Een uitgebreide samenvatting en uitwerking van AFP3. Samenvatting bevat zowel uitleg als duidelijke afbeeldingen. Leerdoelen worden allemaal beantwoord.
NAAM STUDENT
HBO Verpleegkunde
Leerjaar 1 – Periode 3
Schooljaar 2020/21
Fontys Hogeschool Mens en Gezondheid
,Leerdoelen
De student in periode 3…
1. Legt uit waaruit het spijsverteringsstelsel is opgebouwd en welke accessoire organen
hierbij betrokken zijn.
2. Legt uit wat de functies zijn van de verschillende organen van het
spijsverteringsstelsel en de accessoire organen.
3. Haalt spijsverteringsprocessen uit elkaar.
4. Geeft weer op welke wijze hormonen en enzymen een rol spelen tijdens de
spijsvertering.
5. Benoemt wat de enterohepatische kringloop en het leverpoortadersysteem inhouden.
6. Legt uit hoe koolhydraten, eiwitten en vetten opgenomen en verteerd worden.
7. Verdiept zich in het ziektebeeld uit de casus van KERN3B.
8. Presenteert zijn kennis op passende wijze aan de groep.
9. Onderscheidt de verschillende macro- en micronutriënten.
10. Benoemt de functie(s) van de verschillende macronutriënten.
11. Legt uit waar de energiebehoefte uit opgebouwd is.
12. Legt uit wat ondervoeding inhoudt.
13. Legt uit wat overgewicht inhoudt.
14. Legt uit wat obesitas inhoudt.
15. Onderbouwt welke behandelingen voor overgewicht en obesitas ingezet kunnen
worden.
16. Legt uit wat coloncarcinoom inhoudt.
17. Legt uit wat hepatitis en levercirrose inhouden.
18. Maakt onderscheid tussen de verschillende vormen van hepatitis.
19. Past zijn kennis toe op de verschillende casussen.
20. Legt uit wat inflammatory bowel disease inhoudt.
21. Legt uit wat pancreatitis inhoudt.
22. Past zijn kennis toe op de verschillende casussen.
23. Beschrijft de verschillende vormen van aanvullende diagnostiek toegespitst op het
spijsverteringsstelsel.
24. Beschrijft de verpleegkundige aandachtspunten bij aanvullende diagnostiek ten
aanzien van het spijsverteringsstelsel.
25. Beschrijft de verschillende onderdelen van de nier.
26. Legt de functie van de verschillende onderdelen van de nier uit.
27. Beschrijft de bloedvoorziening van de nieren.
28. Legt de verschillende functies van de nieren uit.
29. Legt een relatie tussen de nierfunctie en andere orgaansystemen.
30. Beschrijft de verdeling en het transport van vocht.
2
,31. Beschrijft hoe de vochthuishouding gemonitord kan worden.
32. Beschrijft de onderdelen van het urinewegstelsel.
33. Legt uit hoe mictie verloopt.
34. Legt uit wat acute en chronische nierinsufficiëntie inhouden.
35. Legt verbanden tussen de anatomie/fysiologie en nierinsufficiëntie.
36. Beschrijft de mogelijkheden van nierfunctie vervangende therapie.
37. Selecteert passende verpleegkundige diagnoses bij de gevolgen van nierfunctie
vervangende therapie voor de zorgvrager.
38. Legt uit wat het ziektebeeld niersteenlijden inhoudt.
39. Legt uit wat het ziektebeeld urineweginfectie inhoudt.
40. Benoemt verpleegkundige aandachtspunten die hieruit voortvloeien.
41. Legt uit wat de verschillende vormen van urine-incontinentie inhouden.
42. Benoemt verpleegkundige aandachtspunten die hieruit voortvloeien.
43. Maakt gebruik van eerder opgedane kennis.
3
,Les 1 - Anatomie en fysiologie van het spijsverteringsstelsel
Spijsvertering Wordt het geheel van processen bedoeld die leiden tot de afbraak
(vertering) van het voedsel tot stoffen die kunnen worden opgenomen
en gebruikt door het lichaam. Er wordt onderscheid gemaakt tussen
de mechanische spijsvertering en de chemische spijsvertering.
Mechanische Valt het proces van de fysieke afbraak van grote brokken voedsel tot
spijsvertering kleinere brokken, waar de spijsverteringsenzymen op kunnen
inwerken.
Chemische Is het afbreken van voedsel tot kleine moleculen die door het lichaam
spijsvertering kunnen worden opgenomen en gebruikt.
Het spijsverteringsstelsel heef de volgende functies:
1. Opnemen van voeding via de mond.
2. Fijnmaken van het voedsel.
3. Vloeibaar maken van het voedsel.
4. Verteren (afreken van het voedsel tot chemische bouwstenen die door de cellen
van de darmwand kunnen worden opgenomen).
5. Opnemen in het bloed van deze chemische bouwstenen
6. Verwijderen van de onverteerbare voedselresten uit het lichaam.
7. Afreken van stofwisselingsproducten en vreemde stoffen (ontgifting).
8. Stimuleren van het immuunsysteem en de productie van vitamines door
darmbacteriën.
1. Leg uit waaruit het spijsverteringsstelsel is opgebouwd en welke accessoire
organen hierbij betrokken zijn.
Het spijsverteringsstelsel loopt vanaf de mond tot de anus (endeldarmopening) en
bestaat uit:
1. Het os (mond)
2. De farynx (keelholte)
3. De oesophagus (slokdarm)
4. De gaster (maag)
5. De dunne darm (intestinum tenue) die bestaat uit:
a. Het duodenum (twaalfvingerige darm)
b. Het jejunum (nuchtere darm)
c. Het ileum (kronkeldarm)
6. De dikke darm (intestinum crassum), dat bestaat uit:
a. Het caecum (blindedarm)
b. Het colon (karteldarm)
c. Het rectum (endeldarm)
4
,Andere organen die deel uitmaken van het spijsverteringsstelsel zijn een drietal grote
klieren, die hun producten afscheiden naar de dunne darm:
1. De glandula parotis (speekselklieren)
2. Het pancreas (alvleesklier)
3. De hepar (lever)
4. De vesica fellea (galblaas)
5
,6
,2. Leg uit wat de functies zijn van de verschillende organen van het
spijsverteringsstelsel en de accessoire organen.
Onderdelen van het spijsverteringskanaal
Latijnse Nederlandse
benaming benaming Functie(‘s)
- Opnemen van voedsel door de mond
- Mechanische bewerking van voedsel door
fijnmalen
Os Mond
- Bevochtigen en mengen met speeksel
(die verteringsenzymen, amylase,
bevatten)
- Spieren stuwen het voedsel de
Farynx Keelholte
oesophagus in
a. Epifarynx a. Nasofarynx - Luchtgeleiding vanuit de neus
- Onderdeel van het slikproces samen met
b. Orofarynx b. Orofarynx
de tong
- Onderdeel van transportroute van het
c. Hypofarynx c. Laryngofarynx
voedsel
Oesophagus Slokdarm - Vervoer van voedsel naar de maag
- Chemische afbraak van stoffen door zuur
en enzymen
Gaster Maag - Mechanische bewerking via
spiercontracties
- Reservoir van de Chymus*
- Enzymatische vertering en opname van:
Intestinum tenue Dunne darm - (1) water, (2) organische substraten, (3)
vitaminen en (4) ionen
- Neutraliseren van de zure chymus
a. Twaalfvingerige
a. Duodenum - Onderdeel van chemische afbraak door
darm
enzymatische spijsvertering
b. Jejunum b. Nuchtere darm - Absorptie (opname) van voedingsstoffen
c. Ileum c. Kronkeldarm - Absorptie (opname) van voedingsstoffen
- Onttrekking van water en indikken van
Intestinum
Dikke darm onverteerbare materialen in voorbereiding
crassum
op de verwijdering
- Reabsorptie van water
a. Caecum a. Blindedarm
- Productie van slijm
- Reservoir
b. Colon b. Karteldarm
- Reabsorptie van Water
c. Rectum c. Endeldarm - Transportweg
*Chymus = Chymus is de brij die na vermenging in de maag, de maag verlaat.
7
, Accessoire organen van het spijsverteringskanaal
Latijnse Nederlandse
benaming benaming Functie(‘s)
- Afgifte van smerende vloeistof met
Glandula parotis Speekselklieren
enzymen die koolhydraten afbreken
- Exocriene cellen geven buffers en
Pancreas Alvleesklier verteringsenzymen af
- Endocriene cellen geven hormonen af
- Afgifte van gal (belangrijk voor
vetvertering)
Hepar Lever
- Opslag van voedingsstoffen
- Vele andere vitale functies
Vesica fellea Galblaas - Opslag en concentreren van gal
3. Haal spijsverteringsprocessen uit elkaar.
De spijsvertering onderscheidt 6 processen:
1. Ingestie Vindt plaats wanneer voedsel via de mond in het
spijsverteringskanaal komt.
2. Mechanische verwerking De fysieke bewerking van voedsel, eerst door het gebit
en de tong, vervolgens door de peristaltiek.
3. Vertering Chemische afbraak van voedsel , tot kleine organische
stoffen die kunnen worden opgenomen.
4. Secretie Afgifte van water, zuren, enzymen en buffers door
epitheel en de accessoire organen.
5. Opname De verplaatsing van de kleine organische moleculen,
elektrolyten, vitaminen en water door het dekweefsel
naar de interstitiële vloeistof.
6. Uitscheiding De verwijdering van afvalstoffen uit de
lichaamsvloeistoffen. Binnen het spijsverteringskanaal
wordt de feces ingedikt en uit het lichaam verwijderd.
8
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper AstridSmidt. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €4,99. Je zit daarna nergens aan vast.