PPT 1 Voorbereidend schrijven
Leerlijn schrijven basisonderwijs
Schrijffasen
Voorbereidend schrijven
- Groep 1, 2 en soms begin groep 3
Aanvankelijk schrijven
- Groep 3 en 4
Voortgezet schrijven
- Groep 5 en 6
Handschriftontwikkeling/schriftopvoeding
- Groep 7 en 8
Schrijfvoorwaarden
Is wat bij het kind ontwikkeld moet zijn om te kunnen leren schrijven
- Proximale motoriek
- Distale motoriek
- Ruimtelijke oriëntatie
- Visuele discriminatie
- Visueel geheugen
- Oog-hand coördinatie
- Handvoorkeur
Ruimtelijke oriëntatie
Statische begrippen: boven, onder, links, rechts, midden
Dynamische begrippen: omhoog, omlaag, linksom, rechtsom, naar links, naar rechts, schuin
omhoog.
Oriëntatie in het platte vlak: bovenaan het papier, schrijven van links naar recht, van boven
naar onder.
Oriëntatie in tijd (temporele ordening): wat schrijf ik eerst, wat daarna?
Visuele discriminatie
Het leren zien van kleine verschillen
Lettervormen van elkaar onderscheiden
Lezen: b/d, p/q, u/n, t/f
Visueel geheugen
Onthouden van lettervormen
Innerlijk beeld vormen van de letters
Lettertraject onthouden
Oog-handcoördinatie
De samenwerking tussen de ogen en handen
Het vermogen om met de ogen de handen te volgen, te controleren en bij te sturen.
Oefeningen: schenken van water, sleutel in slot, (druk) knopen/ gespen, veters strikken.
Handvoorkeur
Schrijven steeds met één en dezelfde hand om voldoende vaardigheid op te kunnen bouwen
Voorkeurshand meestal duidelijk tussen het 2de en 5de jaar.
Ambidexter = beide handen laten hetzelfde kwaliteitsniveau zien.
Voorbereidend schrijven
Doel: ontwikkelen van schrijfvoorwaarden
Tussendoelen:
- Juiste schrijfhouding en pengreep
, - Kennismaken/oefenen schrijfmaterialen
- Letteren
- Grafomotorisch werken
- Grafocognitie
Schrijfmaterialen
Schrijfinstrumenten
- Potloden, pennen, stiften, kwasten
Schrijfmedium
- Datgene wat achterblijft op papier: grafiet, inkt, gel, verf
Schriftdragers
- Datgene waarop je schrijft: papiersoorten, karton, schoolbord, steen, hout
Experimenteren met verschillende materialen
Tegenstelling ervaren
- Hard/zacht, ruw/glad, groot/klein, grof/fijn
Letteren
Werken met letters zonder sporen of patronen te maken op papier
Doel: bewustwording van letters en cijfers
Letters maken
- Klei/deeg, touwtje/chenille, propjes/perforatorrondjes, kralenplank/insteek mozaïek,
strijkkralen.
Letters stempelen
Letters zoeken
- In tijdschriften: alle rode letters, schuine letters, letters van je naam
Magneet- en legoletters
Toetsenbord
- Met en zonder caps Lock functie
- Werken van links naar rechts en van boven naar beneden
Grafomotorisch werken
Is sporen en patronen maken op papier
Bewegingspatronen
- Niet precies
- Gericht op beweging zelf
- Ruimtelijke begrippen platte vlak
- Schrijfdans, schrijfkriebels, schrijftekening
Schrijfpatronen
- Gestileerd, discipline, concentratie, inspanning
- Gesloten guirlande
- Open guirlande
- Gesloten arcade
- Open arcade
- Zigzag
Grafocognitie
Is het vermogen om kennis over vormen op te nemen en te gebruiken
- Plan van wat op papier moet komen
- Innerlijk beeld vormen van het plan
- Bewust plannen van route en richting
- Kennis van ruimtelijke begrippen