Binding
[Samenvatting]
Hoofdstuk 1: De intensiteit van bindingen
1.1 Binding tussen mensen
Wat zijn bindingen? Deze verwijst naar de relatie en de onderlinge
afhankelijkheden tussen mensen in een gezin of
familie, tussen leden van een groep, in de
maatschappij en op het niveau van de staat.
Wat is macroniveau? Samenleving, nationaal of internationaal.
Wat is mesoniveau? Groep, organisatie.
Wat is interdependentie? Wederzijdse afhankelijkheid.
Wat zijn economische bindingen? Afhankelijkheden die te maken hebben met de
productie en distributie van schaarse goederen.
Wat zijn politieke bindingen? Afhankelijkheden die te maken hebben met de
politieke macht die mensen hebben, d.w.z. ze
kunnen fysieke dwang op anderen uitoefenen en
met het feit dat er collectief zaken geregeld
moeten zijn, o.a. de verdeling van collectieve
goederen.
Wat zijn conflicten? Een situatie waarin individuen, groepen en/of
staten elkaar tegenwerken om de eigen doelen te
bereiken.
Wat zijn out-groups? ‘zij’-groep.
Wat zijn affectieve bindingen? Afhankelijkheden die te maken hebben met
positieve en negatieve gevoelens van mensen
voor elkaar.
Wat zijn cognitieve bindingen? Afhankelijkheden die te maken hebben met het
feit dat mensen van en aan elkaar leren.
Wat is socialisatie? Het levenslange proces van overdracht en
verwerving van de cultuur van de groep(en) en de
samenleving waar mensen toe behoren. Het
proces bestaat uit opvoeding, opleiding en andere
vormen van omgang met anderen.
Wat is sociale ongelijkheid? Een situatie waarin verschillen tussen mensen in
al dan niet aangeboren kenmerken,
consequenties hebben voor hun
maatschappelijke positie en leiden tot een
ongelijke verdeling van schaarse en
hooggewaardeerde zaken en een ongelijke
waardering en behandeling.
In welk soort omgeving voelen mensen zich Mensen zijn fundamenteel van elkaar afhankelijk.
het meest met elkaar betrokken? In een omgeving waar men elkaar kent en waar
onderling vertrouwen is, zal men zich over het
algemeen meer betrokken bij elkaar voelen.
Welk gevoel ontstaat er in een groep? ‘wij’-gevoel.
Met welke soort geleding heb je binding op Bindingen met elkaar.
1
,macroniveau?
Met welk soort geleding heb je binding op Binding met je eigen groep.
mesoniveau?
Welke vier soorten van bindingen bestaan er 1. Economische bindingen: Mensen zijn steeds
tussen mensen en licht ze kort toe. meer op elkaar aangewezen in hun streven
om in hun onderhoud te voorzien.
2. Politieke bindingen: Mensen hebben
bescherming nodig en zijn daarom op elkaar
aangewezen.
3. Affectieve bindingen: Mensen hebben elkaar
nodig voor genegenheid, steun en liefde.
4. Cognitieve bindingen: Mensen ontwikkelen
kennis, dragen die aan elkaar over of houden
die juist voor elkaar verborgen.
Waarom is er bij deze vierdeling in bindingen Men zal in de werkelijkheid nooit een puur
sprake van een ideaaltypische indeling? economische of puur politieke binding kunnen
observeren. Iedere sociale relatie bevat dus meer
bindingen tegelijk.
Wat blijkt uit een studie naar sociale Daarin spelen verschillen in bezit en inkomen, in
ongelijkheid? politieke machtsmiddelen, in het vermogen
anderen affectief te binden en in de beschikking
over kennis, allemaal een rol.
1.2 Groepsvorming
Wat is groepsvorming? Als er bindingen tussen meer dan twee mensen
tot stand komen, doordat ze elkaar beïnvloeden
en gemeenschappelijke waarden en normen
ontwikkelen.
Wat is uitsluiting? Niet tot de groep worden toegelaten.
Wat is insluiting? Wel tot de groep worden toegelaten.
Wat is een variabele? De eigenschappen van de objecten die de
onderzoeker in het bijzonder interesseren en die
van elkaar kunnen verschillen.
Wat zijn formele groepen? Vast omschreven doelen, vastgelegde regels en
procedures, bepaalde rollenstructuur en een
hiërarchie.
Wat zijn informele groepen? Stilzwijgende binding zonder vastgelegde doelen
en normen, rollenstructuur.
Wat is een rollenstructuur? Een meer of minder bindende verwachting ten
aanzien van het gedrag van de groepsleden die
zich op een bepaalde manier tot elkaar
verhouden en hiërarchie.
Wat is een hiërarchie? Rangorde of machtsstructuur.
Wat zijn primaire groepen? Groepen die worden gekenmerkt door
persoonlijke en emotionele relaties.
Wat is dropping out / opting out? Er niet meer bij willen horen.
Wat is uitsluiting en discriminatie? Er niet meer bij mogen horen.
Wat is anomie? Een toestand van onzekerheid over welke
normen nog binden.
Tot wat leidt groepsvorming in de Groepsvorming brengt met zich mee dat mensen
maatschappij? zich afvragen wie er niet tot de groep wordt
2
, toegelaten en wie wel tot de groep wordt
toegelaten.
Geef enkele voorbeelden van onderscheid Mannen-vrouwen, jongeren-ouderen,
tussen mensen met behulp van variabelen? Nederlands-hervormden-rooms-katholieken,
inwoners met een migratieachtergrond-mensen
met een Nederlandse achtergrond, Friezen of
Limburgers.
Geef twee manieren van sociaal relevant Enerzijds kan het betrekking hebben op het
zijnde variabelen? bezitter van een kenmerk die op grond
daarvan tot gemeenschappelijke waarden,
belangen en doeleinden komen en wellicht tot
(in)directe interactie.
Het heeft betrekking op de reacties van
anderen, die het betrokken kenmerk zelf niet
hebben, maar dit bij anderen waarnemen en
zich in hun gedrag ten opzichte van
medemensen daardoor laten beïnvloeden.
Uit welke optieken kun je een samenleving Gedeelde ervaringen, gemeenschappelijke
bekijken? waarden, interesses, verwachtingen en loyaliteit
spelen een belangrijke rol in het wij-gevoel van
een groep.
Welke twee soorten van groepen kun je o Formele groepen: Bijvoorbeeld een vakbond,
onderscheiden? Licht deze kort toe. iedereen weet precies welke taak hij in die
vakbond heeft.
o Informele groepen: Bijvoorbeeld een groep
vrienden die één keer per week met elkaar
gaan fietsen.
Noem drie situaties waarom mensen niet meer Er niet meer bij willen horen: bijvoorbeeld een
tot sociale groepen willen behoren. politieke partij, omdat je het niet meer eens
bent met de ideeën van die partij.
Er niet meer bij mogen horen: leden van een
partij mogen niet meer bij een groep horen en
worden geroyeerd omdat ze zich misdragen
hebben of discriminatie.
Er niet meer bij kunnen horen: armoede,
werkloosheid.
Wat is een voordeel als je deel uitmaakt van Idealen kunnen sneller verwezenlijkt worden.
een grote formele groep?
Wat kan een nadeel zijn? Het kost tijd en inzet, maar het kan ook leiden tot
een verwijdering van andere mensen.
Wat is het voordeel van het groeperen in een In de politiek worden verschillen in idealen tussen
politieke partij? mensen en groepen geaccepteerd, maar op
voorwaarde dat er in de politieke arena over
gedebatteerd wordt.
1.3 Sociale cohesie als bindmiddel
Wat is sociale cohesie? Het aantal en de kwaliteit van de bindingen die
mensen in een ruimer sociaal kader met elkaar
hebben, het gevoel een groep te zijn en samen
iets te beleven, het gevoel lid te zijn van een
gemeenschap, de mate van verantwoordelijkheid
3
, voor elkaars lot, in het bijzonder elkaars welzijn,
en de mate waarin anderen daar ook een beroep
op kunnen doen.
Wat is identiteit? Het beeld dat iemand van zichzelf heeft, dat hij
uitdraagt en anderen voorhoudt en dat hij als
kenmerkend en blijvend beschouwt voor zijn
eigen persoon en dat is afgeleid van zijn kennis
over de groep(en) waar hij wel of juist ook niet
deel van uitmaakt.
Wat is een participatiesamenleving? De overheid zorgt voor een sociaal vangnet voor
mensen die in de problemen verkeren, maar de
mensen moeten zeer nadrukkelijk ook zelf
initiatieven ondernemen om uit hun benarde
positie te geraken.
Wat is mantelzorg? Het verzorgen van hulpbehoevende mensen door
familieleden of bekenden.
Wat is macht? Het vermogen om hulpbronnen in te zetten om
bepaalde doelstellingen te bereiken en de
handelingsmogelijkheden van anderen te
beperken of te vergroten.
Wat is cultuur? Het geheel van voorstellingen,
uitdrukkingsvormen, opvattingen, waarden en
normen die mensen als lid van een groep of
samenleving hebben verworven.
Wat is socialisatie? Het levenslange proces van overdracht en
verwerving van de cultuur van de groep(en) en de
samenleving waar mensen toe behoren. Het
proces bestaat uit: opvoeding, opleiding en
andere vormen van omgang met anderen.
Wat is acculturatie? Het aanleren en verwerven van een andere
cultuur of elementen daaruit dan die waarin
iemand is opgegroeid.
Wat is internalisatie? Het zich eigen maken van waarden, normen,
opvattingen en gedragingen van een bepaalde
samenleving of groep. Het wordt niet ervaren als
van buitenaf opgelegd.
Wat is sociale controle? Een middel waarmee de maatschappij of groepen
in de maatschappij de mensen zo onder druk
zetten dat ze zich aan de algemeen geldende
regels en normen houden.
Waarom leidt sociale cohesie tot een soort Mensen delen bepaalde waarden en normen met
van collectieve identiteit? elkaar.
Waar zoeken sociologen steeds naar in een Zaken die de samenleving bindt en derhalve bij
samenleving? elkaar houdt.
Welke drie factoren kunnen de sociale 1. Wederzijdse afhankelijkheid: als mensen langs
cohesie bevorderen? Licht ze kort toe. elkaar heen leven, is er weinig betrokkenheid
tot elkaar.
2. Dwang: een geringe samenhang kan ook
blijken door gebruik van geweld.
3. Gedeelde waarden en normen: het
4