100% tevredenheidsgarantie Direct beschikbaar na betaling Zowel online als in PDF Je zit nergens aan vast
logo-home
Samenvatting Diagnostiek Kievit €2,99   In winkelwagen

Samenvatting

Samenvatting Diagnostiek Kievit

 251 keer bekeken  2 keer verkocht

Samenvatting gemaakt aan de hand van begrippen van Kievit hfst 1t/m 9, 11, 12, 19 aanvullend collegestof (Wil je één heel document van alles (dus ook Verschueren&Koomen) en oefenvragen? Dit kan! Bekijk dan mijn (complete) andere samenvatting)

Voorbeeld 3 van de 60  pagina's

  • Onbekend
  • 29 september 2014
  • 60
  • 2013/2014
  • Samenvatting
book image

Titel boek:

Auteur(s):

  • Uitgave:
  • ISBN:
  • Druk:
Alle documenten voor dit vak (31)
avatar-seller
Mandytjuh_6
Begrippen en aandachtspunten: KIEVIT (1t/m9 + 11, 12, 19)
Hoofdstuk 1 Kievit c.s.
Diagnostiek = verkrijgen van een uniek, gedetailleerd en voldoende compleet klinisch beeld,
teneinde de problematiek van de hulpvrager en zijn situatie te begrijpen met het oog op
advisering en probleemoplossing. Het refereert aan het gehele proces van
informatieverwerking en verwerking ten behoeve van de hulpverlening. Als de diagnose
opgesteld is blijft daarna de diagnostiek nog steeds een rol spelen. Dus problematiek
begrijpen en advies geven.

Diagnose = product van diagnostiek = een kort verhaal van diagnosticus waarin deze de
bevindingen integreert in een gedetailleerde beschrijving van de problematiek, de situatie
waarin deze bestaat, de veronderstellingen over de mogelijke oorzaken (ontstaanstheorie) en
de mogelijke behandelingen (behandelingstheorie). Diagnose wordt als equivalent gezien als
de theorie van het individuele geval.
 Diagnosis = onderscheiden (Griekse oudheid)

Assessment = heeft betrekking op de activiteit van het inschatten, vaststellen en beoordelen;
het verwijst naar het vaststellen en meten van kenmerken van de hulpvrager en zijn situatie.
Assessment kan in alle fasen van het diagnostisch proces een rol spelen: steeds wanneer het
nodig is om iets vast te stellen. Je kan bijv. het aanvangsniveau vaststellen.

Screening = het eerste brede, maar betrekkelijk oppervlakkige verkennen van de
problematiek met het oog op de eerste beslissingen bij intake en aanmelding. Onderkennende
functie maar ook de eerste fase van het proces van diagnostiek.

Classificatie = het onderbrengen van unieke, individuele kenmerken onder een bepaald
binnen het vakgebied bekend type probleem. Dit bepaalde type probleem slaat vaak op
stoornissen uit de DSM.
 Psychiatrische classificatie = het ordenen en groeperen van symptomen om tot de
aanwezigheid van een syndroom te kunnen besluiten.

Methodische disciplinering versus theoretische disciplinering
 Methodische disciplinering = meer formele, procesmatige kant. (regulatieve cyclus is
richtlijn voor methodisch werken)
 Theoretische disciplinering = de inhoud van de diagnostische informatie. Het inlassen van
2 theoretische pauzes in de regulatieve fase in de probleemdefiniëring, namelijk bij de
ontstaanstheorie en formuleren van behandelingstheorie.
 Methodologische problemen = Informatie wordt niet primair verworven om de
werkelijkheid valide te beschrijven, te begrijpen en op grond daarvan te voorspellen. Primair
gaat het erom de werkelijkheid te kunnen veranderen. Aan het eind van een
behandelingsproces is in een individueel geval niet echt te achterhalen wat er precies gewerkt
heeft en of de beeldvorming wel juist was.
 Disciplinering = de eis dat de hulpverlener reflecteert op persoonlijk, methodisch en
theoretisch gebied

Empirische cyclus = betrouwbaar en valide informatie verwerven en verwerken met het oog
op het nemen van een beslissing dat dan aan de orde is. Bestaat uit 5 fasen:
- Observatie = gegevens verzamelen en groeperen
- Inductie = formuleren van hypothesen op basis van waarnemingen
- Deductie = afleiden van toetsbare voorspelling uit die hypothesen

, - Toetsing = het nagaan of voorspellingen uitkomen door nieuwe gegevens te
verzamelen
- Evaluatie = het verbinden van de uitkomsten van het onderzoek aan de hypothesen
(ook wel hypothesen toetsend model)

Pedologie = de op de praktijk gerichte wetenschap die probleemgedragingen en stoornissen
bij kinderen en jeugdigen en hun gezinnen tot veld van onderzoek heeft.

Formele kennis = kennis die door wetenschappelijk onderzoek is geproduceerd en zeker
waarheidsgehalte heeft.

Praktische kennis = kennis ontwikkeld op basis van het handelen in de klinische praktijk en
de reflectie over dit handelen (oftewel eigen ervaring).

Praktijkparadigma = in de praktijk een succesvol gebleken wijze, om de regulatieve cyclus
in een bepaald type probleemsituatie te doorlopen.

Diagnostiek in psychiatrische traditie = binnen de traditie van de psychiatrie is diagnostiek
gericht op het onderkennen van psychopathologie en stoornissen. Deze traditie vindt haar
oorsprong in de geneeskunde. Hier staat het ziektemodel centraal: de symptomen en het
beloop van ziekteproces te herkennen als kenmerkend voor een bepaalde ziekte, zodat gericht
onderzocht kan worden welke van de mogelijke oorzaken hiervoor verantwoordelijk zijn,
teneinde een daarop gerichte therapie te kiezen. KORTOM: stoornissen herkennen en
onderbrengen in een classificatieschema.

Psychiatrische classificatie = het ordenen en groeperen van symptomen om tot de
aanwezigheid van een syndroom te kunnen besluiten.

Stoornissen: symptomen en syndromen
 Stoornis = problemen in het relationele en/of beroepsmatige functioneren van een persoon,
die gekarakteriseerd worden door een onvrijheid van handelen.
 Syndroom = een groep symptomen die met elkaar in een min of meer vast verband
voorkomen
 Symptoom = zuiver beschrijvende term, die verwijst naar een bepaald gedrag (zoals
impulsiviteit), een beleving (zoal een sombere stemming), een perceptie (zoals een
hallucinatie) of een cognitie (zoals een irrationeel idee).

Differentiaaldiagnostiek = het toepassen van regels waarmee onderscheid wordt gemaakt
tussen het ene syndroom en het andere.

Categoriale/klinische classificatiesystemen = zij zijn gebaseerd op datgene wat in de
klinische praktijk relevant wordt geacht voor een individuele diagnostiek. Klinisch-
psychiatrische systemen maken hun indeling volgens categorieën. Ze gaan uit van een ‘alles
of niets’-opvatting. Ofwel behoren de verschijningsvormen van een aandoening tot een groep
van stoornissen, ofwel niet. Wie ondanks ernstige moeilijkheden niet aan het vereiste aantal
criteria voldoet krijgt geen classificatie. Classificatiesystemen: DSM, ICD en MAC

DSM, ICD en MAC
 DSM = de Diagnostic and Statistical Manual = classificatie van psychische stoornissen.
De DSM hanteert categorieën. De DSM omvat een classificatiesysteem van psychische

, afwijkingen met telkens een definitie, diagnostische criteria en differentiële diagnose van de
beschreven groep psychische afwijkingen. De DSM bestaat uit verschillende assen.
 ICD = De ICD is het classificatiesysteem van de WHO. Het belicht niet alleen stoornissen
en beperkingen (negatieve connotatie) maar steeds ook de mogelijkheden en beweegredenen
(positieve connotatie). Het is een handboek waarin de bekendste ziektebeelden zijn
opgenomen.
 MAC = Multi-axiale classificatie = een conceptuele herordening van categorieën uit de
ICD-10. Het is geen apart classificatiesysteem. De MAC is op kinderen en jeugdigen
toegespitst.

Comorbiditeit = het voorkomen van meerdere stoornissen bij een individu. Of het
samengaan van onafhankelijke stoornissen in een mate die boven het kansniveau van de
afzonderlijke prevalenties uitstijgt. Comorbiditeit kan zowel wijzen op een gebrekkig
classificatiesysteem als op een specifiek ziektebeeld.

Diagnostiek in (ontwikkelings)psychologische traditie = belangstelling voor het verloop
van de ontwikkeling. Het verschaft een referentiekader voor het verloop en de determinanten
van de ontwikkeling en levert instrumenten waarmee individuele verschillen worden gemeten.
De ontwikkelingspsycholoog bestudeerd de oorsprong en het verloop van individuele
adaptatiepatronen. KORTOM: empirisch-normatieve gegevens over het verloop van de
ontwikkeling te verzamelen teneinde door middel van tests en vragenlijsten kinderen op
relevant geachte dimensies te kunnen inschalen.

Normatieve gegevens = empirische informatie over gedrag dat doorgaans op bepaalde
leeftijden wordt aangetroffen, met betrekkelijk weinig theorie als achtergrond.

Differentiële psychologie = de psychologische test is het meest karakteristieke diagnosticum.
Ook wordt aandacht besteed aan ontwikkelingspsychologische componenten, vaak d.m.v.
ontwikkelingsschalen (mijlpaalgedrag). Men is dan met name geïnteresseerd in het vaststellen
van (intra-)individuele veranderingen in gedrag in samenhang met leeftijd
 Diagnostische middelen (ontwikkelings)psychologische diagnostiek

Vormen van assessment in relatie tot Q-data, T-data en L-data.
- Q-data= het stellen van vragen aan individuen over zichzelf of belangrijke anderen.
Dit leidt tot zelfbeschrijvingen en vragenlijsten.
- T-data = het geven van bepaalde taken en opdrachten.
- L-data = het observeren van gedrag in natuurlijke situaties.

Child Behavior Checklist (CBCL) = vragenlijst van emotionele en gedragsproblemen. Door
ouders over het kind ingevuld. De CBCL geeft een schaalscore. Het is een op
gestandaardiseerde wijze informatie verzamelen over de problematiek van een kind.
Bovendien wilde de maker op basis van de met het instrument verzamelde gegevens een op
empirisch onderzoek gebaseerde indeling van gedragsproblemen opstellen.

CBCL versus DSM-IV
CBCL DSM
Factoranalyse geconstrueerde schalen Klinische ervaring
Schaalscore Wel of niet hebben van stoornis
Comorbiditeit vast stellen

Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!

Snel en makkelijk kopen

Snel en makkelijk kopen

Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.

Focus op de essentie

Focus op de essentie

Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!

Veelgestelde vragen

Wat krijg ik als ik dit document koop?

Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.

Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?

Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.

Van wie koop ik deze samenvatting?

Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper Mandytjuh_6. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.

Zit ik meteen vast aan een abonnement?

Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €2,99. Je zit daarna nergens aan vast.

Is Stuvia te vertrouwen?

4,6 sterren op Google & Trustpilot (+1000 reviews)

Afgelopen 30 dagen zijn er 67474 samenvattingen verkocht

Opgericht in 2010, al 14 jaar dé plek om samenvattingen te kopen

Start met verkopen
€2,99  2x  verkocht
  • (0)
  Kopen