Samenvatting artikelen Beleid en Besluitvorming
Elster, 2007. Mechanisms.
Explanation must rest on a general law, objection:
❖ Even if we can establish a general law (from which we can deduce the
explanandum), this does not always amount an explanation → sometimes there is
another explanation for instance because of a third factor (opening the black box)
- replace general law with a mechanism : “causal chain”
- sometimes it is a correlation instead of a causal effect
‘The credibility of an explanation increases with the extent to which general laws are spelled
out in terms of a causal chain.’
There are very few well-established (weak) general laws in social sciences, examples:
1. “Law of demand” → when prices go up, consumers buy less, not always true. For
some goods consumers may be attracted to it because it is expensive (Veblen effect)
or consumers buy less of a good when the price falls because they can afford to
replace it by a higher-quality good (Giffen effect).
2. Law of gravitation → when the distance between two objects increases, the
attractive force between them decreases, there is nothing like this law in the social
sciences.
These laws predict for any change in the independent variable the direction of a change in the
dependent variable, not the magnitude of the change.
Methodological individualism: a principle where satisfactory explanations must ultimately be
anchored in hypotheses about individual behavior. Mostly rely on mechanisms.
Mechanism: frequently occurring and easily recognizable causal patterns that are triggered
under generally unknown conditions or with indeterminate consequences.
→ they allow us to explain but not to predict
→ mechanism of conformism: aligning one’s attitude or behavior to those of
others
→ mechanism of anticonformism: doing the opposite of what others do
Pairs of opposite mechanisms:
❖ Proverbial folk wisdom, in one short phrase sums up a general principle that everyone
knows, often has the striking tendency to occur in mutually exclusive pairs (“absence
makes the heart grow fonder” but also “out of sight, out of mind”).
❖ Spillover-compensation pair, if a person who works very hard at the job goes on
vacation, would we expect her to carry over the same frenetic pace in her free time
(spillover effect) or on the contrary to relax utterly (compensation effect)?
1
, ❖ Among individuals, if others do little, people cannot see why they should give more;
conversely if others do much, people may feel compelled to follow suit.
❖ Collective-action situations, as a popular movement grows, some may drop out
because they do not believe they will make a difference; others may join because they
feel they should not stay on the sidelines.
Countermotivated thinking: to include both disbelieving what one hopes and believing what
one fears, the opposite of wishful thinking.
- ‘endowment effect’, the memory of a bad experience is a bad experience (vice versa)
- ‘contrast effect’, the memory of a bad experience enhances the value of the present
Once there is an identified mechanism that is ‘triggered under generally unknown conditions’
it may be able to identify the triggering conditions, if that is the case the mechanism will be
replaced by a law.
Proverbs suggest the simultaneous triggering of two mechanisms with oppositely
directed effects on the outcome → the indeterminacy lies in determining the net effect of
the mechanisms rather than in determining which of them (if any) will be triggered.
2
, Hoogerwerf, 2014. Beleid en Beleidswetenschap
Het woord beleid heeft in het spraakgebruik volgens gangbare woordenboeken de betekenis
van het behandelen of de wijze van handelen van een zaak, het betreft de gevolgde beginselen
of gedragslijn van de gewenste richting, ook overleg, bedachtzaamheid en omzichtigheid.
→ Bevat kennis uit de maatschappelijke, bestuurlijke en wetenschappelijke
praktijk
→ Wetenschap die van het beleid zelfstudie maakt: de beleidswetenschap
Halverwege de jaren 90 kwamen er steeds meer artikelen en boeken over beleid, de impulsen
daartoe lagen onder andere in het streven naar bijdragen aan de wetenschap door middel van
het analyseren en oplossen van maatschappelijke problemen.
Beleidswetenschap bestudeert de inhoud, processen en effecten van beleid in hun politieke en
maatschappelijke omgeving.
- Het overheidsbeleid staat in wisselwerking met het beleid van bedrijven, particuliere
organisaties en individuele burgers, het is een proces
- Het beleidsproces bestaat uit onder andere de agendavorming, het voorbereiden, het
bepalen, het uitvoeren, het handhaven en het evalueren van een beleid (groene draad)
Microbenadering → beleid van individuen en kleine groepen
Mesobenadering → beleid van grote groepen en organisaties
Macrobenadering → beleid van de overheid voor een samenleving als geheel in relatie tot
het politieke stelsel
Beleid wordt hier omschreven als het streven naar het bereiken van bepaalde doeleinden met
bepaalde middelen en bepaalde tijds keuzes. Het is een streven (doelgericht handelen) en
daartoe behoren zowel activiteiten (het handelen) als denkbeelden over wat haalbaar en ook
wat wenselijk is.
→ Is beleid een plan of een handelen? Of allebei?
→ Omvat beleid een samenstelling van doeleinden en middelen? Beleidsdenken of
‘finaal denken’ is denken in doeleinden en middelen volgens het boek
→ Moeten tijds keuzes in de definitie van beleid worden opgenomen?
Beleid heeft twee gezichten, het is niet alleen een samenstelling van doeleinden, middelen en
tijds keuzes, het is tegelijk ook een antwoord op een probleem.
❖ Wat is een probleem? Een probleem is een verschil/afstand tussen een maatstaf zoals
een norm of beginsel en een voorstelling van een bestaande of verwachte situatie.
❖ De probleemdefinitie, de manier waarop een probleem wordt omschreven, werkt door
in de keuze van doeleinden en middelen waarmee een beleid het probleem aanpakt.
❖ Het beleidsveld is de relatie tussen een beleid en het deel van de maatschappij waarop
het zich richt, kennis van dit deel is onmisbaar.
3