College 4 Relaties, hechting en seks
De kloof tussen seks en relaties:
Seks en relaties: geïsoleerd van elkaar bestudeerd
relatie als primaire context van seksueel functioneren
Seks als stabiel, intra-individueel kenmerk dyadisch, dynamisch proces
Individuele theorieën, meten van individuele responsen
Masters & Johnson (’70): partner maakt deel uit van behandeling
interpersoonlijk perspectief in klinische praktijk, maar niet in theorie en empirie
Impact van relaties op seks:
Relatie als bron van stress seksuele problemen, vooral bij vrouwen
Kwalitatieve relatie werkt als protectieve factor en buffer voor seksuele stress
Relatiestatus sterkste predictor van type en frequentie van het seksueel gedrag
Bevredigende relatie draagt bij tot seksueel plezier en opwinding
Seks heeft een belangrijke rol bij het ontwikkelen, verstevigen of verbreken van een
affectieve band, doorheen alle stadia van de relatie
Seksuele problemen als bron van conflict
Bevredigende seksuele interacties positieve emoties relatietevredenheid
Seksuele tevredenheid sterkste predictor van relatie-uitkomsten
Er is vooral onderzoek naar de link tussen seksuele en relationele ontevredenheid
Maar er is ook belang van steun, conflict, empathie, vertrouwen en communicatie
Communicatie: wederzijdse zelfonthulling, open communicatie over seksuele
problemen, demand-withdrawal
correlationele gegevens, weinig onderzoek naar processen en onderliggende mechanismen
die seks-relatie link kunnen verklaren
Evolutionair perspectief
Seksueel systeem genen doorgeven aan volgende generatie
Lange termijn relatie meest adaptief kwetsbare kind in stabiele omgeving
Four-year itch theorie: relatie van 4 tot 7 jaar is functioneel (om te zorgen voor het
kind)
Geen seksuele monogamie, eerder seriële monogamie en sociale monogamie
ontrouw en relatie breuken?
Seksuele strategieën theorie
o Korte termijn strategieën meest effectief mannen willen het maximaal
aantal genen verspreiden, vrouwen selecteren mannen met de beste genen
o Vrouwen hanteren vooral lange termijn strategieën investeren het meest in
opvoeding en lange relatie biedt het meeste reproductief succes
o Emotionele en seksuele jaloezie: man is gevoeliger voor seksuele jaloezie door
onzekerheid van vaderschap, vrouw is gevoeliger voor emotionele jaloezie
Alternatieve relatievormen: consensuele non-monogamie
Onderscheid seksuele en sociale monogamie
Maatschappelijk en wetenschappelijk is er impliciete bias in voordeel van seksuele
monogamie
Consensuele non-monogamie = elke vorm van relatie waarin alle partners ermee
akkoord gaan dat elk van hen romantische en/of seksuele relaties mag hebben met
andere partners
Wordt steeds populairder
, 3 verschillende types:
o Open relaties: een of beide partners gaan, met kennis en toestemming van de
ander, seksuele intimiteit aan buiten de eigen relatie
o Swinging: occasionele seks ter recreatie, buiten de eigen vaste relatie
o Polyamorie: een lange-termijn romantische verbintenis met meer dan een
partner tegelijkertijd
Relatiepraktijk of relatietype, of eerder seksuele oriëntatie, seksuele
identiteit of zelfs levensfilosofie???
Polyamorie is niet hetzelfde als de andere 2 types
Verschil in focus liefde, intimiteit en romantiek vs seksuele
variatie
Is niet hetzelfde als polygamie: onderhandeling tussen leden eerder dan
vastgelegde culturele normen en religieuze tradities
Is niet hetzelfde als ontrouw: er is namelijk wederzijdse instemming
Niet minder relatiekwaliteit, relatietevredenheid, relatiestabiliteit, seksuele
tevredenheid en seksuele frequentie dan monogame partners
Meer jaloezie, maar niet negatief ervaren
Problemen met onderzoek: ‘hidden’ populatie (geslotenheid), rapportagebias
Meta-therapeutische vaardigheden: open geest, onvoorwaardelijke aanvaarding, een
niet-veroordelende houding en oog voor diversiteit, pluralisme en individuele
levenskeuzes
Vaak fenomeen niet herkennen, zich te veel laten leiden door culturele norm van
monogamie en verzeild raken in een dynamiek van tegenoverdracht
Hechtingsperspectief
Hechtingservaringen zijn interne werkmodellen van zelf (= perceptie van zelf als de
moeite waard om van te houden) en ander (= perceptie van hechtingsfiguur als
beschikbaar en repsonsief)
(dys)regulatie van cognities en emoties = invloed op beleving, gedrag in relaties
Positieve interpersoonlijke ervaringen: veilige hechting (+ zelf, + ander)
Negatieve interpersoonlijke ervaringen: onveilige hechting (- zelf, - ander)