Historisch context Nederland: 1948-2008
1: een verzuilde samenleving
Nederland was voor de 2e WO verzuild: verdeling van de samenleving op grond van
verschillen in levens- en wereldbescherming, politieke partijen, scholen, kranten
Confessionelen: samenleving op basis van christelijke normen en waarden
• sterkst verzuild: politieke partijen, omroepen, kranten, scholen, verenigingen
Socialisten: gelijkheid en gelijkwaardigheid voor de arbeidersklasse
• minder verzuild: politieke partijen, omroepen, kranten
Liberalen: vrijheid voor het individu, zelfontplooiing
• neutraal: politieke partijen, omroepen, kranten
Duitse bezetting van Nederland:
• einde van veel verzuilde instellingen door nazificatie
• sterk gevoel nationale eenheid onder Nederlandse bevolking
◦ progressieve Nederlanders hopen op definitieve doorbraak verzuiling
Doorbraak verzuiling mislukt door:
• confessionele leiders waarschuwen voor socialisme = oprichting KVP
• links-liberalen stappen uit PVDA = oprichting VVD
2: einde van de neutraliteitspolitiek
tijdens de 1e en 2e WO blijft Nederland neutraal → na 2e WO kiest Nederland de kant van
de VS in de Koude oorlog en staat mede aan de basis van Europese samenwerking
Koude oorlog: Nederland wordt lid van de NAVO: militair bondgenootschap tegen het
communisme
Europese samenwerking: oprichting EGKS: gezamenlijk beheer van productie kolen en
staal. Redenen hiervoor zijn:
• voorkomen van een nieuwe oorlog door controle op bewapening
• sterker staan tegen het communisme en dreiging Sovjet-Unie
3: Babyboom
Direct na de 2e WO komt er een babyboom, tot in de jaren 1970 is er sprake van
natuurlijke bevolkingsgroei: 4 geboren, 3 overlijden
4: wederopbouw en economische groei
Direct na de 2e WO begint de wederopbouw
• gebouwen, infrastructuur, industrie
Nederland wordt geleid door rooms-rode regering: katholieken en sociaal democraten
Marshallplan is grote steun voor wederopbouw: economische steun van de VS aan
Europese landen
→ jaren 1950 en 1960: economische groei en industrialisatie door:
• geleide loonpolitiek: laag houden van lonen door overheid → groei export en
werkgelegenheid
• wirtschaftswunder: economisch herstel West-Duitsland → groei handel NL<>DL
• vondst aardgas in Groningen → groei inkomsten overheid
, 5: de maakbare samenleving
Rooms-rode regering gelooft in het idee van een maakbare samenleving: overheid
oefent veel invloed uit op de samenleving om deze te veranderen
Ideaal regering: meer economische gelijkheid
Regering werkt veel samen met sociale partners: werkgevers en vakbonden
Vanaf 1950-1960: toenemende welvaart: regering en sociale partners werkten samen aan
een verzorgingsstaat: staat waarbij de overheid de welvaart en het welzijn van de
burgers garandeert: zorg, onderwijs, werk, sociale zekerheid
1957: invoering AOW: uitkering voor alle 65+ burgers
6: consumptiemaatschappij
vanaf begin 1960: sterke stijging van de lonen: ontstaan consumptiemaatschappij: veel
huishoudens kopen apparaten, steeds meer (buitenlandse) vakanties
groei van de welvaart gaat samen met:
• Verstedelijking: platteland → stad
• groeiende mobiliteit: auto: makkelijker verplaatsen door het land
7: ontzuiling
Jaren 1960: grote sociaal-culturele veranderingen maken een einde aan de verzuiling:
• ontkerkelijking: verstedelijking (geen sociale controle meer)
• individualisering: toenemende vrije tijd en mobiliteit, opkomst TV
Doorbraak verzuilde politiek door opkomst nieuwe politieke partijen
• D’66: doel: kloof tussen burgers en politiek dichten
▪ laten ‘ontploffen’ van de oude partijen
▪ inspraak burgers vergroten (gekozen mp en districtenstelsel)
Doorbraak verzuild omroepbestel door opkomst nieuwe omroepen
Veronica: illegale commerciële radiozender die door opkomst nieuwe omroepen
popmuziek en reclame uitzendt
8: nozems, provo’s en hippies
Vanaf 1950 onstaat er een jongerencultuur: groep jongeren met gedeelde normen en
waarden die tot uitdrukking komen in taal, uiterlijk, kleding en muziek
Oorzaken:
• meer vrije tijd en geld
• langer onderwijs
• invloed Engelse en Amerikaanse popmuziek
Eind jaren 1950: Nozems: bestond voornamelijk uit werkende jeugd
• leren jack, spijkerbroek, vetkuif, brommer, Amerikaanse rock ‘n roll, afkeer van
gezag, vandalisme/geweld
Jaren 1960: Provo’s: Amsterdamse jongerenbeweging, verzet tegen
consumptiemaatschappij
• afkeer van gezag, kritiek op oudere generaties, tegen milieuvervuiling, ludieke
acties om gezag te provoceren
Jaren 1960: Hippies: internationaal, verzetten tegen consumptiemaatschappij
• tegen kapitalisme, materialisme, Flower Power, kleurige kleding, lang haar,
marihuana en LSD, popmuziek