100% tevredenheidsgarantie Direct beschikbaar na je betaling Lees online óf als PDF Geen vaste maandelijkse kosten
logo-home
Samenvatting Maatschappijwetenschappen examenstof vwo €4,99
In winkelwagen

Samenvatting

Samenvatting Maatschappijwetenschappen examenstof vwo

 2 keer verkocht

Een duidelijke samenvatting van de gehele examenstof maatschappijwetenschappen vwo, gebaseerd op de syllabus. De belangrijkste begrippen en kernconcepten zijn in het rood gedrukt, overige begrippen in het zwart en de kern van een alinea of zin is onderstreept. Door goed de verbinding tussen deze ke...

[Meer zien]

Voorbeeld 3 van de 28  pagina's

  • 1 mei 2021
  • 28
  • 2020/2021
  • Samenvatting
Alle documenten voor dit vak (679)
avatar-seller
vinhassing
Samenvatting Maatschappijwetenschappen vwo 6
Gemaakt door: K. Hassing
2020/2021

Domein A Vaardigheden
Journalistieke principes: hoor en wederhoor, scheiding feiten en commentaar, streven
naar objectiviteit, juiste weergave van feiten, citaten, checken van bronnen.

De vier sociaalwetenschappelijke paradigma’s:
- Functionalisme-paradigma (structuren en consensus):
Voortbestaan van de samenleving.
- Conflict-paradigma (structuren en conflict):
Conflict is de kern van de samenleving.
- Sociaalconstructivisme-paradigma (actoren en consensus):
Betekenisverlening.
- Rationele actor-paradigma (actoren en conflict):
Voor- en nadelen afwegen.

Onderzoeksvaardigheden:
- Betrouwbaarheid: de mate waarin een meting onafhankelijk van toeval en vrij van
willekeurige meetfouten is.
- Validiteit: de onderzoeker meet wat hij wil meten.
- Representativiteit: aselecte steekproef is een dwarsdoorsnede van de totale
onderzoekspopulatie waarbij iedere eenheid evenveel kans heeft om in de steekproef
terecht te komen.
- Generaliseerbaarheid: in hoeverre de eigenschappen die in de steekproef gevonden
zijn gelden voor de hele populatie.

Hypothese: toetsbare veronderstelling van de werkelijkheid.
Afhankelijke (gevolg) en onafhankelijke (oorzaak) variabelen.
Causaal verband/causaliteit: oorzaak-gevolg verband, niet mogelijk als er interveniërende
variabelen zijn in het conceptueel model.
Correlatie: samenhang tussen variabelen.

Onderzoeksmethoden: enquête, interview, observatie, experiment.
Eisen bij onderzoeksmethoden: bij interview en observatie is het van belang om de
subjectiviteit zo klein mogelijk te houden bijvoorbeeld door eenduidige indicatoren te kiezen.
Bij een experiment worden proefpersonen ingedeeld in een experimentele of een controle
groep, waarbij de situatie van de twee groepen zo gelijk mogelijk wordt verhouden,
uitgezonderd de te onderzoeken variabele.

4.1 Het proces van socialisatie en acculturatie
Socialisatie: het proces van overdracht en verwerving van de cultuur van de groep(en) en
de samenleving waar mensen toe behoren. Het proces bestaat uit opvoeding, opleiding en
andere vormen van omgang met anderen.

Socialisatie vindt plaats door de omgang met groepen. In alle levensfasen verwerven
mensen kennis, vaardigheden, waarden, normen, opvattingen en gedragspatronen vanuit de

,groepen waartoe ze behoren. Er vindt cultuuroverdracht plaats. Op den duur internaliseren
mensen die cultuur, ze maken het eigen.
Bij enculturatie leren en verwerven mensen de cultuur waarin men geboren is. Acculturatie
is het aanleren en verweren van een andere cultuur of elementen daaruit, dan die waarin
iemand is opgegroeid.

Socialisatie is niet alleen het proces van aanpassingen van het individu aan de cultuur van
de samenleving, maar ook een proces van cultuurverwerving waarbij iemand zijn eigen
persoonlijkheid ontwikkelt. Het individu maakt vaak zelf keuzes welke cultuurelementen hij
verwerft. Als hij bepaalde elementen niet overneemt, zorgt hij voor cultuurverandering.

Socialisatieprocessen verschillen per sociaal milieu. Dat heeft te maken met kapitaal:
- Economisch kapitaal is het financieel bezit of hoog inkomen.
- Sociaal kapitaal zijn de connecties, netwerken, graad van eer en respect.
- Cultuur kapitaal is kennis, houdingen, opvatting en smaak voor hogere posities.

Functies van socialisatie zijn:
- Continuering van de cultuur.
- Verandering van de cultuur.
- Identificatie met de cultuurgroep.
- Identiteitsontwikkeling van het individu.
- Gedragsregulering: gedrag van groepsleden wordt voorspelbaar.

Nature/nurture-debat: waardoor worden eigenschappen van individuen bepaald?
- Nature: biologische of erfelijke factoren
- Nurture: opvoeding en omgevingsfactoren

4.2 Primaire, secundaire en tertiaire socialisatie
Primaire socialisatie (je sociale huid) speelt zich af binnen kleine groepen, waarin mensen
directe persoonlijke, informele relaties met elkaar hebben.
Bij secundaire socialisatie (je sociale kleren) leren mensen hoe zij zich moeten gedragen in
formele omstandigheden en omgevingen zoals bijvoorbeeld school en verenigingen. Rituelen
spelen een belangrijke rol gezien ze het belang van het moment bevestigen.
Bij tertiaire socialisatie worden waarden, normen en gedragspatronen door anonieme
socialisatoren zoals media, literatuur of rolmodellen.

4.3 De vorming van de identiteit
Identiteit: het beeld dat iemand van zichzelf heeft, dat hij uitdraagt en anderen voorhoudt en
dat hij als kenmerken en blijvend beschouwt voor zijn eigen persoon en dat is afgeleid van
zijn perceptie over de groep(en) waar hij wel of juist ook niet deel van uitmaakt.

Mensen streven naar een positieve identiteit van zichzelf. Het zelfbeeld wordt bepaald door
de manieren waarop belangrijke anderen zich tegenover dat individu gedragen. In
traditionele samenlevingen ligt het accent op de invloed van de omgeving. In de moderne
samenleving ligt het accent op de wil en voorkeur van het individu zelf.

Er zijn drie soorten identiteiten:
- Persoonlijk: verwijst naar iemands zelfbeeld.
- Sociaal: verwijst naar de groepen waar iemand deel van uitmaakt.
- Collectief: verwijst naar het beeld dat bij een groep hoort.

, 4.4 Cultuur en de dimensies van Hofstede
Cultuur: het geheel van voorstellingen, uitdrukkingsvormen, opvattingen, waarden en
normen die mensen als lid van een groep of samenleving hebben verworven.

In een samenleving is een dominante cultuur. De culturen van verschillende
samenlevingen kun je met elkaar vergelijken met de cultuurdimensies van Hofstede:
- Grote machtsafstand versus kleine machtsafstand.
- Individualistisch versus collectivistisch.
- Lage onzekerheidsvermijding versus hoge onzekerheidsvermijding.
- Langetermijngerichtheid versus kortetermijngerichtheid.
- Masculien versus feminien.

Echter is er kritiek op het model van Hofstede. Culturen zijn namelijk tijd- en
plaatsgebonden. Ze zijn dynamisch van karakter omdat ze veranderen onder invloed van
gewijzigde omstandigheden, zoals veranderingen in de politieke of economische situatie. De
veranderingen worden weer onderdeel van socialisatieprocessen, waardoor een cultuur ook
weer kan veranderen.

Immateriële aspecten van een cultuur zijn bijvoorbeeld taal, waarden en normen. Materiële
aspecten zijn bijvoorbeeld dingen als kleding, architectuur en kunstobjecten.

In een samenleving zijn ook subculturen die deels afwijken van de dominante cultuur. Hoe
meer aspecten van een cultuur worden gedeeld door de groepsleden, hoe hoger de sociale
cohesie. Ook spelen daarbij in- en uitsluitingsprocessen die kunnen aanzetten tot het
verwerven van stereotypen en vooroordelen door groepsleden.

Stereotypen: vaststaande beelden, generalisaties en veronderstelling over een groep.
Vooroordelen: meningen over een groep mensen, niet gebaseerd op feiten.

5.1 Het proces van politieke socialisatie
Politieke socialisatie: het proces van overdracht en verwerving van de politieke cultuur van
de groep(en) en samenleving waar mensen toe behoren. Het proces bestaat uit opvoeding,
opleiding en andere vormen van omgang met anderen.

Idealen en ideeën krijg je tijdens het proces van politieke socialisatie. Het gaat hierbij om
de politieke cultuur, een geheel van politieke tradities, kennis, opvatting en oordelen. Zo kiest
Nederland voor het poldermodel, terwijl er ook landen zijn die handelen vanuit het
conflictmodel. Poldermodel: de Nederlandse variant van het consensus- of harmoniemodel.
Conflicten behoren te worden opgelost door compromissen te sluiten in onderhandelingen.

Het politieke systeem draagt bij aan de politieke socialisatie van de burgers. Dat is in
Nederland de parlementaire democreatie. In een politiek systeem worden waarden en
normen overgedragen zoals belangenafweging, compromissen sluiten en samenwerking.
Ook moet politieke socialisatie zorgen voor meer of minder participatiebereidheid van
mensen.

5.2 Politieke ideologieën en de belangrijke politieke stromingen
Ideologie: een samenhangend geheel van beginselen en denkbeelden, meestal uitmondend
in ideeën over de meest wenselijke maatschappelijke en politieke verhoudingen.
Standpunten kun je met elkaar vergelijken. Er zijn vier verschillende dimensies:
- Links - rechts: hoeveel moet de overheid zich bemoeien met de economie?

Dit zijn jouw voordelen als je samenvattingen koopt bij Stuvia:

Bewezen kwaliteit door reviews

Bewezen kwaliteit door reviews

Studenten hebben al meer dan 850.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet jij zeker dat je de beste keuze maakt!

In een paar klikken geregeld

In een paar klikken geregeld

Geen gedoe — betaal gewoon eenmalig met iDeal, creditcard of je Stuvia-tegoed en je bent klaar. Geen abonnement nodig.

Direct to-the-point

Direct to-the-point

Studenten maken samenvattingen voor studenten. Dat betekent: actuele inhoud waar jij écht wat aan hebt. Geen overbodige details!

Veelgestelde vragen

Wat krijg ik als ik dit document koop?

Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.

Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?

Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.

Van wie koop ik deze samenvatting?

Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper vinhassing. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.

Zit ik meteen vast aan een abonnement?

Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €4,99. Je zit daarna nergens aan vast.

Is Stuvia te vertrouwen?

4,6 sterren op Google & Trustpilot (+1000 reviews)

Afgelopen 30 dagen zijn er 64257 samenvattingen verkocht

Opgericht in 2010, al 15 jaar dé plek om samenvattingen te kopen

Begin nu gratis
€4,99  2x  verkocht
  • (0)
In winkelwagen
Toegevoegd