dit document is een volledige samenvatting van de bewerking van voedingsstoffen. de onderwerpen worden duidelijk beschreven en de begrippen zijn onderstreept, en dus makkelijk terug te vinden.
het gebit, speekselklieren, de tong, het maagdarmkanaal, de lever en de alvleesklier vormen
samen het spijsverteringskanaal. deze organen zorgen ervoor dat de voedingsstoffen
beschikbaar komen voor de afzonderlijke lichaamscellen.
voedingsstoffen zijn: eiwitten, koolhydraten, vetten, water, mineralen en water.
- eiwitten zijn bouwstoffen die een belangrijke rol spelen bij de assimilatie binnen de
lichaamscellen.
- koolhydraten en vetten zijn energieleverende stoffen en zijn dus van belang bij de
dissimilatie.
- vitaminen en mineralen zorgen ervoor dat de stofwisselingsprocessen binnen de
lichaamscellen goed verlopen.
- water is een oplosbaar- en transportmiddel van allerlei stoffen die belangrijk zijn.
de moleculen van eiwitten, koolhydraten en vetten zijn te groot om door de darmwand te
gaan dus deze worden afgebroken tot middelgrote moleculen, deze omzetting wordt de
spijsvertering genoemd.
na de spijsvertering komen de stoffen terecht in het bloed. dan komen ze via de poortader in
de lever. de lever zet schadelijke stoffen om in onschadelijke stoffen, voorbeelden van die
schadelijke stoffen zijn, alcohol en medicijnen.
22.2 Mechanische bewerking van voedsel
in de mondholte wordt het voedsel fijngemaakt waardoor oppervlaktevergroting van het
opgenomen voedsel plaatsvindt. dit is belangrijk voor de optimale vertering van de
voedingsstoffen die zich hierin bevinden. de verteringssappen kunnen zo beter tot het
voedsel inwerken.
het speeksel bevochtigd het voedsel, vervolgens word het ingeslikt.
tijdens het slikken duwt de tong het voedselbrij de keelholte in, hierdoor komt het in de
slokdarm terecht. ondertussen wordt de neusholte afgesloten door de huig en het achterste
gedeelte van de gehemelte terwijl het strotklepje de luchtpijp dicht houd.
de wand van de maagdarmkanaal in omgeven door glad spierweefsel. door golvende
bewegingen (peristaltische bewegingen) van het spierweefsel wordt het voedsel voortdurend
gekneed en vermengd met verteringssappen, hierdoor wordt het voedsel steeds fijner
verdeeld, ook wordt het steeds verder in de richting van de anus geduwd.
de peristaltische bewegingen komen tot stand door de aanwezigheid van onverteerbare
stoffen in het voedsel, zoals cellulose, die de spieren in de darmwand prikkelen.
, 22.3 Chemische bewerking van het voedsel
eiwitten zijn grote moleculen die bestaan uit een aantal verschillende aminozuren
vetten zijn opgebouwd uit glycerol en vetzuren
koolhydraten kunnen uit één, twee of meer bouwstenen bestaan.
koolhydraten kunnen worden onderverdeeld in:
- enkelvoudige suikers (monosachariden) hiertoe behoren glucose, fructose en galactose.
deze vormen de bouwstenen van tweevoudige en meervoudige suikers.
- tweevoudige suikers (disachariden) hiertoe behoren sacharose en lactose. sacharose is
samengesteld uit glucose en fructose. lactose is samengesteld van glucose en galactose.
- meervoudige suikers (polysachariden), hiertoe behoort zetmeel. zetmeel bestaat uit een
groot aantal aaneengeschakelde glucose moleculen.
tweevoudige en meervoudige suikers zijn de groot en worden daarom kleiner ´geknipt´ door
de stoffen die zich bevinden in verteringssappen. deze verteringsstoffen noemen we
enzymen.
eiwitten worden verteert tot aminozuren, vetten tot glycerol en vetzuren en koolhydraten tot
monosachariden.
elk enzymis betrokken bij de vetering van een bepaalde voedingsstof. de enzymen blijven
onveranderd. een bepaald enzym kan telkens opnieuw bij een bepaalde omzetting worden
gebruikt. de werking van de enzymen wordt beïnvloed door de zuurgraad. dit is belangrijk
want dit hangt af van hoe een enzym functioneert.
de beste zuurgraad is 7 of iets erboven.
er is een soort enzym, pepsine en dit enzym is in de maag. deze werkt met een PH-optimum
van 2 een mega zuur milieu dus.
22.4 Spijsverteringssappen
bij de mens worden vier spijsverteringssappen in de mondholte en het maag-darmkanaal
afgescheiden: speeksel, maagsap, alvleesklier en darmsap.
22.4.1 Speeksel
het speeksel wordt door drie paar speekselklieren in de mondholte gescheiden.
de functies van het speeksel is dat het het doorslikken van voedselbrij vergemakkelijkt en
het is van belang bij het verteren van zetmeel. het speeksel bevat namelijk het enzym
amylase. dit maakt een begin met het verteren van zetmeel. hierbij wordt zetmeel
afgebroken tot maltose (tweevoudig suiker) het PH-optimum is ongeveer 7.
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper cindykerk6. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €5,49. Je zit daarna nergens aan vast.