Hoorcollege 1 Bankenrecht
Opbouw van dit vak
- Hoorcollege 1: inleidend college
- Hoorcollege 2: kapitaalvereisten
- Hoorcollege 3: Europees bankentoezicht (gastcollege)
- Hoorcollege 4: herstel & afwikkeling van banken
- Hoorcollege 5: MREL/TLAC (gastcollege)
- Hoorcollege 6: kredietverstrekking
Opbouw van dit college
1. Waarom zijn banken bijzonder? (Omdat je niet zomaar een bank kan oprichten, je hebt
namelijk toestemming nodig van toezichthouders. Het is al een beantwoording van de tweede
vraag, er is juist prudentieel toezicht nodig omdat banken zo bijzonder zijn.)
2. Waarom regulering en prudentieel toezicht op banken?
3. Hoe is het prudentieel toezicht vormgegeven?
a. Door wie wordt de regulering en het toezicht op banken vormgegeven?
b. Hoe is het microprudentieel toezicht op banken vorm gegeven?
Banken – het bijzondere van banken:
1. Banken vervullen een essentiële rol in de economie
2. Banken zijn kwetsbaar
3. Bankensector is kwetsbaar
Banken vervullen een essentiële rol in de economie
- ‘Smeerolie’ van de economie
- Trekken spaargelden aan vs. Verstrekken krediet aan (zo brengen banken vraag en aanbod naar
kapitaal in de markten bij elkaar à financial intermediation).
• Particulieren
o Consumptief
o Hypothecair
• Bedrijfsleven
- Financial intermediation
Banken
- Surplus unit en deficit units hebben verschillende wensen, bank vervul transformatiefunctie: (aan
de ene kant heb je mensen die een te kort hebben aan financiële middelen en aan de andere kant heb
je mensen die een overschot hebben daaraan. De rol van de bank is om vraag naar en aanbod van
financiële middelen samenbrengen à financial intermediary. Mensen onderling kunnen moeilijk
financiële middelen verhandelen met elkaar vanwege de 3 aspecten van hieronder. Elk persoon heeft
verschillende wensen en voorkeuren. Sommigen willen een lening met korte of lange looptijd en
soms gaat dat niet samen.)
• Maturity transformation (looptijdtransformatie: de bank die transformeert leningen met een
korte looptijd naar leningen met een lange looptijd en vice versa à lening long and borrowing
short.)
• Size transformation (Als je een onderneming hebt die een ton nodig heeft en je hebt 1000
spaarders met 1000 euro is dat precies een ton maar je gaat niet als onderneming met alle
individuele spaarder contracten afsluiten. De bank gaat dit dan doen, geeft 1 lening aan de
onderneming maar heeft contracten met alle spaarders.)
• Risk transformation (Als spaarder wil je geen risico’s nemen en weten dat je geld veilig zit. Je
gaat geen lening uitgeven waar risico’s aan zijn verbonden. Als onderneming zoek je juist
investeringen die wellicht risico meebrengen. Hier heb je weer die verschillende wensen. De
, bank doet risk transformatie door diversificatie in het geven van leningen aan ondernemingen
en de bank doet ook onderzoek naar de kredietwaardigheid van de leningvragers. De spaarder
kan en hoeft dit dan niet te doen.)
Banken
- Financial intermediation
- Betalingsverkeer
- Zakenbankactiviteiten (investment banking)
• Begeleiden van en beursgang (+ underwriting) (Ondernemingen kunnen lening aantrekken via
de bank, dus indirect kapitaal aantrekken, maar de onderneming kan ook aandelen uitgeven
waardoor je dan directe financiering hebt en de bank er niet tussen zit. Dan is er wel een directe
contractuele verhouding tussen de onderneming en aandeelhouder. Mocht je de beurs op willen
gaan, dan is de bank alsnog betrokken omdat het een ingewikkeld proces is. Er wordt een
prospectus opgesteld en wordt DD gedaan door de bank. Dus banken begeleiden en adviseren
bij beursgang. Underwriting is dat de bank soort van garandeert dat de emmissie goed gaat en
als dat niet zo is dan gaat de bank die aandelen opkopen.)
• Begeleiden van f&o
• Handel ten behoeve van de klanten (market making) (ook wel voor eigen winst maar dat is niet
het hoofddoel, het gaat er voornamelijk om dat de klanten worden geholpen) (Deze laatste twee
punten zijn wat meer beleggingsactiviteiten die een bank kan verrichten. Zowel MM as PT is
handel voor eigen rekening maar toch zit er wel wat verschil. MM is handelen ten behoeve van
klanten, doe je niet om beleggingswinst te maken als hoofddoel maar om de klanten te helpen.
Stel dat een klant van een bank een financieel instrument heeft en dat wil verkopen, maar als op
dat moment niet meteen een koper is die het wil kopen/ er is geen tegenpartij, dan kan de bank
die rol op zich nemen en het financieel instrument kopen. Op die manier zorgt de bank ervoor
dat er een actieve markt is in dat financiële instrument, vandaar de term market making.)
• ‘Echte’ handel voor eigen rekening (proprietary trading). (Handel voor eigen rekening met als
doel om beleggingswinst te maken à ‘echte’ handel voor eigen rekening.)
Banken – het bijzondere van banken:
1. Banken vervullen een essentiële rol in de economie
2. Banken zijn kwetsbaar
3. Bankensector is kwetsbaar
Banken
Twee kwetsbaarheden
1. Liquiditeitsrisico à Liquiditeit
2. Insolventierisico à Solvabiliteit
Bankbalans
- De financiering van de activa komt voor een deel uit
het EV (kapitaal van de bank). Groot deel daarvan komt uit
de (spaar)depositos want de bank trekt aan de ene kant
spaargelden aan en ook een deel vanuit marktfinanciering
(interbancaire geldmarkt aka banken die onderling geld
uitlenen aan elkaar. Activazijde zien we bezittingen van een bank en dat een groot deel komt uit
kredieten (leningen die de bank verstrekt heeft). Ook het handelsboek staat op de balans (next slide).
Bankbalans
- Bankenboek (bankboek)
• kredieten en andere investeringen die de bank normaal gezien aanhoudt tot het eind van hun
looptijd
- Handelsboek (handelsportefeuille)
, • de posities in effecten, derivaten en andere financiële producten die door de bank worden
aangehouden voor korte tijd en die in principe direct verhandelbaar zijn
- Waarom een handelsportefeuille?
• Liquiditeitsrisicobeheer (next slide uitleg)
• Handel ten behoeve van klanten (market making)
• Handel voor eigen rekening (proprietary trading)
Liquiditeit
Dit is dezelfde balans als daarnet maar dan met
kleurtjes. Hier kijken we naar de liquiditeit.
Liquiditeit ziet op het vermogen van een
onderneming om op korte termijn aan je
verplichtingen te voldoen.
- Toen we de bankactviteiten bespraken hadden we het over lending long and borrowing short en over
de maturity transformation function die een bank vervult. Dus aan de ene kant trek je korte termijn
gelden aan (want die spaardeposito’s zijn direct opneembaar à opvorderbare gelden). Die
marktfinanciering die hebben ook een korte looptijd. Je hebt dus aan de ene kant kort lopende
verplichtingen, daaraan moet je kunnen voldoen met je liquide activa (activa die je gemakkelijk zou
kunnen verkopen). Dat zou eventueel betekenen dat je instaat bent om enerzijds het geld wat je in
kas hebt/ op rekening hebt staan bij de ECB of door verkoop van liquide activa die korte termijn
verplichtingen te kunnen voldoen.
- Je ziet op het balans dat het groene stukje van liquide activa veel kleiner is dan het gele stuk van
spaardeposito’s en marktfinanciering. Dat heeft te maken met die maturity mismatch, dat je maar
een klein deel van de balans gemakkelijk verhandelbaar is aan de activazijde terwijl de passivazijde
veel korte termijnverplichtingen zijn.
- Liquiditeit is een belangrijk aandachtspunt voor banken. Dit bedrijfsmodel voor banken is mogelijk
omdat het berust op de aanname dat die spaarders niet allemaal tegelijkertijd dat spaargeld van de
bank halen. Spaarders vertrouwen banken toe dat het geld voor langere tijd op de bank kan staan
maar dat zij het ook meteen eraf kunnen halen. Dat doen zij alleen wanneer zij het vertrouwen in de
bank kwijtraken.
Liquiditeit
- Looptijdtransformatie (“lending long and borrowing short”)
- Verstrekte kredieten zijn doorgaans illiquide
• Informatie-asymmetrie: bank heeft informatie over de kredietwaardigheid van de kredietnemers,
mogelijke kopers niet
- Vertrouwen is essentieel (zo lang spaarder vertrouwen houden in een bank zullen ze dat geld op de
bankrekening aanhouden, terwijl als dat vertrouwen wegvalt, spaarders meteen al het geld zullen
weghalen en dan krijg je een bankrun. Lees hfd 2 van proefschrift Kleis.)
- Risico op een bank run
- Klassieke bank run
• Depositohouders (spaarders)
• Enigszins ondervangen door het depositogarantiestelsel
- Moderne bank run
• Interbancaire geldmarkt (heeft te maken met marktfinanciering. Als die investeerders of andere
banken vertrouwen verliezen in de bank dan komen zij in liquiditeitsproblemen.)
• Kortlopend schuldpapier (commercial paper)
Even tussendoor: securitisatie
- Illiquide financiële activa (zoals hypotheken) worden liquide gemaakt
- Hypotheken worden omgezet in verhandelbare effecten (‘securities’)
• worden ‘geëffectiseerd’ (gesecuritiseerd, ‘securitized’)
1. Bank richt een special purpose vehikel (SPV) op
, 2. Bank draagt hypotheken over aan de SPV
3. Met de hypotheken en kasstromen als onderpand (‘asset backed’) geeft de SPV obligaties uit
(‘asset backed securities’)
4. De rente die de SPV over deze obligaties betaalt, is vervolgens afkomstig uit de maandelijkse
betalingen op de hypotheken
Securitisatie
- Traditionele securitisatie: de hypotheken worden overgedragen
- Synthetische securitisatie: alleen het kredietrisico wordt overgedragen
- “Originate-and-distribute” (in plaats van “originate-and-hold”)
- Illiquide financiële activa (zoals hypotheken) worden liquide gemaakt
Solvabiliteit
- Solvabiliteit is het vermogen om op langer termijn al je schulden te voldoen. Zoalng EV hoger is
dan al je schulden is het goed.
- Stel je staat rood. Bepaalde kredieten heb je uitgegeven maar krijg je niet terug, dan lijdt je verliezen.
Solvabiliteit
- Stel: verlies van 5 miljard
- Stel bank heeft voor 80 miljard aan leningen verstrekt en lijdt een verlies van 5 miljard. Dan gaat
op de activazijde leningen -5 en EV -5. Stel verlies was -15 dan is EV -3 en technisch failliet maar
dat hoeft niet altijd zo te zijn.
Solvabiliteit
- Banken zijn highly leveraged
• Relatief veel vreemd vermogen en weinig eigen vermogen
• Banken nemen risico’s met “other people’s money”
- Eigen vermogen (kapitaal) is een buffer om verliezen op te vangen
• verliesabsorberend vermogen = EV
• “distance to default” (afstand tot faillissement)
Stellingen
1. Een bank run leidt tot liquiditeitsproblemen, maar niet tot solvabiliteitsproblemen.
2. Een bank run leidt tot solvabiliteitsproblemen, maar niet tot liquiditeitsproblemen.
3. Een bank run leidt tot liquiditeitsproblemen en (die kunnen weer leiden) tot solvabiliteitsproblemen.
4. Liquiditeitsproblemen kunnen tot een bank run leiden.
5. Solvabiliteitsproblemen kunnen tot een bank run leiden.
6. Als een bank solvabel is, zal er geen bank run op die bank plaatsvinden.
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper meesterplusser. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €10,49. Je zit daarna nergens aan vast.