100% tevredenheidsgarantie Direct beschikbaar na je betaling Lees online óf als PDF Geen vaste maandelijkse kosten
logo-home
Hoorcolleges Rechtsfilosofie I €4,99
In winkelwagen

College aantekeningen

Hoorcolleges Rechtsfilosofie I

 0 keer verkocht

Aantekeningen van de hoorcolleges van het derdejaarsvak Rechtsfilosofie I van de bachelor Rechtsgeleerdheid.

Voorbeeld 3 van de 23  pagina's

  • 11 mei 2021
  • 23
  • 2019/2020
  • College aantekeningen
  • A.a.m. kinneging
  • Alle colleges
Alle documenten voor dit vak (17)
avatar-seller
paulettevanoosten
Hoorcolleges Rechtsfilosofie
Week 1: Plato (hfst 1-4)
Niet vraag wat rechtens is, maar wat recht is. Algemene vraag wat recht is, wat het betekent, het
waarom en het waartoe. Is meta.
Gedachte experiment: morgen is er geen recht en instituties meer, geen politie, justitie etc. Wat
gebeurt er dan? Chaos en anarchie.
Wat is recht: 1e antwoord: recht is op aarde om de maatschappelijke orde de verzekeren, vrede en
veiligheid te verzekeren. Maar is vast niet enige taak/doelstelling van het recht.
Stalin, Hitler – orde werd gehandhaafd, er was politie en er waren rechters. Geen chaos of anarchie.
Maar was er sprake van recht? Formeel gedefinieerd wel, maar materieel gezien niet. Wordt
onrechtstaat genoemd. Conclusie: het is mogelijk dat het rechtsapparaat er is en dat dit
maatschappelijke orde handhaaft, en toch spreken we niet van recht, maar onrecht. Wat ontbreekt:
de rechtvaardigheid = 2e doelstelling recht. Overstijgt 1e doelstelling. Bewerkstelligen
maatschappelijke orde die rechtvaardigheid aspireert.
Maar wat is rechtvaardigheid? Is dat in cultuur A niet de onrechtvaardigheid in cultuur B?
Rechtvaardigheid gaan eerste paar colleges over. Over 7 weken weten we het nog niet, maar wel op
een hoger niveau.

Thema: wat is rechtvaardigheid?
Ne bis in idem is beginsel van rechtvaardigheid, gelijkheidsbeginsel ook, onpartijdigheid rechters, gij
zult niet stelen – allemaal beginselen van rechtvaardigheid.

Hoe ga je dit aanpakken/ bespreken?
Vooruitgangsgedachte: alles wordt steeds beter. Voor idee rechtvaardigheid kijken
vooruitgangsgelovigen naar het meest recente literatuur. Prof gelooft hier niks van.
Prof denkt alleen vooruitgang op gebied natuurwetenschap. Maar betekent niet dat je op andere
terreinen dezelfde voorruitgang hebt, bijvoorbeeld gebied moraal. Kan zijn dat mensen steeds
minder moreel besef hebben, bijv. omdat controlesystemen overheid perfect werken. Ook kennis
van de moraal/ goed en kwaad achteruit gaat. Prof denkt dat kennis van de moraal, inzicht in
begrippen als rechtvaardigheid, we niet voorliggen op onze voorouders en misschien zelfs omlaag
zijn gegaan.

Plato en Hobbes, hoofdwerk lezen: Politeia (400 v Christus) en Leviathan (1651). Twee
allerbelangrijkste rechtsfilosofische werken ooit geschreven. Boeken staan haaks op elkaar, twee
tegengestelde visies op rechtvaardigheid.
Plato = traditionele visie.
Hobbes = moderne visie. Deze domineert nu in het westen. In oosten en zuiden meer traditionele
visie volgens prof.
Addendum op Hobbes: Federalist Paper 51.

Boek Plato: heet Het Bestel = makkelijkst verkrijgbare versie in Nederlands. Engelse vertaling heet
meestal The Republic.

Plato
Boeken van Plato hebben de vorm van een dialoog. Is een soort toneelstuk, zoals Shakespeare. Zit
argumentatie in. Maar niet leerboek met alleen argumentatie (logos). Ook: emoties (pathos), zoals
Othello die vrouw uit jaloezie vermoord, is een studie van jaloezie. Pathos zit ook in dialoog van
Plato. Zit ambitie, eerzucht, boosheid in. Emoties beïnvloeden argumentatie, wat er gezegd wordt.
Ook: karakterbeschrijving (ethos) – komen verschillende figuren voor met allemaal een eigen
karakter. Wat bepaalde karakters zeggen heeft invloed, bijv. als iemand met slecht karakter iets zegt.

,Zitten meerdere figuren in. Hoofdfiguur is Socrates. Wij gaan ervanuit dat Socrates de spreekbuis is
van Plato. Dus als Socrates iets zegt gaan wij ervan uit dat dit iets is dat Plato zelf vindt.
Ondertitel Politeia: over de rechtvaardigheid.
Boek is ingedeeld in 10 hoofdstukken, die hoofdstukken noemen wij boeken. Boek 3 = hfst 3.
Boek 1 is inleiding, 10 is uitleiding. Geen tijd om te bespreken. Dus II – IX worden besproken. Versie
door Stephanus, met randnummers in de kantlijn. Staan in alle edities of bovenaan pagina.

Nu echt beginnen.
Boek 1 = inleiding. Van belang, want vraagstelling hele boek wordt uit de boeken gedaan.
Vraagstelling = in termen Socrates/Plato – wie leidt gelukkiger/beter leven, een rechtvaardig mens of
een onrechtvaardig mens? Gaat om vraag: wat geeft een beter leven? Eerlijk, rechtschapen,
betrouwbaar zijn, of egoïst zijn en voor eigen belang gaan, liegen en bedriegen als je ermee weg kan
komen. Ene opvatting: leugen en bedrog is beter als het maar niet uitkomt. Andere opvatting: je hebt
uiteindelijk een beter leven als je niet schuldig maakt aan leugen en bedrog. Socrates pleit voor het
laatste: je moet altijd eerlijk, betrouwbaar en oprecht zijn. Een rechtschapen mens, altijd. Dat leidt
tot het gelukkige leven en niets anders.

Boek 2
3 gesprekspartners: Socrates (volwassen man) en Glauco en Adeimantos, die studentenleeftijd
hebben. Zijn studenten Socrates die hem vereren. Glauco: jouw argumenten (boek 1) hebben ons
niet overtuigd. Wij zijn in verwarring, want iedereen beweert het tegendeel. Voorbeeld (van prof):
kassiere geeft 50 euro teveel terug bij de supermarkt – jij denkt: extra koopkracht = extra happiness.
Glauco vraagt om uitleg, wil geloven. Jonge mannen bevinden zich in emotionele situatie: willen
graag iets geloven, maar kunnen niet geloven. Zij gaan op zoek naar leermeester om hen te
overtuigen. Vraag: hoe kun je worden overtuigd? Prof: mensen zijn koppig als ezels. Glauco weet dit
van zichzelf, heeft truc bedacht, gaat advocaat van de duivel spelen  gaat de twee sterkste
argumenten naar voren brengen waarom het beter zou zijn om niet eerlijk en rechtschapen te zijn.
Vanuit die dat als Socrates die kan weerleggen, hij overtuigd is.
1. Als wij als mens sterk genoeg waren om onrecht te doen, ondanks dat anderen lijden, dan
zouden wij dat doen. Omdat ze ons niks kunnen doen, want wij zijn sterk genoeg.
 Bijv. tirannen. Zonen Hussein met notitieboekje mooiste vrouwen van Irak, als ze belden
kwamen die ‘vrijwillig’ langs.
2. De mens is niet sterk genoeg, weet dat als hij onrecht doet hij ook onrecht zal lijden/ zal
worden teruggepakt. Als je steelt wordt je bestolen.
3. Wij allemaal hebben meer pijn en verdriet van onrecht ondergaan (bestolen worden) dan dat
we geluk hebben van het onrecht doen (iemand bestelen). Is asymmetrie. Onrecht lijden is
disproportioneel vervelender dan wat onrecht doen oplevert.
Wel over nadenken of dit klopt.
Conclusie: omdat de mens zo in elkaar zit, neemt hij genoegen met het kleinste kwaad. Dus
afspreken: we laten elkaars spullen met rust. Betekent dat rechtvaardigheid second best is, het
kleinste kwaad. Enige reden voor rechtvaardigheid is dat we bang zijn voor de consequenties. Als we
sterk genoeg waren, zouden we onrechtvaardig zijn. Is sociaal contract theorie van Hobbes, Rousseau
etc. Theorie die ervan uitgaat dat mens egoïst is, en te bang voor consequenties.
Parabel dat deze theorie moet toelichten. Ring van Giches (?). Kern: bezitter ring die onzichtbaar
wordt (zoals mantel Harry Potter). Stel je hebt zo’n ring, hou je je dan nog aan de wet? Zit de mens zo
in elkaar, dat als de pakkans 0 is, hij dan rechtvaardigheid uit het oog verliest? Als je niet op het
rechte pad blijft, betekent dit dat je overtuigd bent dat egoïst.

Twee pure varianten vergelijken: volledig absoluut rechtvaardige mens en volledig absoluut
onrechtvaardige mens.
Volledig rechtvaardige mens: steelt nooit, liegt nooit, doet altijd het gepaste, het juiste. Stel oorlog
breekt uit tussen land A en land B. A is schuldige. Maar volledig rechtvaardige mens is burger land A.

, Bij oorlog opleving patriotisme, sfeer van eenheid, iedereen in het leger. Maar dit gebeurt niet bij
rechtvaardige mens. Die zegt ook: land A is ten onrechte oorlog begonnen. Dan krijgt hij iedereen
over zich heen. Ander voorbeeld: rechtvaardige mens komt in leiding van het land als minister. Bij
vacatures gaat hij mensen benoemen die het beste zijn, meest gekwalificeerd. Hoe zullen vrienden
en familie op reageren? Creëert veel vijanden zo.
Al met al: rechtvaardigheid levert geen vrienden, maar vijanden op.
De onrechtvaardige mens (OM) is spiegelbeeld. Houdt schijn op van rechtvaardigheid, maar liegt en
bedriegt. Die krijgt hoge functies, verdient veel geld en mensen vinden hem aardig.
Kortom, Glauco: het gaat er volgens de meeste mensen om rechtvaardig te lijken, maar
onrechtvaardig te zijn. Dan leef je als een God.
Adeimantos: dat lijken rechtvaardig te zijn, dat kan alleen in de ogen van de mensen. God prikt door
die schijn heen en die geeft je uiteindelijk je verdiende loon (traditionele religieuze argument tegen
dit adagium). Maar, stel dat God niet bestaat. Is er dan nog steeds een reden om als rechtvaardig
mens door het leven te gaan? Er is geen straf in het hiernamaals. Bovendien, als je alleen maar
rechtvaardig bent omdat je bang bent voor straf God in het hiernamaals, dan ben je ook alleen
rechtvaardig omdat je bang bent voor de consequenties.
(368 a)
Socrates: eerst definitie rechtvaardigheid/ rechtschapen.
Rest boek II tot 1e helft boek IX gaat over rechtvaardigheid, pas 2e helft boek 9 gaat over wat het
gelukkigste maakt.

Week 2: Plato
396a. In eerste plaats: vraagstuk (on)rechtvaardigheid in bredere context plaatsen - goed en kwaad.
Rechtvaardigheid is deelverzameling van het goede. Socrates: als je kijkt naar wat het goede is, dan
kom je vanzelf rechtvaardigheid tegen. We willen niet alleen weten wat rechtvaardigheid is, maar
ook wat goed en kwaad is.
In de tweede plaats: kijken naar iets dat analoog is, maar makkelijker te bestuderen. Als je kijkt naar
rechtvaardigheid bij Y, en Y is analoog aan X, dan leer je ook iets over rechtvaardigheid bij X. Bijv. je
wil iets weten over kankeronderzoek bij mensen, maar door ethiek moeilijk, dan kijken naar kanker
bij muizen. Socrates: we willen kijken naar echtvaardigheid bij de mens, maar is moeilijk te
achterhalen. Dan kijken naar een groter iets waar het ook speelt: polis (staat). Is makkelijker te
onderzoeken dan individuele mens, omdat het groter is. Als je daar rechtvaardigheid vindt, moet je
het ook bij de mens vinden. Vindt prof raar, want veronderstelt parallelie tussen staat en mens.
Nu eerst staat bestuderen en daar kijken naar goed en kwaad, met in gedachte dat analogie met
individu en dan daar goed en kwaad en rechtvaardigheid vinden. Wanneer terugkomen bij individu
zal analogie met staat duidelijk worden volgens prof (maar pas volgend college).

Basisvraag: wat is een goede samenleving?
Beginnen bij vraag: waarom leven mensen samen? Meest voor de hand liggende redenering, die
Socrates aanvoert: omdat we er beter van willen worden, gelukkiger, beter begeertes kunnen
bevredigen/ verlangens vervullen. Ook bij trouwen/samenwonen. Waarom kan je bij samenwonen
beter begeertes bevredigen: arbeidsdeling, dan grotere betere productie, dus betere bevrediging
begeertes. Werkt beter als iemand specialiseert in eten bouwen en iemand anders in huizen bouwen
(ook idee Adam Smith, maar dus eerder Plato).
Maar nu iets nieuws: nadere analyse begrip ‘begeerte’ of ‘verlangen’. In vergelijking tot dieren, bijv.
leeuwen. Die hebben heel beperkte set begeertes: willen vooral veel slapen, voortplanten, eten,
daarvoor jagen, drinken en dat was het wel. Begeertes dieren in het algemeen zijn beperkt, dus
weinig arbeidsdeling nodig in samenleving – dus kleine samenleving. Hoe zit dit met begeertes
mensen? Begeertes mens zijn onbeperkt/ oneindig. Is een wezenlijk verschil tussen mens en dier. Als
begeertes reden zijn om samen te leven, voor bevrediging  zeer vergaande arbeidsdeling nodig om
alle begeertes te bevredigen, waarbij heel veel mensen betrokken zijn. Fenomeen schaarste gaat zich

Dit zijn jouw voordelen als je samenvattingen koopt bij Stuvia:

Bewezen kwaliteit door reviews

Bewezen kwaliteit door reviews

Studenten hebben al meer dan 850.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet jij zeker dat je de beste keuze maakt!

In een paar klikken geregeld

In een paar klikken geregeld

Geen gedoe — betaal gewoon eenmalig met iDeal, creditcard of je Stuvia-tegoed en je bent klaar. Geen abonnement nodig.

Direct to-the-point

Direct to-the-point

Studenten maken samenvattingen voor studenten. Dat betekent: actuele inhoud waar jij écht wat aan hebt. Geen overbodige details!

Veelgestelde vragen

Wat krijg ik als ik dit document koop?

Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.

Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?

Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.

Van wie koop ik deze samenvatting?

Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper paulettevanoosten. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.

Zit ik meteen vast aan een abonnement?

Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €4,99. Je zit daarna nergens aan vast.

Is Stuvia te vertrouwen?

4,6 sterren op Google & Trustpilot (+1000 reviews)

Afgelopen 30 dagen zijn er 69052 samenvattingen verkocht

Opgericht in 2010, al 15 jaar dé plek om samenvattingen te kopen

Begin nu gratis
€4,99
  • (0)
In winkelwagen
Toegevoegd