Hoofdstuk 3 Bouw van de cel
Een cel is gevuld met vocht, hierin bevinden zich kleine structuren (organellen) die weer een eigen
taak hebben. Ook eiwitten, suikers, vetten en zouten zijn opgelost in het celvocht. De scheiding
tussen de cel en de omgeving heet het celmembraan.
Organellen
de belangrijkste organellen in de cel zijn: de celkern, de ribosomen, het endoplasmatisch reticulum,
het golgi-complex, de mitochondriën, de lysosomen, het centrosoom. Van sommige organellen is er
maar een in de cel, van de ander kunnen er veel meer aanwezig zijn.
Celkern (nucleus)
de celkern is het grootste organel van de cel, deze stuurt alle stofwisselingsactiviteiten in de cel aan.
Ook de erfelijke informatie bevind zich in de celkern. Zonder de celkern kan de cel niet lang in leven
blijven. In de celkern bevind zich een waterige inhoud, dit word het kernplasma genoemd en is
omgeven door een vlies: het kernmembraan. In het kernmembraan bevinden zich openingen, deze
worden kernporiën genoemd. In het kernplasma bevinden zich chromosomen, dit bestaat uit
eiwitten waaromheen een molecuul is gewikkeld, het molecuul heet DNA (desoxyribonucleïnezuur).
De celkern regelt alle activiteiten in de cel doormiddel van het DNA. In de celkern bevinden zich nog
meer structuren, deze worden kernlichaampjes genoemd, zij bevatten het kernzuur RNA
(ribonucleïnezuur). Dit speelt een rol bij de vorming van ribosomaal rRNA.
Ribosomen
ribosomen zijn kleine bolletjes die rond zweven in het celplasma of vastzitten aan het ER. Ze hebben
hun eigen RNA: rRNA. dit word gemaakt in de cellichaampjes. Ribosomen spelen een belangrijke rol
bij de eiwitsynthese. In de losse ribosomen worden eiwitten gemaakt die de cel nodig heeft om te
functioneren. De ribosomen die vast zitten aan het ER maken eiwitten die bedoeld zijn voor buiten
de cel, bijvoorbeeld hormonen en enzymen.
Endoplasmatisch reticulum
het Er is een systeem van holten, blaasjes en buisjes. Het ER speelt een belangrijke rol bij
celmembranen en het onschadelijk maken van giftige stoffen zoals drugs en alcohol.
Golgi-complex
het golgi-complex bestaat uit een stapeltje platte blaasjes. Het organel transporteert allerlei stoffen
die in of buiten de cel nodig zijn zoals eiwitten, suikers en vetten. Die stoffen worden vervoerd in
kleine blaasjes. Sommige stoffen gaan naar de organellen, andere gaan naar het celmembraan voor
uiteindelijk buiten de cel.
Mitochondriën
mitochondriën hebben een gladde buitenmembraan en een sterk geplooide binnenmembraan.
Binnenin de mitochondriën vinden stofwisselingen plaats die energie voor de cel vrij maken.
Mitochondriën worden de energiecentrales van de cel genoemd.
Lysosomen
lysosomen zijn kleine blaasjes die enzymen bevatten die betrokken zijn bij de afbraak en het
opruimen van stoffen in de cel. Lysosomen ruimen ook de versleten organellen op en nemen
onbruikbare en schadelijke stoffen op. Wanneer een lysosoom gaat lekken gaat de cel dood.