Psychiatrie voor verpleegkundigen
Hoofdstuk 1. Inleiding op psychiatrie en psychiatrische verpleegkundigen
1.1 historische context van de psychiatrie voor verpleegkundigen
de theorievorming van de verpleegkunde was in eerste instantie gebaseerd op het medisch model
waarbij van uitgegaan werd van een scheiding tussen lichaam en geest. Na 1950 kwam er meer
aandacht voor de psychiatrie. Er werden aparte psychiatrische ziekenhuizen. In Nederland werd in
1980 de definitie geformuleerd: “beroepsmatig verplegen is het herkennen, analyseren alsmede
advies en bijstand verlenen ten aanzien van feitelijke of dreigende gevolgen van lichamelijke en/of
geestelijke ziekteprocessen, Handicaps, ontwikkelingsstoornissen en hun behandeling voor
fundamentele levensverrichtingen van het individu. verpleegkundig handelen houdt tevens in dat het
zodanig beïnvloeden van Mensen, dat menselijke vermogens worden benut met het oog op het in
stand houden en bevorderen van gezondheid.”
1.2 van een biopsychosociaal model naar positieve gezondheid
Sinds de invoering van de wet maatschappelijke ondersteuning op 1 januari 2015 heeft In het sociale
domein een grote transitie plaatsgevonden. Het maatschappelijke doel van de WMO is bevordering
van burgerparticipatie en daarmee meer verantwoordelijkheid voor zowel het eigen welbevinden als
dat van de naasten. Mensen met psychische problemen kunnen ook ondersteuning krijgen vanuit de
GGZ. het uitgangspunt van de hervorming van de geestelijke gezondheidszorg is het bieden van
betaalbare en doeltreffende zorg dicht bij huis. hierbij ligt de focus op het behouden en bevorderen
van de participatie. De meeste ggz-instellingen beschikken intussen over zulke flexibele,
herstelondersteunende, ambulante teams (F-ACT-teams).
Zelfmanagement wordt gezien Als het individuele vermogen van de persoon om waar mogelijk
gezondheidsproblemen te voorkomen, en wanneer deze toch optreden, om te kunnen gaan met de
symptomen, behandeling en lichamelijke, psychische en sociale consequenties van de
gezondheidsproblemen en aanpassingen in leefstijl. Om tot zelfmanagement te kunnen komen moet
ik cliënt in staat zijn informatie over eigen gezondheid te verkrijgen, te begrijpen en toe te passen op
een manier die bijdraagt aan een betere gezondheid van zichzelf en anderen. Deze
gezondheidsvaardigheden gelden Als de belangrijkste determinant van gezondheid (WHO).
Belangrijke aanwijzingen voor beperkte gezondheidsvaardigheden:
Laag opleidingsniveau
minder dan 10 jaar onderwijs In het land van herkomst
hoge leeftijd
moeite met het vertellen van een chronologisch verhaal
neiging tot het vermijden van lees- en schrijfsituaties
ongemakkelijk of boos worden als er teveel vragen worden gesteld
te laat of op een verkeerde dag komen
ongezonde leefstijl
onverschilligheid
gebrekkige motivatie
1.3 van ziekte naar herstel
Het is belangrijk de zorgbehoefte goed in kaart te brengen. Dit kan door standaardvragen, maar dit
geeft niet genoeg inzicht. Hiervoor is meer gepersonaliseerde diagnostiek nodig (DSM).
Eerder was de WHO-gezondheid volledig mentaal, fysiek en sociaal gezond zijn. Nu zijn er meer
ouderen met chronische ziekten deze mensen geven aan zich gezond te voelen. Dit wordt positieve
gezondheid genoemd.
De focus bij herstel ligt steeds meer op maatschappelijk en persoonlijk herstel.
, 1.4 klinisch redeneren door verpleegkundigen
Om tot passende verpleegkundige interventies komen is het van belang op systematische wijze
gegevens te verzamelen, deze gegevens te interpreteren en te classificeren. on vervolgens tot een of
meer verpleegkundige diagnoses te komen en van daaruit in gezamenlijkheid tot doelen en
interventies. deze manier van werken noemen we klinisch redeneren.
1.5 interdisciplinair samenwerking
verpleegkundigen in de psychiatrie werken altijd multidisciplinair waarvan het van belang is om goed
samen te werken.
1.6 evidence based werken in de psychiatrie
planmatige, continue verbetering en innovatie van de beroepsuitoefening van de professionals. Op
die manier kunnen cliënten en hun naasten, op een gelijkwaardige basis, samen met de behandelaar
een beslissing nemen.
1.7 veranderingen in de psychiatrie en het verpleegkundig beroep
de verpleegkundige opleiding is heel erg veranderend in de afgelopen jaren.
CANMEDS-rollen:
1. zorgverlener
2. communicator
3. samenwerkingspartner
4. reflectieve “evidence based practice-professional”
5. gezondheidsbevorderaar
6. organisator
7. professional en kwaliteitsbevorderaar
hoofdstuk 7. stemmingsstoornissen
7.2 DSM-5-classificatie van stemmingsstoornissen
Depressieve stemmingsstoornissen:
- Disruptieve stemmingsdisregulatiestoornis
- Depressieve stoornis
- Persisterende depressieve stoornis
- Premenstruele stemmingsstoornis
- depressieve stemmingsstoornis door een middel/medicatie
- depressieve stemmingsstoornis door een somatische aandoening
- andere gespecificeerde depressieve stemmingsstoornis
- ongespecificeerde depressieve stemmingsstoornis
bipolaire stemmingsstoornissen:
- bipolaire – 1 - stoornis
- bipolaire – 2 - stoornis
- cyclothyme stoornis
- bipolaire stemmingsstoornis door een middel/medicatie
- bipolaire stemmingsstoornis door een somatische aandoening
- andere gespecificeerde bipolaire stemmingsstoornis
- ongespecificeerde bipolaire stemmingsstoornis
7.3 disruptieve stemmingsdisregulatie
de disruptieve stemmingsdisregulatiestoornis is een DSM-5-classificatie die kan worden toegekend
aan kinderen met een leeftijd tussen 6 en 18 jaar met ernstige chronische prikkelbaarheid en
frequente driftbuien. De disruptieve stemmingsdisregulatiestoornis is gecorreleerd met de
ontwikkeling van een unipolaire depressieve stemmingsstoornis of angststoornis op latere leeftijd.
, De behandelopties voor disruptieve stemmingsregulatiestoornis zijn slechts zeer beperkt onderzocht.
Er worden vaak risperidon voorgeschreven.
7.4 depressieve stoornis
de term “depressieve stoornis” verwijst naar een gemoedstoestand met een ernstig gedrukte
stemming. Mensen zijn vaak erg somber, ze voelen zich rusteloos en futloos. Ook hebben ze vaak
slaapproblemen en eten ze weinig. Een depressieve stoornis gaat ook gepaard met het piekeren over
negatieve gedachten.
Biologische verklaring
Erfelijkheid kan bij depressieve stoornissen in redelijke mate meespelen. Depressieve
stemmingsklachten komen vaak voor bij allerlei onderliggende ziekten. Door 3 soorten
neurotransmitterstoffen maar ook door het stresshormoon cortisol kunnen depressieve
stemmingsklachten ontstaan. Er is ook een duidelijke relatie tussen depressieve stemmingsklachten
en de immunologische afweer. Als laatste kan ook het seizoen van invloed zijn op de klachten. In de
winter is bijvoorbeeld minder zon, hier word je ongelukkiger van.
Psychosociale verklaringen
De psychosociale verklaringen gaan om het idee van Freuds. Het kan gaan om het overlijden van een
belangrijk persoon, maar ook om verlies van werk, gezondheid of een relatie. Deze gebeurtenissen
heten life events. Er wordt verondersteld dat elk life event permanente veranderingen veroorzaakt.
Andere psychosociale factoren die in verband worden gebracht op het krijgen van een depressieve
stoornis, hebben te maken met de persoonlijkheid.
Lee theoretische verklaring
Vanuit de leertheorie van de Amerikaans psycholoog Martin Seligman (1942) wordt verondersteld
dat mensen met een depressieve stemmingsstoornis op de een of andere manier hebben aangeleerd
zich hulpeloos te gedragen.
Cognitieve verklaring
Volgens de theorie van de Amerikaanse psycholoog Aaron Beck (1921) wordt een depressieve
stemmingsstoornis vooral veroorzaakt door een verkeerde manier van denken. Negatief denken.
Geïntegreerd verklaringsmodel
Endogene depressie: vooral biologisch bepaald, klachten beginnen zonder duidelijke aanleiding.
Exogene depressie: is een lichtere vorm, gaat vooral samen met angst- en paniekklachten. Over het
algemeen wel een duidelijke oorzaak.
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper daniquestoker. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €6,49. Je zit daarna nergens aan vast.