De mede door de gemeente Breda opgerichte ‘VOF Jongerencentrum Breda’ (hierna te
noemen: VOF JB) is voornemens een multifunctioneel jongerencentrum te realiseren in het
centrum van de stad.
Vraag 1 (week 1)
Stel dat de gemeente Breda en VOF JB u benaderen met de bovenstaande informatie. Partijen
vragen zich af of VOF JB bij de uitvoering van haar hierboven geschetste voornemens
mogelijk gehouden is tot het in acht nemen van regels van aanbestedingsrecht. Geef aan
welke vragen u aan partijen zult stellen ten einde te achterhalen of VOF JB wel of niet
gehouden is tot het in acht nemen van regels van aanbestedingsrecht. Geef per vraag die u
stelt tevens aan waarom u die vraag stelt, onder verwijzing naar Europese en nationale
bronnen van aanbestedingsrecht.
ANTWOORD:
Wat vraag je aan de VOF?
- Wat is de waarde van het project, want dan weet je of je binnen de Ri valt. Als je onder
de waarde zit dan val je niet onder de Ri, maar dan zou er misschien een
grensoverschrijdend belang zijn dan val je wel onder de Ri.
- Heeft de gemeente een verordening, waaruit verplichtingen kunnen voortvloeien?
- De nationale componenten: Bao (Ri. 2004/18) waarin de Ri. is geïmplementeerd.
Maar straks in de Aanbestedingswet kijken.
Stel gemeente gaat met aantal private partijen de vof oprichten, vraag:
Je moet weten hoe de verhoudingen zijn. Als private investeerders in belangrijke mate aan de
knoppen blijken te zitten in de VOF dan kun je je afvragen of deze entiteit nog wel te
karakteriseren is als een aanbesteder die zich op overheidsaanbesteding richt.
Stel de vof is zodanig ingekleed dat overheidsaanbesteding niet van toepassing is. Dan moet
je je afvragen:
Wat is er contractueel afgesproken tussen gemeente en vof/private partijen? Het kan zijn dat
de vof contractueel heeft afgesproken met gemeente om toch aan te besteden. Uit welke bron
vloeien dan de aanbestedingsrechtelijke verplichtingen voort? Uit het contract. Verplichting
om aan te besteden vloeit voort uit contract. Maar de wijze waarop je de verplichting moet
nakomen vloeit voort uit beginselen van aanbestedingsrecht die je in contract moet inlezen. In
contract kun je enkel de beginselen inlezen maar gedetailleerde regels niet. Wat ook kan is dat
de gemeente contract sluit met VOF en in dat contract staat dat VOF moet aanbesteden en
zich moet houden aan regels van Bao.
(Vervolg casus) (week 2)
In het te realiseren jongerencentrum komen in de eerste plaats (kantoor)ruimtes voor culturele
jongerenverenigingen te Breda, die thans her en der over de stad verspreid liggen. Daarnaast
komt er een dans- en eetcafé voor jongeren, alsmede repetitieruimtes voor
jongerenverenigingen die zich met dans, muziek en theater bezighouden. Ook zal er een klein
theater in het jongerencentrum worden gevestigd, bedoeld voor optredens door en voor
,jongeren. Tot slot zullen er ook tijdelijke opvangmogelijkheden in het jongerencentrum
worden gerealiseerd ten behoeve van dakloze jongeren.
De gemeente Breda is niet de enige deelnemer in VOF JB die voor de realisatie van het
jongerencentrum betaalt. VOF JB is opgericht en wordt gefinancierd door de navolgende
partijen (waarbij de financiële bijdragen per partij steeds staan aangegeven):
• de Provincie Noord Brabant (35%) (publiekrechtelijk) ;
• de gemeente Breda (10%) (publiekrechtelijk) ;
• Dans & Eetcafé ‘De Oudere Jongere’ BV (25%), een 100% particuliere onderneming
(dus privaatrechtelijke onderneming) ;
• Theaterproducties Breda BV (20%), een onderneming die voor 80% in particuliere
handen is en voor 20% in handen is van de gemeente Breda (in hoofdzaak is
theaterproducties privaatrechtelijk) ;
• de gezamenlijke jongerenverenigingen en jongerenstichtingen van Breda (10%)
die financieel volledig afhankelijk zijn van gemeentelijke en provinciale subsidies. (is de
jongerenvereniging een publiekrechtelijke instelling of privaatrechtelijk?
Publiekrechtelijk want in hoofdzaak gefinancierd door overheid via de subsidie.
Maar staat er nog iets tegenover die subsidie? Nee. Houden ze zich bezig met doelen van
algemeen belang?)
• Totaal 55% publiekrecht financiën
Vraag 2 (week 2)
VOF JB is van mening dat zij geen aanbestedingsplichtige entiteit is in de zin van welke bron
van aanbestedingsrecht dan ook en dat het haar dus vrij staat om zonder enige vorm van
aanbesteding overeenkomsten te sluiten met een of meer marktpartijen die de realisatie van
het jongerencentrum ter hand zullen nemen. Hoe beoordeelt u deze stelling van VOF JB? U
dient in uw beantwoording voorbij te gaan aan andere dan de hierboven genoemde feiten of
omstandigheden op grond waarvan een aanbestedingsplicht mogelijk zou kunnen ontbreken
(zoals bijvoorbeeld de aard en de financiële omvang van de opdracht of opdrachten).
ANTWOORD:
Hoofdvraag:
Is de vof een aanbestedende dienst? Zo, ja dan val je onder de werkingssfeer vd ri.
Aanbestedingswet art 1.7 (voor Europese aanbesteding), 1.11 (voor puur nationale
aanbestedingen), 1.14 (voor volstrekt vrijwillige aanbesteding waar aanbesteder kiest voor
meervoudige onderhandse procedure).
- Aanbestedende dienst wordt gedefinieerd in art 1.1
• begrip ‘aanbestedende dienst’
– staat, territoriale lichamen
• (diensten van) Rijk, gemeente, provincie >> het is geen
overheidslichaam dus dan komen we uit bij publiekrechtelijke
instelling.
Is het een publiekrechtelijke instellingen ogv 1.1 aanbestedingswet? Kijk in de Richtlijn art 1
lid 9. Om een publiekrechtelijke instelling te zijn moet de VOF zijn opgericht met het
specifieke doel te voorzien in behoeften van algemeen belang (sub a). Deze VOF voorziet in
het algemene belang maar daarnaast wordt ook voorzien in behoefte die puur van
2
, commerciële aard zijn. Dat is niet van belang want het gaat erom dat er überhaupt wordt
voorzien in het algemene belang ongeacht in welke mate. Rechtspersoonlijkheid is geen
vereiste (sub b) doet er niet toe ogv Beentjes arrest (VOF heeft geen rechtspersoonlijkheid
ogv het Nederlandse recht). En er moet zijn voldaan aan sub c: in ons geval is het eerste
element van toepassing namelijk dat de VOF hoofdzakelijk wordt gefinancierd door de
overheid.
Criteria art 1 lid 9 Algemene Ri
1. de instelling is opgericht met het specifieke doel te voorzien in behoeften van algemeen
belang die niet van industriële of commerciële aard zijn,
2. de instelling heeft rechtspersoonlijkheid, en
3. er doet zich één van de volgende gevallen voor:
– de activiteiten van de instelling worden in hoofdzaak door de staat, de
territoriale lichamen of andere publiekrechtelijke instellingen gefinancierd
– het beheer van de instelling is onderworpen aan toezicht door deze laatste,
ófwel
– de leden van het bestuursorgaan, het leidinggevend of het toezichthoudend
orgaan zijn voor meer dan de helft door de staat, de territoriale lichamen of
andere publiekrechtelijke instellingen aangewezen
(Vervolg casus)
VOF JB wil het maken van het bouwontwerp alsmede de feitelijke bouw van het
multifunctionele jongerencentrum het liefst aan één marktpartij opdragen. Met het
vervaardigen van het ontwerp is naar schatting een bedrag gemoeid van ongeveer € 180.000
terwijl de bouw zelf zeer waarschijnlijk € 4.900.000 zal gaan kosten.
Vraag 3 (week 3)
Stel dat VOF JB op 2 januari 2012 een niet openbare aanbestedingprocedure start ter zake van
de opdracht tot het maken van het bouwontwerp. Geef aan op grond van welke regels dat
wel/niet is toegestaan.
ANTWOORD:
In deze vraag gaat het erom of je een ontwerpopdracht mag aanbesteden. Het gaat alleen om
een ontwerp, en is dit een aanbestedingsplichtige opdracht? Ongeacht het feit of de VOF nou
wel of niet een aanbestedingsplichtige entiteit is. Qua drempelwaarde moeten we kijken in art
7 sub c van de Ri. Voor werken is de drempel 5 miljoen. Deze drempel is nu niet gehaald dus
ogv de Ri geen aanbestedingsplicht. Maar dan hebben we nog het grensoverschrijdend belang.
Immers het jongerencentrum zal komen te liggen in Breda. Breda ligt in de buurt van de grens
dus er is een grensoverschrijdend belang. Ogv het SECAP arrest is er een aanbestedingsplicht
en moet er passende mate van openbaarheid worden betracht.
3
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper lawstudent88. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €5,48. Je zit daarna nergens aan vast.