze welke regels moeten toepassen en bereiken daarmee
taal die lijkt op de taal die door volwassenen wordt gesproken.
De taal die door volwassenen wordt gesproken zit vol met onregelmatigheden en afwijkingen
van de regels. Wanneer kinderen voor het eerst een taal leren, hebben ze de neiging om
afwijkingen te negeren en dezelfde regel op alle gevallen toe te passen. Dit heet
‘overregularization’. In het derde levensjaar zie je bij kinderen een subtiele verandering in de
wijze waarmee zinnen gebouwd worden, en leren ze grammaticaregels beter toe te passen.
Kinderen leren in de verleden tijd te praten. Aan het einde van het derde levensjaar kunnen
kinderen zelfs vragen met wie, wat, waar et cetera stellen.
Kinderen leren in negatieven te praten - dus bijvoorbeeld ‘ik heb geen honger’, in een
bepaalde volgorde van drie stappen. (1) Allereerst leren kinderen uit te drukken dat iets of
iemand niet aanwezig is (‘No doggie’), (2) dan leren kinderen iets af te wijzen (‘no hungry’)
(3) en als laatste leren kinderen om te ontkennen dat iets waar is (‘That’s not true’). Deze
ontwikkeling zie je in alle talen, en naarmate het kind ontwikkelt worden deze ontkenningen
en afwijzingen complexer in structuur en woordkeuze.

Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!

Snel en makkelijk kopen

Snel en makkelijk kopen

Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.

Focus op de essentie

Focus op de essentie

Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!

Veelgestelde vragen

Wat krijg ik als ik dit document koop?

Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.

Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?

Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.

Van wie koop ik deze samenvatting?

Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper GH12. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.

Zit ik meteen vast aan een abonnement?

Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €4,49. Je zit daarna nergens aan vast.

Is Stuvia te vertrouwen?

4,6 sterren op Google & Trustpilot (+1000 reviews)

Afgelopen 30 dagen zijn er 57114 samenvattingen verkocht

Opgericht in 2010, al 14 jaar dé plek om samenvattingen te kopen

Start met verkopen
€4,49  2x  verkocht
  • (0)
  Kopen