Zuren
- Worden gebruikt om kalkaanslag te verwijderen en frisdrank een smaak te geven.
- Eigenschappen ontstaan door H3O+-ionen: oxoniumionen.
- Ze ontstaan door reactie van een zuur met water.
- Zuur: deeltje dat een H+-ion kan afstaan aan watermolecuul. Zuurrestion blijft over.
- Bepaalde groepen kunnen als enige binnen een molecuul een H+-ion afstaan. Worden
anders genoteerd zodat te zien is waar een H+-ion afgestaan kan worden.
Base
- NaOH wordt gebruikt als gootsteenontstopper en met een oplossing soda en ammonia kan je
vettig vuil verwijderen.
- Base: deeltje dat een H+-ion kan opnemen.
- Bij oplossing neemt een base een H+-ion van een watermolecuul op. Ontstaat OH-
- Worden soms anders genoteerd.
Waterevenwicht
Watermoleculen geven zowel een H+-ion af als dat ze hem opnemen: het is een zuur en
base. H2O + H2O → OH- + H3O+.
Gasvormige/ opgeloste stoffen staan alleen in de evenwichtsvoorwaarde.
Evenwichtsconstante waterevenwicht: waterconstante Kw.
pH en pOH-waarde
Je hebt een pH-waarde: maat voor de concentratie H3O+-ionen in een oplossing.
pH = -log[H3O+] - [H3O+] = 10^-pH
Wanneer er met logaritmen wordt gerekend zijn er andere significantie regels: als de concentratie in
twee cijfers wordt geschreven, wordt de pH-waarde op twee decimalen achter de komma afgerond.
Je hebt ook een pOH-waarde. Dit is om de sterkte van basische oplossingen uit te drukken.
Deze twee zijn van elkaar afhankelijk omdat ze samen Kw vormen.
pKw = pH + pOH = 14,00 - pH = 7 - zuiver gedestilleerd water.
Indicatoren: aantal stoffen die bij verschillende pH-waarden een andere kleur hebben.
BINAS TABEL 52A.
Zuur-base-indicatoren zijn zelf ook zuren of basen en reageren op de pH-verandering door een H+-
ion op te nemen of af te staan.
2 Sterk en zwak
Sterke zuren
- Sterk zuur: zuur waarbij alle zuurdeeltjes een H+-ion aan de watermoleculen hebben
afgestaan.
- Het is dus een aflopende reactie: zuur reageert volledig met water: zuurrestionen en
oxoniumionen.
,Sterke basen
- Sterke base: base waarbij alle basedeeltjes een H+-ion van de watermoleculen hebben
opgenomen.
- Het is dus een aflopende reactie: base reageert volledig met water.
Leer indeling BINAS tabel 49.
Zwakke zuren
- Zwak zuur: zuur waarbij niet alle zuurdeeltjes een H+-ion aan de watermoleculen hebben
afgestaan.
- Het is dus een evenwichtsreactie: zuur reageert niet volledig met water.
- HCOOH + H2O → HCOO- + H3O+
HCOO- = geconjugeerde base / zuurrestion van HCOOH - H3O+ = geconjugeerd zuur van
H2O.
- Wanneer er maar weinig is geïoniseerd betekent het dat het evenwicht links ligt.
Zwakke basen
- Zwakke base: base waarbij niet alle basedeeltjes een H+-ion van de watermoleculen hebben
opgenomen.
- Het is dus een evenwichtsreactie: base reageert niet volledig met water.
- NH3 + H2O → NH4+ + OH-
NH4+ = geconjugeerd zuur van NH3 - OH- = geconjugeerd base van H2O.
- Evenwicht ligt voornamelijk links.
Zuurconstante Kz: evenwichtsvoorwaarde van een zwak zuur. Hoe hoger, hoe sterker het zwakke
zuur en hoe meer het evenwicht rechts ligt.
Baseconstante Kb: evenwichtsvoorwaarde van een zwakke base. Hoe hoger, hoe sterker de base is
en hoe meer het evenwicht rechts ligt.
Verband tussen de twee: in de ene komt H3O+ voor en in de ander OH- samen keer elkaar zijn de
dus de waterconstante Kw.
3 Bijzondere zuren en basen
Zouten bestaan uit ionen en die kan je opsplitsen in verschillende ionen. Je bekijkt de oplossing
volgens een zure of basische kant en hiervoor maak je de reactievergelijking.
Een ander voorbeeld is oplossingen met natrium. Natrium lost op en is dus niet nodig voor een
reactievergelijking. Je kijkt dus naar het andere ion of het een base/zuur-oplossing is.
Sommige metaaloxiden reageren ook met water. O2- is een sterke base. Hierdoor ontstaan er ionen
en OH--ionen.
Water is een oplosmiddel en de negatieve lading van O-atomen richten zich naar de positieve
metaalionen. Metaalionen kunnen in gehydrateerde vorm een zwak zuur zijn.
Meerwaardige zuren: zuren die meer dan 1 H+-ion per deeltje kunnen afstaan. Je hebt
tweewaardige, driewaardige zuren etc. H+-ionen worden in meerdere ionisatie stappen afgesplitst.
Meerwaardige basen: basen die meer dan 1 H+-ion per deeltje kunnen opnemen. H+-ionen worden
in meerdere ionisatie stappen toegevoegd.
, Instabiele zuren: zuren die uit elkaar vallen als ze in water worden gevormd.
H2CO3 → H2O + CO2 - Als er meer CO2 wordt gevormd dan er in de oplossing kan
worden opgelost zal het als gas ontsnappen. Hierdoor ligt het evenwicht rechts.
Amfolyt: deeltje dat zowel als een zuur als een base kan reageren.
4 Zuur-base reacties
Het is goed om te kijken welke deeltjes in een mengsel aanwezig zijn. Wanneer er namelijk meerdere
zuren en basen aanwezig zijn, zullen het sterkste zuur en de sterkste base als eerste reageren. H3O+
en OH- zijn de sterkste zuur en base. Als de beginstoffen beide zwak zijn is er een evenwicht.
Er heersen dan meerdere evenwichten. Als de Kz van het zuur hoger ligt dan de Kz van de
geconjugeerde zuur van de base, zal het evenwicht aan de kant liggen met de laagste waarde voor
Kz. Als de Kz van het zuur lager ligt dan de Kz van de geconjugeerde zuur van de base, zal het
evenwicht aan de kant van de beginstoffen liggen.
Stappenplan:
1. Noteer je aanwezige deeltjes: zoutoplossingen vrije ionen, van een sterk zuur het zuurrestion
en het H3O+-ion, een zwak zuur of base.
2. Noteer de sterkste base en het sterkste zuur.
3. Stel de reactievergelijking op, rekening houdend met de kenmerken.
Titratie wordt gebruikt om de concentratie van een stof in een oplossing te bepalen. Bij zuur-base
titratie wordt er gebruik gemaakt van een aflopende reactie. Het eindpunt van de titratie moet met een
indicator worden vastgesteld. Hiervoor moet je een juiste schatting maken van de pH. Met een
maatcilinder of pipet kan een nauwkeurig bepaald volume worden onderzocht. Met een buret kan het
volume van de oplossing die nodig is worden bepaald.
Het equivalentiepunt: punt waarbij het aantal mol toegevoegde base gelijk is aan het aantal mol zuur.
Door de verandering van pH, verandert de indicator van kleur. Hiermee zie je dat het einde van de
titratie is bereikt. Je moet een schatting maken van de pH van het eindpunt.
5 Rekenen met zwakke zuren en basen
Bij een sterk(e) zuur of base is het makkelijk de pH te berekenen.
Bij zwak niet, je kunt dan namelijk niet de x verwaarlozen, waardoor je een berekening doet met de
abc-formule.
Stappenplan:
1. Reactievergelijking
2. Evenwichtsvoorwaarde
3. BOE-schema
4. Evenwichtsvoorwaarde invullen
5. Onbekende berekenen door x te verwaarlozen of abc-formule toe te passen.
Bufferoplossing
- Een oplossing die als eigenschap heeft dat de pH nauwelijks verandert wanneer er een kleine
hoeveelheid zuur of base wordt toegevoegd.
- In het leven is dit belangrijk want dan kunnen enzymen optimaal blijven functioneren.
- Concentratie zuur en concentratie geconjugeerde base zijn ongeveer gelijk.
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper evizegers. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €10,49. Je zit daarna nergens aan vast.