De hulpvraag bij systeemaandoeningen in de leefstijlcontext
Fysiologie
Inhoud
Week 1 Spijsvertering en opname..........................................................................................................2
E-learning fysiologie.........................................................................................................................11
Circulatiestelsel................................................................................................................................22
Week 7 Trainen met co-morbiditeit.....................................................................................................27
1
,Week 1 Spijsvertering en opname
Leerdoelen
1. De fysiotherapeut in opleiding (FIO) kan de Functies van het spijsverteringssysteem uitleggen,
voornamelijk van de dunne en dikke darmen, de alvleesklier en lever.
2. De FIO kan de integratie van het spijsverteringssysteem met andere lichaamssystemen
uitleggen.
3. De FIO kan de beweeglijkheid, regulatie, coördinatie, absorptie en vertering in het
spijsverteringssysteem uitleggen.
4. De FIO kan het effect van ouder worden op de vertering en absorptie van het
spijsverteringsysteem uitleggen.
5. De FIO begrijpt de metabolische activiteit, de rol van vitamines, de zuur-base balans en de
effecten van ouder worden op vloeistoffen, elektrolyten en de zuur-base balans.
Spijsverteringssysteem
Samenwerking met cardiovasculair en lymfatisch systeem.
Aanvoer benodigde voedingsstoffen
- Koolhydraten, vetten en proteïnen
- Als brandstof voor het blijven functioneren van lichaamscellen.
- Als bouwstoffen voor celgroei en -herstel.
Processen
- Afbraak van voedsel
- Absorptie van voedingsstoffen
- Eliminatie van resterende afvalstoffen
Spijsverteringskanaal Bijbehorende organen
- Mondholte - Tong
- Keelholte (pharynx) - Tanden
- Slokdarm (oesophagus) - Speekselklieren
- Maag - Alvleesklier (pancreas)
- Dunne darm - Lever
- Dikke darm - Galblaas
- Endeldarm
Functies van het spijsverteringssysteem
Inslikken
- Actieve proces wanneer voedsel in mondholte komt.
Mechanische vertering en voortstuwing
- Verpulveren en afbreken van voedsel.
Chemische vertering
- Chemische afbraak van voedsel in kleine organische en anorganische moleculen.
Secretie
- Afgifte van water, zuren, enzymen, buffers en zouten
Absorptie
- Beweging van organische moleculen, elektrolyten, vitaminen, mineralen en water door
spijsverteringsepitheel
Ontlasting
- Eliminatie van afval uit het lichaam
2
, Bescherming
- Bijtende effecten van spijsverteringszuren en enzymen
- Mechanische stress
- Bacteriën
Hoe wordt het eten verteerd?
Je begint in de mondholte:
Functies:
- Sensorische analyse van voedsel voor het slikken
- Mechanische spijsvertering door actie van tanden, tong en
gehemelten.
- Smering door menging van slijm en speeksel
- Beperkte chemische vertering van koolhydraten en vetten
Tong en tanden
Functies tong:
- Mechanische spijsvertering door compressie, wrijving en vervorming
- Manipulatie om te helpen bij het kauwen en om voedsel voor te bereiden om
door te slikken.
- Sensorische analyse bij het aanraken, temperatuur en smaakreceptoren.
- Secretie van mucine (bevochtigt de mond) en het enzym linguale lipase (bindt
zich aan vetten)
Functies tanden:
- Kauwen van voedsel
Speekselklieren en keelholte
Functies speekselklieren (in de mond):
- Afscheiding van smeervloeistof (speeksel) met enzymen afbraak
koolhydraten.
- Speeksel: productie van 1-1,5L/dag. spoelt voortdurende mond om schoon te
houden & bevat 99,4% water, 0,6 elektrolyten, buffer, glycoproteïnen,
antilichamen, enzymen en afvalstoffen
Functie keelholte:
- Gespierde aandrijving van voortstuwing voedsel in de slokdarm.
Slokdarm en maag
Functie slokdarm (oesophagus):
- Beweegt actief ingeslikt voedsel naar de maag.
- Lengte 25 cm
3