Deze samenvatting gaat over de geologie van Nederland. Dus hoe de wereld in elkaar zit geologisch gezien. Welke lagen heeft de aarde allemaal? Hoeveel soorten gesteenten bestaan er?
Aardrijkskunde Samenvatting (PW 6-4-2021)
1: Geologie als wetenschap
Pas in de 18e eeuw werd er op het gebied van geologie vooruitgang geboekt. De man die in
deze tijd een kleine revolutie op gang bracht is James Hutton (1726-1797). Hij concludeerde
dat de aarde veel ouder moest zijn dan 5000 jaar, door naar de rotsen bij Siccar Point te
kijken. De gesteentelagen stonden hier loodrecht op de oudere lagen. Er moesten dus eerst
bergen gevormd zijn, die dan door erosie waren afgeplat, waarna er nieuwe lagen op waren
afgezet. Deze theorie heet hoekdiscordantie.
Nu is geologie een belangrijke wetenschap voor de maatschappij. Dankzij de kennis van de
aarde weten we allerlei dingen. De belangrijkste; hoe we fossiele brandstoffen opsporen
waar onze wereldeconomie op draait.
2: Gesteenten, fossielen en dateringen
2.1 Gesteente en de gesteentekringloop
1. Stollingsgesteente: ontstaat als vloeibaar gesteente, lava of magma, afkoelt en vast
wordt. Bekende soorten zijn graniet en basalt.
2. Sedimentair gesteente: Ontstaat als los sediment (door verwering en erosie
losgekomen afbraakmateriaal en andere gesteenten of van skeletjes van kleine
zeediertjes) samengedrukt wordt in de aarde tot een vast geheel. Bekende soorten
zijn zandsteen, schalie en kalksteen.
3. Metamorf gesteente: Ontstaat uit andere gesteenten als deze erg diep in de aarde
onder invloed van hoge druk en temperatuur van chemische samenstelling
veranderen. Dit kan zowel bij stollingsgesteenten als bij sedimentaire gesteenten
gebeuren. Dit proces noemen we metamorfose. Bekende soort is Marmer.
Deze drie hoofdtypen beslaan samen alle gesteenten van de hele aarde. De aarde
verandert voortdurend, wat betekent dat de vormen van gesteente ook voortdurend
veranderen. Vloeibaar gesteente stolt, en door verwering en erosie verandert het in los
sediment en uiteindelijk in sedimentair gesteente. Dit wordt begraven onder heel veel lagen
ander sediment en zal uiteindelijk gaan metamorfoseren, tot het een totaal andere steen is.
Het voortdurend veranderen van gesteenten van het ene hoofdtype in het andere, noemen
we de gesteentecylus.
, Linde Rozemuller
Unieke eigenschappen van de aarde: aanwezigheid van vloeibaar water (de hydrosfeer) en
de atmosfeer. Het gevolg hiervan is dat er naast de opbouwende krachten die zorgen voor
bergen, er ook afbrekende krachten zijn de alles weer afbreken; verwering en erosie:
- Verwering: Proces van afbraak van gesteente. Langzaam valt zelfs de hardste steen
stukje bij beetje uit elkaar in kleine stukjes
- Erosie: Proces dat daarmee samenwerkt; het verwijdert langzaam of soms snel
stukken gesteente van de plaats waar ze vastzaten. (Een inslijtende rivier, gletsjers
die hele dalen uitschuren of zandkorrels die met de wind mee stenen glad schuren)
Bij verwering onderscheiden we twee typen: mechanische en chemische verwering:
- Mechanische verwering: Verzamelnaam voor processen waarbij een steen door
fysieke (natuurkundige) processen stukgemaakt wordt. Bijvoorbeeld het herhaaldelijk
uitzetten en krimpen door temperatuurverschillen of barsten door bevroren en
uitgezet water in de steen.
- Chemische verwering: Proces waarbij steen langzaam oplost en een chemische
reactie aangaat met de omgeving. Hierbij ontstaan bijvoorbeeld druipsteengrotten.
-
2.2 Fossielen, evolutie en de geologische tijdschaal
Fossielen zijn de skeletten van dieren, die al lang gestorven zijn.
De evolutietheorie (Charles Darwin): Minuscule veranderingen in de bouw van een soort
kunnen ervoor zorgen dat de individuen met deze kleine aanpassing een hogere kans
hebben om zich voort te planten dan degene zonder aanpassing. Een soort die beter is
aangepast aan zijn omgeving heeft dus een hogere overlevingskans. Op deze manier
kunnen soorten over enorm lange tijdschalen veranderen in andere soorten; het proces van
de evolutie.
Wetenschappers maakte in de 18e eeuw een indeling in 4 grote tijdvakken: het primair, het
secundair, het tertiair en het kwartair. Tegenwoordig wordt de aarde ingedeelt in de grote
tijdvakken: Paleozoïcum, Mesozoïcum en Cenozoïcum. Deze worden dan weer ingedeelt
in kleinere tijdvakken. In de afgelopen 550 miljoen jaar waren er vijf uitsterfgolven (overgang
Perm-Trias bijv), de vijf grote massa-extincties genaamd.
Een fossiel van een plant of dier dat alleen in één bepaalde periode in de aardgeschiedenis
leeft, noemen we een gidsfossiel.
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper linderozemuller. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €3,99. Je zit daarna nergens aan vast.