Artikel 1.1. Padilla, A., Hogan, R., & Kaiser, R. B. (2007). The toxic triangle: Destructive
leaders, susceptible followers, and conducive environments. Leadership Quarterly, 18(3),
176-194. doi: 10.1016/j.leaqua.2007.03.001
1.0. Introductie
Misbruik van autoriteit in zakenwereld, politiek en religie zorgt voor interesse in destructief
leiderschap. Dit artikel gaat in op de definitie van destructief leiderschap waarbij er weinig
consensus is in de literatuur, en het ontwikkelde concept van een toxic triangle. Dit is een
samenvloeiing van een leider, volgers, en omgevingsfactoren die een destructieve leider
mogelijk maken. Op ieder domein is er een analyse van de literatuur om een framework van
de factoren te ontwikkelen. Er worden implicaties voor het framework gegeven en
suggesties voor de toekomst en praktijk.
2.0. Definitie(problemen)
In de onderzoekswereld is er weinig aandacht geweest voor destructief leiderschap, het is
dan ook niet expliciet gedefinieerd. Er worden verwijzingen gedaan naar gevaarlijke
waarden, narcistische misbruik van macht, problematische uitkomsten en destructieve acties
door leiders die meer geïnteresseerd zijn in persoonlijke uitkomsten.
- Leadership and goodness: sommige zien het bij definitie als een positieve macht
welke betekenisvolle kansen om geluk te behalen moeten creëren. Een ander
perspectief ziet een goede leider als iemand die invloed heeft op objectives na te
streven, echter is Hitler dan ook een goede leider. Ook zijn niet-destructieve leiders
niet altijd persoonlijk ‘goed’.
- Process or outcome: sommige zien het als een proces waarbij het gaat om de
gedragingen van de destructieve leider zoals negeren realiteit, niet toegeven van
fouten, manipulatie etc. Hiervoor is de slechte intentie van de leider een essentieel
component. Andere zien het als uitkomsten waarbij een destructieve leider zorgt
voor ongewenste uitkomsten. Wanneer het wordt gezien als uitkomsten dan is het
mogelijk voor ‘goede’ leiders om destructief te zijn, en voor slechte leiders om
succesvolle te zijn zolang ze voor gewenste uitkomsten zorgen.
- Perosnal and organizational destructiveness: hierbij gaat het om de principal
direction, personal destructiveness wanneer het richting zichzelf is, of richting de
organisatie en interne leden. Het gaat dan om schadelijk gevolgen die ervaren
worden door de self zoals falen van carrière. Organizational destructiveness gaat over
misfortune naar zijn volgers en sociale instituties, zoals omgevingsrampen of landen
drijven naar armoede.
Dit artikel maakt een onderscheid tussen het bezetten van een leiderschap rol, en effectief
zijn in deze rol. Leiderschap wordt gezien als een functionele bron voor groep prestaties, het
gaat over het beïnvloeden van individu voor een gelimiteerde tijd, hun korte termijn
interesse en bijdrage aan lange termijn doelen binnen een omgeving en situatie context. Alle
significante menselijke prestaties vragen om leiderschap wat mensen bij elkaar brengt, hun
efforts begeleid naar het collectieve doel. Leiderschap effectiviteit gaat over in hoeverre de
groep zijn doel behaald, het is een value-neutral term wat om sociale invloed en
groepsprestatie gaat ongeacht de context.
,Het beoordelen of leiderschap constructief of destructief is, gaat over lange termijn
groepsprestatie, het gaat over uitkomsten. De essentie van destructief leiderschap gaat over
negatieve organizational uitkomsten, en bepaalde processen hebben meer kans op deze
uitkomsten. Vanuit dit perspectief is Hitler destructief omdat hij het land hielp naar
dominantie van armoede, niet zozeer omdat hij een racist was met een persoonlijke agenda.
Destructief leiderschap kan in vijf punten gedefinieerd worden die beschrijven wat het is, en
de toxic trangle van leader, follower en environmental factoren die dit mogelijk maken.
(1) Destructief leiderschap is zelden absoluut of enkel destructief, er zijn in de meeste
leiderschap situaties zowel goede als slechte uitkomsten.
(2) Het proces van destructief leiderschap gaat over dominance, coercion en
manipulatie, in plaats van invloed, overtuiging en commitment.
(3) Het proces van destructief leiderschap heeft een selfish oriëntatie, het is meer
gefocust op de behoefte van de leider in plaats van de grotere sociale groep
(4) De effecten van destructief leiderschap zijn uitkomsten die kwaliteit van leven van
kiezers in gevaar brengen, en afbreuk doen aan de organisatie zijn main doel.
(5) Destructieve organizational uitkomsten zijn niet exclusief het resultaat van een
destructieve leider, maar zijn ook het product van susceptible volgers en conducive
environments.
3.0. De toxic triangle
Leiderschap is afkomstig van het samenspel van de motivatie van de individu en zijn
vaardigheden om te leiden, volgers die verlangen naar leiding en autoriteit, en
gebeurtenissen die om leiderschap vragen. Het is een systematisch perspectief dat focust op
de samenvloeiing van leiders, volgers, en de omgeving in plaats van enkel de individu
eigenschappen van de leider. We kijken naar ieder aspect.
,4.0. Destructive leaders
Hierbij gaat het om de eigenschappen van de leider. Er zijn vijf kritische factoren
- Charisma: destructieve leiders (maar soms ook succesvolle) hebben als centrale
eigenschap dat ze charismatisch zijn wat bestaat uit drie componenten
o Vision: ze zijn in staat om een visie te verkopen van een gewenste toekomst
o Self-presentational skills: hierbij gaat het om impression management waarbij
ze vooral steun voor zichzelf opbouwen in plaats van pro-sociale oorzaken
o Personal energy: hierbij gaat het om laten zien dat je hard werkt en soms op
een jonge leeftijd al veel behaald hebt
- Personalized need for power: destructieve leiders gebruiken macht voor persoonlijke
winst en self-promotion in plaats van andere. Hierbij maken ze gebruik van control,
coercion, en misbruik van autoriteit, en vaak impulsief en onverantwoordelijk
- Narcissism: het is sterk gelinkt aan charisme en use of power, het gaat over
dominance, arrogantie, en het nastreven naar eigen plezier. Ze zijn self-absorbed,
zoeken naar aandacht en negeren de visie van anderen. Ze claimen vaak speciale
kennis of privileges te hebben waarbij ze andere om obidience vragen en misbruik
maken van macht.
- Negative life themes: destructieve leiders spreken vaak over negatieve
levensverhalen, het is een reflectie van hoe de leider een destructief beeld heeft van
de wereld en zijn eigen rol in de wereld. Het is afkomstig van jeugdervaringen zoals
conflicten met ouders, lage socio-economische status, criminaliteit door ouders,
kindermisbruik etc. Jeugdervaringen van machteloosheid kunnen zorgen voor de
mogelijkheid om de gevoelens van andere te negeren of te gebruiken voor het
behalen van persoonlijke winst.
- Ideology of hate: de wereldview van de destructieve leider bestaat uit beelden van
haat. Childhood hardship kan zorgen voor een ideologie van haat, self-hatred is
outward turned.
Slechts 1 element is waarschijnlijk onvoldoende voor het behalen van macht. Deze
eigenschappen zijn wellicht noodzakelijk voor een destructieve leider, maar ze zijn niet
genoeg, het is ook afhankelijk van de volgers en de omgeving.
5.0. Gevoelige volgers
Sommige volgers zijn niet in staat om een abusive leider te weerstaan, dit is afhankelijk van
de behoefte voor veiligheid, groepslidmaatschap, en voorspelbaarheid in een onzekere
wereld. Sommige volgers hebben voordelen bij een destructieve leider en nemen de visie
over. Op een groep level zijn sociale orde, cohesie, identiteit en coördinatie van collectieve
actie nodig. Er is een natuurlijke neiging om autoriteit figuren te volgen een je aan te passen
naar de groepsnorm. Er kan een onderscheid gemaakt worden tussen verschillende typen
- Conformers: deze volgen de leider uit angst
- Colluders: deze volgen de leider uit actieve deelname van de agenda
Ze handelen beide uit self-interest maar hun zorgen zijn verschillend.
Confromers welke handelen uit angst proberen de gevolgen van niet meegaan te
minimaliseren
- Unmet basic needs: mensen die dagelijks in angst leven zijn gemakkelijker te
controleren. Naast voedsel en veiligheid, speelt isolatie en eenzaamheid ook mee.
, Destructieve leiders kunnen een gevoel van community geven in een groep waar ze
thuishoren.
- Negative core self-evaluations: hierbij gaat het om de basis conclusie/evaluatie die
iemand over zichzelf heeft, het heeft invloed op kwaliteit van leven en het bestaat uit
o Self-esteem: de basis appraisel en waarde die je aan jezelf geeft. Een lage self-
esteem zorgt voor een verlangen naar meer gewenst worden, waardoor ze
zich eerder identificeren met een (charismatische)leider.
o Locus of control: gaat over je belief dat je je eigen lot kan bepalen vs. dat dit
afhankelijk is van externe factoren. Mensen met externe locus of control zijn
gevoeliger voor manipulatie en gemakkelijker te controleren door mensen die
macht hebben en voor ze willen zorgen.
o Self-efficacy: gaat over iemand zijn overtuigingen om goed te presteren, het is
bepalend voor beslissing in welke acties je moet nemen en hoeveel moeite je
erin moet stoppen.
- Low maturity: mensen die psychologisch onvolwassen zijn zullen eerder conformeren
aan autoriteit, de leider wordt de handleiding voor individuele acties. Volwassenheid
is een integreerde en sociaal gewaardeerde identiteit, mensen met een gebrek hierin
identificeren zichzelf met leiders om o.a. zelfvertrouwen te vergroten.
Colluders zoeken persoonlijke winsten door meegaan met de destructieve leider.
- Ambition: mensen die ambitieus zijn voor status zullen de leider volgen voor winst
voor hun persoonlijke agenda, eerder pleasen.
- Congruent values and beliefs: individuen die dezelfde visie hebben als de destructieve
leiders zullen hem volgen. Hoe dichter de leider is bij het self-concept van de volger,
hoe sterker de motivatie om te volgen. Gedragen op een manier die binnen de visie
van de leider past, geeft een boost aan self-esteem en self-efficacy.
- Unsocialized values: individuen met unsocialized values zoals hebzucht en egoïstisch
zullen eerder een destructieve leider volgen en destructieve gedragingen uitvoeren.
Concluderen zijn er twee typen volgers. Conformers laten passief een destructieve leiders
toe omdat hun onvervulde behoefte en onvolwassenheid ze gevoelig maken. Colluders
steunen de leiders omdat ze hier persoonlijke doelen/winsten bij hebben.
6.0. Gunstige omgevingen
De ‘situatie’ is van invloed op de interactie met de leider en volgers. Er zijn vier
omgevingsfactoren belangrijk voor destructieve leiderschap
- Instability: tijdens onzekere tijden kunnen leiders macht krijgen door de pleiten voor
radicale verandering om dit te herstellen. Bij onstabiele omgevingen krijgen leiders
ook meer autoriteit omdat het vraagt ok snelle acties. De structurele stabiliteit van
het sociale systeem is ook van belang.
- Perceived threat: het kan gaan om gevoelens van oneerlijke behandeling,
economische of sociale situaties. Wanneer mensen zich bedreigd voelen zullen ze
eerder een assertieve leider accepteren. Terror management theory laat zien dat de
perceptie van bedreiging de motivatie om te volgen verhoogt. Het gaat hierbij om de
perceptie, er is geen objectieve bedreiging nodig.