Samenvatting economie LWEO Vwo 4 Levensloop h1 t/m 7. Mocht je nog vragen hebben kan je me natuurlijk altijd een berichtje sturen. Ik heb een 7.3 gehaald door uit deze samenvatting te leren.
De lesbrief Levensloop gaat over de keuzes die iedereen in alle fases van zijn
levensloop opnieuw moet maken. Mensen wegen voortduren alternatieven tegen
elkaar af en maken keuzes.
Het probleem is dat je niet alles kunt wat je zou willen. Tijd en middelen zijn beperkt
en dwingen ons tot keuzes. Sommige keuzes zijn van invloed op je verdere
levensloop, andere beslissingen zijn minder ingrijpend.
Het eerste hoofdstuk gaat over budgetten en wat je er voor kunt kopen. Andermans
keuzes kunnen invloed hebben op jouw beslissing. Daarom leer je in het eerste
hoofdstuk ook de basis van de speltheorie.
Het tweede hoofdstuk gaat over je eerste eigen geld, de (her)verdeling van
inkomens, ruilen over de tijd en de keuze tussen werken of doorleren.
Hoofdstuk drie duikt in de wereld van transacties en verzekeringen. Ook de
collectieve verzekeringen en de zorgverzekering komen aan bod.
Hoofdstuk vier gaat over inkomen en belasting. De heffingen op inkomen, de
vermogensrendementsheffing en de herverdeling door de overheid worden daarbij
ook behandeld.
In hoofdstuk vijf is er aandacht voor huishoudens. Wat zijn de gevolgen van de keuze
voor een huurhuis of een koophuis en hoe is de taakverdeling binnen het
huishouden?
Verschillende vormen van inkomen op je oude dag komen aan de orde in hoofdstuk
zes. Met behulp van pensioen en AOW wordt het kapitaaldekkingsstelsel en
omslagstelsel uiteengezet.
Ruil en solidariteit tussen de generaties en de demografische veranderingen komen
in hoofdstuk zeven aan bod.
*De lichtblauw gearceerde termen zijn verwijzingen naar economielokaal.nl
1
,Inhoud
Samenvatting lesbrief Levensloop* .................................................................................................... 1
Inleiding ........................................................................................................................................... 1
H1 - Kiezen ....................................................................................................................................... 3
H2 - Risico en informatie ................................................................................................................. 4
H3 - Inkomen en belasting I............................................................................................................. 7
H4 - Inkomen en belasting II .......................................................................................................... 11
H5 - Vermogen.............................................................................................................................. 12
H6 - De oude dag ........................................................................................................................... 14
H7 - Ruilen tussen de generaties ................................................................................................... 15
Concepten in de lesbrieven - Lesbrief Levensloop, 4e druk .......................................................... 17
Opgave 1 2015 – II – 4 Sparen of lenen ....................................................................................... 20
Opgave 2 Examentoets uit PE – Module Welvaart en groei ......................................................... 23
Opgave 3 Examentoets uit PE – GTST ........................................................................................... 24
Opgave 4 2017-01-5 Zorg verzekerd? .......................................................................................... 24
Opgave 5 2014 – II- 1 Hoge bomen vangen veel … ...................................................................... 26
Opgave 6 2016 – II – 5 Scoren op twee doelen ............................................................................ 27
Opgave 7 2019 – II – 6 ................................................................................................................... 29
Opgave 8 2019 - I – 6 .................................................................................................................... 30
Uitwerkingen: ................................................................................................................................ 32
Opgave 1 2015 – II – 4 Sparen of lenen ........................................................................................ 33
Opgave 2 Examentoets uit PE – Module Welvaart en groei ......................................................... 34
Opgave 3 Examentoets uit PE – GTST ........................................................................................... 34
Opgave 4 2017-01-5 Zorg verzekerd? ........................................................................................... 34
Opgave 5 2014 – II – 1 Hoge bomen vangen veel …...................................................................... 36
Opgave 6 2016 – II – 5 Scoren op twee doelen ............................................................................. 37
Opgave 7 2019 – II – 6 ................................................................................................................... 38
Opgave 8 2019 – I – 6 .................................................................................................................... 38
2
,H1 - Kiezen
Economen bestuderen het keuzegedrag van mensen. Je kunt niet alles hebben wat
je wilt, de middelen zijn beperkt, dus moet je prioriteiten stellen en keuzes maken.
Om goed te kunnen kiezen, moeten mensen een afweging maken tussen wat iets
oplevert en wat iets kost. Opofferingskosten zijn de opbrengsten van het beste niet
gekozen alternatief. Een keuzeprobleem kan ook weergegeven worden met behulp
van een budgetlijn die alle bestedingsmogelijkheden van een bepaald budget in
beeld brengt. Niet alleen de hoogte van het budget in euro’s is van belang, maar ook
de koopkracht ervan. Deze hangt af van de prijzen van de producten en diensten.
Ook de beslissingen van anderen kunnen invloed hebben op de keuzes die mensen
maken. Om daarover meer te weten te komen leer je de basis van speltheorie. Een
bekend onderdeel van de Speltheorie, een korte oefening (met antwoorden) is het
zogenaamde gevangenendilemma (prisoner’s dilemma).
Begrippenlijst H1
alternatief aanwendbaar: De middelen (producten, geld of tijd) kunnen voor
verschillende zaken gebruikt worden.
bindende afspraak: Een afspraak waar je (juridisch) niet van af kunt of niet onderuit
kunt. In de speltheorie: men heeft van tevoren afgesproken een bepaalde strategie
te volgen.
budget : Meestal: het geldbedrag dat je kunt besteden. Kan ook in een andere
context voorkomen, bijvoorbeeld het aantal uren dat je kunt besteden.
Budgetlijn: Een budgetlijn geeft verschillende combinaties van twee
bestedingsmogelijkheden aan bij een bepaald budget (bijvoorbeeld vrije uren of
werken).
Budgetvergelijking: De formule die de mogelijke combinaties laat zien die je met
een budget hebt.
Consumptie: Het kopen van goederen en diensten door gezinnen. Aanschaffen van
producten door de eindgebruiker.
coöperatief spelen: samenwerken.
dominante strategie: De strategie die het beste resultaat oplevert, ongeacht de
keuze van de andere speler(s).
Gevangenendilemma: (= prisoner’s dilemma) Een situatie bekend uit de speltheorie
waarbij twee partijen voor de keus staan samen te werken of niet, waarbij
samenwerken meer oplevert dan niet samenwerken.
herhaald simultaan spel: Een simultaan spel, zoals een gevangenendilemma, dat
vaker wordt herhaald.
Investeren: het aanschaffen van kapitaalgoederen door een onderneming of bedrijf:
het kopen van goederen of diensten om er verder mee te produceren.
Kapitaalgoederen: Goederen van een onderneming waarmee geproduceerd wordt
om een inkomen te verkrijgen. De productiefactor kapitaal omvat de fabrieken,
machines, gereedschappen, grondstoffen en voorraden eindproduct die bij de
productie worden ingezet. Synoniem: kapitaal.
Koopkracht: De hoeveelheid goederen die je met je inkomen (of een euro) kunt
kopen. Reële waarde van het budget.
Meeliftersgedrag: (= free-ridergedrag) Profiteren van de inspanningen van anderen.
3
, niet-coöperatieve strategie: Strategie waarbij spelers niet samenwerken, maar
elkaar beconcurreren.
Nominaal: In geld uitgedrukt.
Opofferingskosten: De gederfde opbrengsten van het beste, niet gekozen,
alternatief.
pay-off: Resultaat of opbrengst (bijvoorbeeld winst, omzet of tijd).
pay-off matrix: (= resultatenmatrix) Een tabel waarin de pay-off van elke strategie is
weergegeven.
reële waarde : Koopkracht van rente, geld, loon, vermogen; hoeveel stuks kun je er
mee kopen.
Schaars: Een product is schaars als er een offer of inspanning moet worden
geleverd om het product te maken.
Simultaan: Een speler beslist zonder te weten wat de andere speler heeft gekozen.
vrije goederen: Goederen waar geen schaarse middelen voor worden opgeofferd.
H2 - Risico en informatie
Een ruiltransactie, bijvoorbeeld de koop en verkoop van een product, tot stand
brengen kost tijd, geld en moeite. Deze tijd, geld en moeite noemen we
transactiekosten.
Een ruiltransactie mondt uit in een overeenkomst of contract (schriftelijk of
mondeling). Een volledig contract is een contract waarin alles alle onvoorziene
gebeurtenissen zijn opgenomen. Het streven naar deze volledige contracten wordt
ingegeven door het verlangen om risico’s uit te schakelen: vaak zijn mensen
risicoavers.
Een manier om je te wapenen tegen een risico is het afsluiten van een verzekering.
Een verzekering is een overeenkomst tussen een verzekeraar en een verzekerde
waarbij de verzekerde tegen betaling van een premie de garantie krijgt dat een
schade aan de verzekerde door de verzekeraar wordt vergoed.
Er zijn particuliere verzekeringen en collectieve verzekeringen. In dit hoofdstuk leer
je ook over averechtse electie en wat en moreel wangedrag betekenen voor
verzekeraars.
Een verzekering waar iedereen van 18 jaar of ouder in Nederland mee te maken
krijgt, is de zorgverzekering. Volgens de Zorgverzekeringswet (Zvw) is iedereen
verplicht zich te verzekeren.
Zie het overzicht hierna.
4
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper Goedesamenvattingnl. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €4,99. Je zit daarna nergens aan vast.